By karelriemelneel | March 13, 2010 - 8:59 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands, Uit het dagboek van een programmeur

image by silentfuzions, edited by Gsorsnoi

Dit gaat niet over leren strings, maar wat ik je over strings wil leren.

Het mogen dan misschien niet de eerste mensen zijn waarvan je dit zou verwachten, maar het zijn wel met name de programmeurs die dagelijks in strings zitten te werken. En ik kan het weten. Ik ben er zelf ook één.
Naast dat rare touwtje dat de suggestie moet wekken dat je ondergoed draagt, betekent ‘string’ in het Engels namelijk ook “een reeks lekkers”. Euh… sorry, ik bedoelde natuurlijk “een reeks leTTers”!

Strings hebben diverse functies en eigenschappen.
Je kunt …

  • een nieuwe string opbouwen.
    Ja, zelfs die veter is een keer door iemand gemaakt.
  • het formaat bepalen van een string.
    “Welke maat zoek je?”
  • een rij strings vinden (array).
    Kledingrekje.
  • een positie vinden van een string.
    “Hè, deze zit helemaal niet lekker”.
  • een string uitbreiden.
    Knak!
  • een string laten vallen.
    “Oeps!”
  • een string oppakken.
    “Ja sorry, die is van mij!”
  • een string verlaten.
    “En nu wij.”
  • of achter laten.
    Als aandenken.
  • een string verzenden.
    Vurige correspondentie!
  • een string ontvangen.
    “Nee m-mam, ik k-kan mijn post zelf wel open maken.”
  • een string kwijt zijn.
    Ga ik toch gewoon zonder naar mijn werk?
  • een string zoeken.
    “Draagt ze er nou wel of niet eentje?”
  • een string terugvinden.
    “Dat wordt dan 270 euro exclusief voorrij kosten voor het vervangen van een wasmachinepomp.”
  • een deel van een string zoeken.
    “Zo’n waslabel zou toch moeten opvallen op zo’n minuscuul stukje stof?”
  • strings koppelen.
    Alternatieve vluchtpoging bij gebrek aan lakens.
  • een string doorgeven.
    “Hè gatver!”
  • een string verplaatsen.
    “Zo’n touwtje in je bilnaad zit toch niet zo fijn hoor!”
  • een string in een string vinden.
    “Ah! Daar was je dus!”
  • strings samenvoegen.
    Mocht je nog in de groei zijn, dan plak je ze gewoon aan elkaar.
  • een string teruggeven.
    “Ze lijken zo op elkaar hè?”
  • een string opdelen.
    Kinky snoepondergoed.
  • een string hergebruiken.
    Nee, dan toch liever zonder naar mijn werk.
  • een string vervangen (functie ‘reverse string’!)
    Deze week de gele kant, volgende week de bruine.
  • een string vervangen.
    Dat dan liever!
  • op zoek gaan naar een space in je string.
    Scheten laten kan tot ongewenste gevolgen leiden.
  • een string deleten.
    De rek is er uit.

Zoals je ziet kun je echt een hele hoop met strings. Ze zijn alleen nooit even betrouwbaar. Een string is namelijk nooit integer. En of je nu een lange of een korte string hebt, een vaste of een variabele, je kunt er in elk geval erg mee lachen!

Nog een paar leuke uitspraken over strings:

“Ik heb nu een nieuwe string”
“Ik kan hem die string niet meegeven”
“Hij pakt gewoon die string”
“Mijn string is niet meer zichtbaar”
“Ik ben mijn string kwijt”
“Ik zag een string voorbij komen”  – [update: 26 april 2010]

… en veel veel meer …

Geloof het of niet, maar dit soort uitspraken hoor je bij mij op het werk dus IEDERE DAG!

Inmiddels is er ook een Deel 2 verschenen in deze string-verzameling. Die vind je hier.

By rinaoddel | March 11, 2010 - 1:20 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands, Tycoon Newspaper Archieven

image by Phim Anh, edited by Gsorsnoi

Gisteren rond de klok van vier kantelde een driewielig voertuig vlak voor het knooppunt Rotterpolderplein. Even daarvoor werd hij ingehaald door een Mini. De bestuurder meende in de Mini een man te hebben gezien die vanachter zijn stuur deed alsof hij een teddybeer de omgeving liet zien.
Het incident leverde onze asfaltjungle een file op van vijftien kilometer. ‘s Avonds na elven werd de weg weer vrijgegeven i.v.m. een door de gekantelde driewieler veroorzaakte kettingbotsing. Of kwam het nou door die teddybeer?

Uitgesproken door: Jos Werner, fractievoorzitter CDA.

Datum: Maandag 8 maart 2010

Mocht hij zijn baan ook kwijtraken, dan heeft WSNOI  nog wel even een vacature voor het onbestaande beroep ‘make-up hersenchirurg’ voor hem.

By gsorsnoi | March 8, 2010 - 8:38 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands

image by A.M. Kuchling, edited by Gsorsnoi 

“Who the fuck is Jeff Wayne?” zul je nu misschien wel denken.

