By rinaoddel | March 11, 2010 - 1:20 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands, Tycoon Newspaper Archieven

image by Phim Anh, edited by Gsorsnoi

Gisteren rond de klok van vier kantelde een driewielig voertuig vlak voor het knooppunt Rotterpolderplein. Even daarvoor werd hij ingehaald door een Mini. De bestuurder meende in de Mini een man te hebben gezien die vanachter zijn stuur deed alsof hij een teddybeer de omgeving liet zien.
Het incident leverde onze asfaltjungle een file op van vijftien kilometer. ‘s Avonds na elven werd de weg weer vrijgegeven i.v.m. een door de gekantelde driewieler veroorzaakte kettingbotsing. Of kwam het nou door die teddybeer?

Uitgesproken door: Jos Werner, fractievoorzitter CDA.

Datum: Maandag 8 maart 2010

Mocht hij zijn baan ook kwijtraken, dan heeft WSNOI  nog wel even een vacature voor het onbestaande beroep ‘make-up hersenchirurg’ voor hem.

By gsorsnoi | March 8, 2010 - 8:38 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands

image by A.M. Kuchling, edited by Gsorsnoi 

“Who the fuck is Jeff Wayne?” zul je nu misschien wel denken.

Als je dat nu denkt dan heb je voor de rest van vandaag een kutdag, want ik ben niet van plan te verklappen wie Jeff Wayne is. Voor alle mensen die tussen 1978 en heden niet onder een steen hebben geleefd of niet te beroerd zijn geweest om de Wikipedia er even op na te slaan zullen inmiddels hun moment van euforie hebben beleefd.
Vervolgens zul je mij de vraag stellen wie ik wel niet denk dat ik ben na mijzelf te hebben willen voorstellen als deze bekende man. Welk lef heb ik om mij in te beelden zomaar met zijn naam te kunnen rondlopen?

Het is een spel wat Doubleyou en ik in het verleden veel hebben gebezigd.
Elke dag was ik iemand anders. En hij ook.

Het getuigde letterlijk van mensenkennis elke dag maar weer te kunnen herkennen wie de zogenaamde bekende vreemdeling was. Niet alleen voor degene die de naam moest herkennen, maar ook voor wie een originele naam wist te verzinnen. Zo schudden we elkaar iedere maal dat we elkaar zagen de handen en stelden ons voor als een andere bekend individu.
Dat wil zeggen: hopelijk bekend voor jezelf en de rest van de wereld, maar niet voor degene aan wie we de hand gaven.

Zo koos Doubleyou een naam en gaf mij, zich voorstellende onder die naam, de hand. We hoopte dan dat de ander de naam niet kende, of dat er in elk geval een humoristische associatie mee te maken was.
“Hoi, mijn naam is Tina Turner”. Mocht je nu www.wikipedia.org aan het intypen zijn in je webbrowser dan moet je daarna ook maar eens Googelen op ‘hunnebed’ en ‘Amish’.

Hoedanook, wil jij er voor zorgen dat jij en degene die je de hand schud de dag scherp begint, stel je dan eens voor onder een ‘zogenaamde’ bekendheid en verbaas je eens over de reacties die je daarmee uitlokt.

Met vriendelijke groet,

Gsorsn … euh … Jeff natuurlijk.

By rinaoddel | March 6, 2010 - 8:52 pm - Posted in Nederlands, Rara Rina

Deze maand beginnen we met een raadsel waar je in het voordeel bent als je beschikt over een rekenkundig inzicht:

Drie tandwielen staan achtereenvolgens geschakeld met 12, 8 en 10 tanden. Hoeveel rondjes moet het eerste tandwiel met 12 tanden dan draaien voordat de twee anderen opnieuw hun uitgangspositie bereiken?

By reuzenavelpad | March 4, 2010 - 7:50 pm - Posted in De anagrammen, Nederlands, Reuze Navelpad, Verbaal Genot

image by The Bikini Open, edited by Gsorsnoi

Hebben jullie ook zo’n zin in de zomer? Van die witte troep buiten, die ijzige kou en vastgevroren sloten heb ik in elk geval nu wel weer genoeg gehad. Het leek me daarom een goed idee om met de anagrammen van deze maand alvast een beetje in de lente- en zomerstemming te komen.

