image by Gsorsnoi, edited with Daz3d and Photoshop
“Was hij hier nog wel veilig?” was de gedachte die de ninja door het hoofd schoot toen hij de pad met zich had meegenomen naar zijn schuilplaats. Ze trokken zich terug in een verlaten controlepost waar nog niet zo heel lang geleden de sluisdeuren van een stortbak nog geregeld werden. Deze plek bood de mogelijkheid om via twee trappen terug naar de oppervlakte te komen. Tussen de controlepost en de tweede trap die aan de andere kant van de afvalstroom gelegen was lag een brug. Andere uitwegen konden worden gevonden door de stroom van het riool te volgen langs de paden die aan weerzijde van de rivier van derrie lagen. Tenslotte was er nog een tunnel te vinden achter de controlepost die bereikt kon worden door twee grote vergrendelde deuren.
Deze uitvalsbasis gaf ons nieuwe duo de gelegenheid om even op adem te komen van het gevecht wat zij zojuist hadden doorstaan. Een gevecht wat hier nog niet eens zo heel ver vandaan had plaats gevonden. Reden te meer voor de ninja om zich zorgen te gaan maken over zijn eigen veiligheid. De padden waren nu dus ook al ondergronds te vinden.
Hij had in het riool een tijdelijk onderkomen gevonden om te schuilen voor de horror die zich boven hem had afgespeeld. Daar was niemand meer in de metropool Gohes City die hij als de zijne herkende. Iedereen die hij had gekend was dood of getransformeerd.
De genocide die er in de afgelopen week plaats vond heeft in een rap tempo toegeslagen. Hoeveel normale mensen waren er nog over? En was er überhaupt nog wel iemand over behalve hijzelf? Hij was eigenlijk wel gek dat hij uitgerekend een pad in vertrouwen had genomen en toe had gelaten in zijn laatste toevluchtsoord. Het was zijn ras dat die van hemzelf had uitgemoord. En anders waren het wel de tot zombies getransformeerde mensen die hun ten prooi waren gevallen. Maar ook zij waren in die toestand geraakt door die wrattige blauwe wezens.
De padden kropen in de navels, deden daar hun ding, kropen eruit en lieten de mens als ogenschijnlijk levenloze wezens achter. Maar het duurde geen vijf minuten of ze stonden op en doolden rond als moordzuchtige karakters zoals je ze wel kent uit Michael Jackson’s Thriller.
Hoe ver de ninja zich ondertussen van het centrum van Gohes City had verwijderd wist hij niet. Hij was nu al een paar dagen bezig zich dit doolhof eigen te maken en probeerde er aan voedsel te komen. Het was interessanter om te weten hoe ver het nog was om aan buitenwijken van deze metropool te geraken. Vier dagen reizen door dit indrukwekkende riolencomplex zou het zeker nog kosten. Maar was hij er dan zeker van dat hij geen padden zou aantreffen als hij daar weer als een mol boven zou komen? En was alleen Gohes City geïnfecteerd met deze moordzuchtige paddenplaag of waren de steden in de buurt ook besmet?
Wilde hij daar achter komen dan zou hij spoedig een plan moeten bedenken om zich uit dit gebied te verwijderen. De confrontatie waar hij onlangs met de kleine bruine pad mee in aanraking was gekomen had hier de urgentie wel toe verhoogd. Want het laatste wat hij zou moeten willen is vanuit zijn schuilplaats naar boven te vluchten voor padden die in het riool naar hem op zoek zouden gaan.
De stroom van padden bewogen als één orgaan door de stad boven hem. Hongerig op zoek naar onbetaste navels. Dus zouden zij letterlijk lucht krijgen van de aanwezigheid van menselijk leven, dan trokken zij als één compleet organisme naar hun prooi. Hun aantal moet inmiddels zijn uitgegroeid tot miljoenen. Net een sprinkhanenplaag, maar dan anders. Die alles opvreten wat ze op hun weg zouden tegenkomen. Net zo lang tot er niets meer over blijft om op te eten. Dan is het vervolgens net als met vampieren: wat zullen zij eten als ze de laatste mensen hebben uitgezogen? Elkaar opeten is er dan niet bij.
Het enige verschil wat dit maakt met de mens, is dat de mens nog in staat zal zijn haar eigen soort als maaltijd te gebruiken. Padden, zombies en vampieren hebben die optie niet.
De wetenschap dat ze hun weg hadden gevonden in de afvoer van deze grote stad was werkelijk huiveringwekkend. Zouden er meer mensen naar hier gevlucht zijn dan zouden zij ook spoedig gevonden worden. Net als hijzelf. Tot zover had hij het duidelijk dat hij hier niet lang meer veilig zou zijn.
Zo´n controlepost zoals hij hier had ontdekt was dan even ideaal, maar hij zou het spoedig weer vaarwel moeten zeggen. Zestig of negentig padden in één gevecht afslachten had hij deze week al wel vaker gedaan. Toch zou één onbewaakt ogenblik de vernietigende slag voor hem geweest kunnen zijn.
Die bewuste nacht dat hij het samuraizwaard in het museum vond bijvoorbeeld. Dat was op de tweede etage van het Gohes City Museum. Via een loopbrug zou hij hebben kunnen vluchten over het atrium en door het grote venster. Alleen één aanval vanuit het dak zag hij toen niet aankomen. Zo raakte hij bedolven onder de padden die dadelijk als een stel hongerige termieten een weg zochten naar zijn navel. Wat moet het toch verschrikkelijk zijn geweest voor al die mensen die er niet uit hebben kunnen ontsnappen!
Als een geluk bij een ongeluk brak toen de loopbrug onder het gewicht van de amfibieën en heeft hij gewoon de voordeur moeten gebruiken om weer buiten te komen. Ternauwernood kon hij toen een stiekeme navelpad uit onder zijn shirt vandaan trekken en wegsmijten. Filmisch spreidde hij zijn armen en balden zijn vuisten. In één hand … het samuraizwaard. Zijn gespierde borstkast stak door zijn shirt die nat was van het zweet.
Met een oerkreet in deze nacht maakte de ninja duidelijk dat deze strijd nog niet was gestreden.
Maar hij moest reëel zijn.
Vannacht zou hij vluchten. Met of zonder de kleine bruine pad. Hier begonnen zijn kansen om het gevecht te winnen in rap tempo af te nemen. Het maakte toch niet veel uit hoeveel padden hij zou doden. Ze kwamen toch weer als paddenstoelen terug!
De weg door het riool was nog lang. Spoedig zou hij op pad gaan. Maar nu eerst even een paar uur met één oog dicht energie opdoen.
Waar is Gsorsnoi als je Hem nodig hebt?
Wordt vervolgd.
Vorig hoofdstuk: De vuurpad
Volgend hoofdstuk: TMNT