Het zal deze maand weinig uitleg behoeven wat het thema zal zijn (en zeker met zo’n plaatje erbij!). Ik zal het thema nooit verklappen, maar via aanwijzingen en/of een te ontdekken patroon in de anagrammen kom je vaak al een hoop te weten.

Niet alle moordwijven zijn mijn type, maar gezegd mag worden dat de dames hieronder wel allemaal één ding gemeen hebben. Wat ze gemeen hebben?
Het anagram waar geen bekende Nederlander uit te ontanagramminiseren valt, geeft antwoord op die vraag!

  • Loeiende Kegels (geraden door PiCo)
  • Beha Neigt Neerstortten (geraden door PiCo)
  • Help Camera Openen (BoB wel) – Ton kan niet spellen.
  • Indien Voorjaar (geraden door Sandra)
  • Oom Begeert Kus (geraden door PiCo)
  • Ongans Bikine (geraden door PiCo)
  • Puma Kamelen (geraden door PiCo)
  • Niemandal Vrije Mik (geraden door PiCo)
  • Debug Inrijen (geraden door PiCo)
  • Dierenarts Shovel (geraden door BoB) – beter bekend onder haar artiestennaam met een ‘Z’.
  • Vishandel In Quotum (geraden door PiCo)
  • Discmen Riool Typ (geraden door PiCo)
  • Zomaar Chili Au (geraden door PiCo)
  • Katrien Lychee (geraden door PiCo)
  • Gokhal Rennen (geraden en ontnavelt door Aad)
  • Hier Rolex Vandaal (geraden door PiCo)
  • Is Viese Lym (geraden door PiCo)
  • Bajes Been Vreter (geraden door PiCo)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

PS: deze Reuze Navelpad bevat slechts één instinker!

By karelriemelneel | March 2, 2010 - 6:33 pm - Posted in Contaminaties, Nederlands, Verbaal Genot

Bestaat uit: “Stapje voor stapje” + “Stukje bij beetje”

Uitgesproken door: Richard

Datum: Dinsdag 3 maart 2010

By achmedlien | February 28, 2010 - 3:36 pm - Posted in Gekalibreerde Gedrochten, Nederlands

image by abbamouse, edited by Gsorsnoi

In meerdere opzichten is deze tot de familie Theropoda behorende sauriër intrigerend te noemen.

Zijn tanden werden voor het eerst gevonden in 1874 door A.Lakes in Colorado. Foutief dacht men toen dat het hier om een Deinodon ging.
In 1892 echter dook hij opnieuw op in South Dakota en kreeg de naam Manospondylus gigas. Feitelijk was dit de oorspronkelijke naam, maar deze naam was geen lang leven beschoren. Zou men toen per abuis hebben gedacht dat deze overduidelijke carnivoor familie moest zijn geweest van de herbivore soort Manospondylus? In dat geval zou ik aan de hier gevonden vraagstelling een hele andere conclusie willen opknopen. Hoe het ook zij, de opgraving en daarmee zijn naam werd vergeten waarbij de naam de status nomen oblitum kreeg. Wat zoiets als ‘vergeten naam’ betekent.

Apport!

We kennen hem inmiddels beter als de tiran onder de reptielen uit de prehistorie en heeft een ongekende bekendheid opgebouwd dankzij zijn opstellingen in musea, optredens in films, bijbehorende merchandise en diverse documentaires .
We hebben het hier uiteraard over ieders favoriete moordmachine uit de prehistorie: de Tyrannosaurus Rex. Ookwel populair T.Rex genoemd.
Hij schittert in majestueus in films als (natuurlijk) Jurrasic Park en King Kong en wordt nogal wat spottend afgebeeld in de nieuwere films zoals Night at the Museum en Ice Age: The Meltdown.
Maar vraag ieder volwassen kind, mezelf incluis, die opgegroeid is met de dino-rage toen Jurrasic Park voor het eerst in de bioscoop verscheen welke dinosaurus de meeste indruk bij ze heeft achtergelaten en je krijgt negen van de tien keer Mister T.Rex als antwoord.

Het ‘killerdesign’.

De enorme schedel met een flinke voorraad tanden in een meer dan indrukwekkende grote kaak, maken hem gemakkelijk de eerste verbeelding van een prehistorisch moordreptiel. Meerdere studies op zijn schedel en kaak wijzen uit dat de schepper een meer dan bijzonder efficiënte gehaktmolen op de tekentafel had liggen.
Hoe een achttal voortanden speciaal ontworpen waren om vleeslappen uit een prooi te rukken zien we bij de huidige levende wezens niet meer terug. Alleen zijn tijdgenoten zagen nog enige kans daarin te concurreren. Eén goed uitgekozen hap was voldoende om een prooi te doden. Eerdere theorieën die moesten uitwijzen dat hij zijn prooi eerst liet doodbloeden hielden geen stand. Het mag een wonder heten als je een hap van een meter lang en 30 centimeter diep langer dan een paar seconden weet te overleven.
Met een schedel die gemakkelijk 12% van zijn volle lengte uitmaakt is er weinig beweeglijkheid te verwachten van zijn nek. Om toch op een flexibele manier de prooi in stukken te kunnen scheuren werd dit gebrek gecompenseerd door het middengewricht van zijn onderkaak extra beweeglijk te maken.

Wedstrijdje doen?

Tel daar een stel gespierde achterbenen bij op waar de gemiddelde hardloper afgunstig van zou worden en hij vormt met zijn vermeende snelheid van 40 km/u ieders worst nightmare. En zelfs al had zijn snelheid gestokt bij de eerder berekende maximumsnelheid van 25 km/u … dan zou ik nog steeds wensen dat ik sneller kon rennen dan binnen de bebouwde kom op de rijbaan is toegestaan.
Het is een hongerig wezen van 5,6 ton die er wel oren naar heeft om jou als voorafje te proberen.

Achterom kijkende staar ik in een brullende muil van een enorm 14 meter lang wezen dat in zijn typerende naar voren hangende heuphouding jacht op mij maakt.

Geef me de … euh … twee?

Toch klopt er iets niet in mijn beeld bij deze zogenaamde ‘grootste vleeseter aller tijden’. Iets wat inmiddels ook niet meer klopt aangezien de in 1915 ontdekte Spinosaurus die titel later heeft veroverd.
Waarom heeft het wezen dat in de belevingswereld van een kind de prominente positie verschaft als de incarnatie van het monster twee absurd kleine armpjes met elk maar twee vingers?

Geef hem een lolly en hij kan het snoepgoed niet eens normaal vasthouden. De twee vingers geven gewoon niet voldoende grip om iets kleins vast te houden. Fijne motoriek is praktisch uit den bozen. Neuspeuteren is er dus ook niet bij. Hij zou zijn vingers niet bij zijn neus kunnen krijgen.
Hij heeft werkelijk te korte armen om op afstand iets te kunnen uitrichten.
Een klap uitdelen of een prooi vasthouden zou onmogelijk blijken. En om het vrouwtje te kunnen vasthouden bij het paren zou ook belachelijk zijn. Grove motoriek kun je dus ook wel wegstrepen.
Waar dienden die armpjes dan voor?

Waarom zou je dit wezen in vredesnaam überhaupt nog voorzien van armen? Zijn die enorme muil, twee indrukwekkende achterpoten en een staart om het geheel in balans te houden niet voldoende om een paar miljoen jaar als één van de meest gevreesde vleeseters te laten domineren?
Was het echt nodig deze koning te bespottelijk te decoreren met twee misvormde aanhangsels ter hoogte van zijn borst?

Gedevolueerd modeverschijnsel?

Tot voor kort dacht men altijd dat deze satéprikkers een gedevolueerd overblijfsel waren van zijn verre voorouders. Er is echter nog niet zo heel lang geleden een voorloper van hem opgegraven die deze theorie helemaal van de baan veegt.
Het bekende ‘killerdesign’ wat we zien bij de Tyrannosaurus Rex bleek 90 keer verkleind al zo te zijn toegepast door Moeder Natuur bij zijn stamvader de Raptorex kriegsteini.

Als je het mij vraagt hadden ze dit oerreptiel beter kunnen voorzien van een stel ‘normale armen’ en een tutu kunnen aantrekken. Het had mijn beeld van dit moordreptiel niet minder potsierlijk gemaakt.

Update: woensdag 31 maart 2010. Volgens mij verklaart deze afbeelding een hoop:

Op één nacht besloot ik mijn kleine padje te volgen en wachtte op het moment dat hij zijn bedje uit zou komen. Dat moment was daar. Zoals ik al had voorzien pakte hij zijn fietsje en weg was hij. Ik zette direct de achtervolging in met mijn eigen fiets en kwam al snel tot de conclusie dat ik er flink aan moest trekken om hem bij te houden. Mijn stalen ros maakte overuren. Had ik de auto maar gepakt. Als een bezetene trapte hij op zijn fietsje en fietste ver van huis. Met mij op sleeptouw trokken we het halve land door en wist ik op een ogenblik haast niet meer waar we waren beland. Dat terwijl hij geen licht op z’n fiets had en ik wel.

Na enkele uren kwamen we ergens aan tussen het midden en nowhere. Het was koud, ik had werkelijk geen idee waar we waren en was helemaal kapot. Mijn fiets verstopte ik achter een boom en keek wat mijn padje zou doen. Geheel in trance hupte mijn padje van zijn fietsje en sloop naar het dichtstbijzijnde huis. Er was geen tijd om te treuzelen. Ik volgde hem op de voet. Daarbij deed ik mijn uiterste best hem niet uit het oog te verliezen. Dat moest ik wel natuurlijk. Hoe zou ik anders zelf nog thuis komen? Ik hoopte maar dat hij de weg terug nog wist.

Anders dan hoe mijn padje via het toiletraampje naar binnen wist te klimmen, moest ik een andere manier vinden om te kunnen volgen wat er in dat huis stond te gebeuren. Om daarbij niet al te veel op te vallen sloop ik rechts langs het huis en trachtte glurend door de ramen te volgen wat er binnen gebeurde. Dit viel me niet mee en ik was mijn pad al snel kwijt. Hoe kon ik nu weten waar hij zich in het huis bevond? Ik hing hier maar wat aan de gevel waarbij mijn zicht werd geblokkeerd door een grote verzameling bakstenen. Het kwam op geluk aan of ik mijn pad toevallig door de ramen in een van de kamers zou zien huppen. Die mazzel kwam gelukkig. In de woonkamer zag ik hoe hij al huppend de trap opklom en naar de bovenetage bewoog. Ik hupte in de eerste de beste regenpijp en klom langs de gevel omhoog. Daarna raakte ik hem al gauw weer uit het oog. Hij kon nog steeds in alle kamers van die bovenetage binnengedrongen zijn. Dus kon ik wel precies aan de andere kant van het gebouw voor Spiderman aan het spelen zijn dan waar de ondeugende kwaker aan het inbreken was.

De nadering ontknoopte op het moment dat ik turend door een raam van één van de slaapkamers toevallig gadesloeg wat voor vunzige pad ik in huis had gehaald. De kwaker was juist de slaapkamer binnen getreden waar een bewoner lag te ronken. Herstel: bewoonster.

“Wat is dit nou?” Dacht ik. Dat mens wat daar in bed ligt ken ik! En niet ik alleen. Half Nederland zou haar zo herkennen. Dat wil zeggen: iedere Nederlander die destijds op werkdagen vanaf acht uur niets beters met zijn tijd wist te doen toen zij nog op TV was. Mijn vunzige kleine padje sloop dus blijkbaar ’s nachts bij bekende Nederlanders naar binnen, maar waarom? En bleef dit alleen bij jonge dames? Of vielen er ook oudere dames of wellicht ook mannelijke BN’ers ten prooi aan deze groenbruine vuns?

Die kleine viezerik, zo dacht ik, kroop op het bed en op het lichaam van deze jonge dame.
“Ik wist het!” dacht ik nog.
“Nu zal het gebeuren. En ik moet iets doen om het te stoppen.”
In lijn met mijn verwachting kroop hij onder haar negligé waar ik overtuigd was dat hij een eigen betekenis zou gaan geven aan wat padden met padden doen. Nu moest ik in actie komen, anders zou het vlug te laat zijn geweest.
Gepaard van de nodige onhandigheid trok ik mijzelf hoger naast een kozijn en wilde ik bekijken of ik een mogelijkheid zag om binnen te komen. Echter net dat ik tot de conclusie moest komen dat dit wel moeilijk zou worden, stokte mijn adem. Want op het moment dat ik iets wilde gaan ondernemen zag ik tot mijn grote schik hoe mijn kleine padje op haar buik klom en er gewoon in verdween. Recht op de plek waar haar navel zat verdween de bult in de stof van haar negligé die daar eerder door hem werd gevormd.

Laat in die ochtend heb ik nog als een Tom Boonen aan mijn stuur moeten harken om de laatste paar kilometers voor de pad uit te fietsen en eerder thuis te zijn dan hij. Nog hijgende van de inspannende fietstocht deed ik voor hem de deur open en trok hem naar binnen.
“Zo mannetje. Jij hebt mij wat uit te leggen. Waar ben jij geweest?” Krokodillentranen begonnen zich langzaam te vormen op zijn wangetjes.
“Nou meneertje? Zeg het maar.” Het groen trok uit zijn gezicht en antwoordde:
“Anneke van Jeuking.”
“Niets van waar. Zo heette ze niet. Wie was zij?” Ik had allang door dat dit geen hele leugen was, maar zijn manier om de waarheid te verdoezelen.
De pad twijfelde, maar zei uiteindelijk bijna ratelend:
“Vijg Aaneen Nukken, Nekkuiven Najagen, Genaak Kneu Venijn, Keniaan Junk Geven, Geen Juk Aanvinken, Javanen Ukken Gein, Ingenu Kajak Neven…” Ik moest hem de mond snoeren om te voorkomen dat er nog meer van dit soort rare en nare onzinwoorden zouden volgen. De kreten die hij hanteerde werden hoe langer hoe vunziger. Kreten waar werkelijk bizarre en smerige associaties mee te maken zouden zijn. Toch zat er wel degelijk een logica in dit gebrabbel. Een bekentenis die ik uit hem los zou trekken zou een hoop verklaren.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Fietsie foetsie
Volgend hoofdstuk: Der Witregels

By karelriemelneel | February 22, 2010 - 7:03 pm - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

Mocht je nu gaan roepen: “Ja, die ben ik laatst kwijtgeraakt”, dan gaat er een stem in mij op die je vraagt of je al van de bank komt voor twee euro? Maar eerlijk is eerlijk: ook vijf cent is het begin van een potentieel miljoen. Of was het toch een dubbeltje?
De rijkste eend ter wereld is ook zo begonnen.

In de afgelopen week is het mij twee keer overkomen: ik vond zo waar twee maal twee euro. De eerste maal bij de buurtsuper om de hoek. De tweede maal vergezeld van een stuiver bij ons achter in de steeg.
Eerlijke crimineel dat ik ben, heb ik ze in eigen zak gestoken.

Nu hoor ik je vragen: “Waarom val je ons er dan mee lastig als je de buit toch al zelf hebt toegeëigend?”
Eigenlijk doe ik je alleen maar een plezier. Nu de dooi in Nederland hier en daar de kop weer opsteekt, is het tijd om naar muntjes te zoeken. De kans is groot dat je nu juist geld vindt. In de sneeuw hoor je muntjes namelijk minder makkelijk vallen dan wanneer die witte rotzooi er niet is. Daarbij raakt het ook nog eens verstopt omdat het door de sneeuw heen valt. Op die manier blijft verloren geld gemakkelijk langer liggen.

Dus voor de echte geldwolven onder ons: het is nu een gouden tijd voor mensen die onder de vijf euro ook door de knietjes gaan.

By gsorsnoi | February 21, 2010 - 11:44 am - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

Val jij graag op of blijf je liever een beetje op de achtergrond?

Het zal een vraag zijn waarmee bewust of onbewust ieder mens wel eens worstelt. In de puberteit ben je daar misschien wel het meest mee bezig (geweest).

Allemaal een tepel.

Wanneer je net uit je ei komt wil je vast in de groep mee komen. Het laatste wat namelijk je wilt is aandacht te kort komen. En laten we eerlijk wezen, je wilt ook dat jouw mondje gevoed wordt, toch?
Het gaat hier puur om ons instinct. Kom je als kitten niet aan de tepel ,omdat je te zwak blijkt om voor die plek te vechten, dan wordt je vanzelf afgestoten. Je hebt dus een goede motivatie om voor jezelf op te komen en te laten zien dat jij er bent.
Dat principe werkt ook door in ons geciviliseerd bestaan.

Mode-hyena’s.

Eenmaal in de pubertijd zie je dat mensen nog een tikje extremer willen opvallen dan toen ze net uit de luiers werden getild. Er is altijd wel een rage aan de gang waarbij ‘iedereen’ één pluk haar rood verft. Of je moet vooral doen alsof je die ene band leuk vindt, want ‘iedereen’ vindt die gasten zo cool.
Oh nee, ‘cool’ is alweer uit. Je moet tegenwoordig ‘vet chill’ zeggen.
Zo ontstaat er vanzelf  een groep mode-hyena’s die de dienst uitmaken. Ze onderwerpen iedereen die ‘er bij’ wil horen aan hun eisen. De rest is per definitie uitschot of een andere aparte clan waar ze niets van willen weten.

Dus wat doe je?
De keuze ligt op zo’n moment natuurlijk geheel bij jezelf.
Soms kan de mode ook betekenen: doe je gewoon, dan doe je al gek genoeg.

Zwarte tijd.

Hoe het ook zij, aan het einde van de eerste twintig levensjaren houdt de voornaamste piek van ‘willen opvallen’ wel een beetje op. Gothics besluiten in plaats van twintig armbanden, drie tepelpiercings, zwarte lippenstift, zware zwarte andere make-up en wijde (zwarte) kleding met schreeuwende opdrukken langzaam over te schakelen naar … even adem halen … tien armbanden, twee tepelpiercings, wat minder zware make-up – maar nog steeds foeilelijk – en wat minder alternatieve (maar nog steeds zwarte) kleding te dragen waarop niet langer verwensingen naar de schepper van hemel en aarde worden geuit.
Voor elke andere jeugdige volkstam kan hiervoor natuurlijk een eigen versie worden gelezen.
De schreeuw om aandacht vlakt af naar mate de puberteit verder achter je ligt.

In het oog springen.

Op een goede dag loop je in een supermarkt, sta je in een apotheek of in een rij voor het NS-loket. Je kijkt om je heen en zie die goedgeklede hunk of die knappe dame in hare rode jurk. De rest van de wereld lijkt plotseling te vervagen zodat jouw aandacht op dat moment alleen nog maar op hem of haar is gevestigd.
Het hoeft natuurlijk helemaal niet direct een Brad Pitt-kloon te zijn of zijn lieftallige(?) Mrs Smith die je met een sensuele blik in de zevende hemel brengt. Elk individu die zich zo op zijn of haar eigen wijze kan onderscheiden van de rest van het publiek is een potentiële blikvanger.

Sommige mensen hoeven er echt maar heel weinig voor te doen om op te vallen. Je hoeft er zelfs niet bijster knap voor te zijn. Het helpt al als je erg lang bent of bijzonder dik. En erg magere mensen springen natuurlijk ook in het oog. Toch zie je extreem kleine mensen eenvoudig over het hoofd. Gek is dat eigenlijk.
Het gaat ze in elk geval een stuk lastiger af om je in het oog te springen.

Opvallen en wat je er voor wilt doen om op te vallen kan dus voor- en nadelen hebben.
Enkele mensen hebben nou eenmaal de eigenschap langer op een netvlies te blijven steken dan anderen.
Nu je inmiddels weet dat ik de eigenschap heb om moeilijk gezichten te kunnen vergeten (zie artikel “Met een goede tekenaar kun je niet rekenen“), weet je ook dat het inmiddels aardig druk is in mijn hoofd.