Als je dat nu denkt dan heb je voor de rest van vandaag een kutdag, want ik ben niet van plan te verklappen wie Jeff Wayne is. Voor alle mensen die tussen 1978 en heden niet onder een steen hebben geleefd of niet te beroerd zijn geweest om de Wikipedia er even op na te slaan zullen inmiddels hun moment van euforie hebben beleefd.
Vervolgens zul je mij de vraag stellen wie ik wel niet denk dat ik ben na mijzelf te hebben willen voorstellen als deze bekende man. Welk lef heb ik om mij in te beelden zomaar met zijn naam te kunnen rondlopen?

Het is een spel wat Doubleyou en ik in het verleden veel hebben gebezigd.
Elke dag was ik iemand anders. En hij ook.

Het getuigde letterlijk van mensenkennis elke dag maar weer te kunnen herkennen wie de zogenaamde bekende vreemdeling was. Niet alleen voor degene die de naam moest herkennen, maar ook voor wie een originele naam wist te verzinnen. Zo schudden we elkaar iedere maal dat we elkaar zagen de handen en stelden ons voor als een andere bekend individu.
Dat wil zeggen: hopelijk bekend voor jezelf en de rest van de wereld, maar niet voor degene aan wie we de hand gaven.

Zo koos Doubleyou een naam en gaf mij, zich voorstellende onder die naam, de hand. We hoopte dan dat de ander de naam niet kende, of dat er in elk geval een humoristische associatie mee te maken was.
“Hoi, mijn naam is Tina Turner”. Mocht je nu www.wikipedia.org aan het intypen zijn in je webbrowser dan moet je daarna ook maar eens Googelen op ‘hunnebed’ en ‘Amish’.

Hoedanook, wil jij er voor zorgen dat jij en degene die je de hand schud de dag scherp begint, stel je dan eens voor onder een ‘zogenaamde’ bekendheid en verbaas je eens over de reacties die je daarmee uitlokt.

Met vriendelijke groet,

Gsorsn … euh … Jeff natuurlijk.

By rinaoddel | March 6, 2010 - 8:52 pm - Posted in Nederlands, Rara Rina

Deze maand beginnen we met een raadsel waar je in het voordeel bent als je beschikt over een rekenkundig inzicht:

Drie tandwielen staan achtereenvolgens geschakeld met 12, 8 en 10 tanden. Hoeveel rondjes moet het eerste tandwiel met 12 tanden dan draaien voordat de twee anderen opnieuw hun uitgangspositie bereiken?

By reuzenavelpad | March 4, 2010 - 7:50 pm - Posted in De anagrammen, Nederlands, Reuze Navelpad, Verbaal Genot

image by The Bikini Open, edited by Gsorsnoi

Hebben jullie ook zo’n zin in de zomer? Van die witte troep buiten, die ijzige kou en vastgevroren sloten heb ik in elk geval nu wel weer genoeg gehad. Het leek me daarom een goed idee om met de anagrammen van deze maand alvast een beetje in de lente- en zomerstemming te komen.

Het zal deze maand weinig uitleg behoeven wat het thema zal zijn (en zeker met zo’n plaatje erbij!). Ik zal het thema nooit verklappen, maar via aanwijzingen en/of een te ontdekken patroon in de anagrammen kom je vaak al een hoop te weten.

Niet alle moordwijven zijn mijn type, maar gezegd mag worden dat de dames hieronder wel allemaal één ding gemeen hebben. Wat ze gemeen hebben?
Het anagram waar geen bekende Nederlander uit te ontanagramminiseren valt, geeft antwoord op die vraag!

  • Loeiende Kegels (geraden door PiCo)
  • Beha Neigt Neerstortten (geraden door PiCo)
  • Help Camera Openen (BoB wel) – Ton kan niet spellen.
  • Indien Voorjaar (geraden door Sandra)
  • Oom Begeert Kus (geraden door PiCo)
  • Ongans Bikine (geraden door PiCo)
  • Puma Kamelen (geraden door PiCo)
  • Niemandal Vrije Mik (geraden door PiCo)
  • Debug Inrijen (geraden door PiCo)
  • Dierenarts Shovel (geraden door BoB) – beter bekend onder haar artiestennaam met een ‘Z’.
  • Vishandel In Quotum (geraden door PiCo)
  • Discmen Riool Typ (geraden door PiCo)
  • Zomaar Chili Au (geraden door PiCo)
  • Katrien Lychee (geraden door PiCo)
  • Gokhal Rennen (geraden en ontnavelt door Aad)
  • Hier Rolex Vandaal (geraden door PiCo)
  • Is Viese Lym (geraden door PiCo)
  • Bajes Been Vreter (geraden door PiCo)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

PS: deze Reuze Navelpad bevat slechts één instinker!

By karelriemelneel | March 2, 2010 - 6:33 pm - Posted in Contaminaties, Nederlands, Verbaal Genot

Bestaat uit: “Stapje voor stapje” + “Stukje bij beetje”

Uitgesproken door: Richard

Datum: Dinsdag 3 maart 2010

By achmedlien | February 28, 2010 - 3:36 pm - Posted in Gekalibreerde Gedrochten, Nederlands

image by abbamouse, edited by Gsorsnoi

In meerdere opzichten is deze tot de familie Theropoda behorende sauriër intrigerend te noemen.

Zijn tanden werden voor het eerst gevonden in 1874 door A.Lakes in Colorado. Foutief dacht men toen dat het hier om een Deinodon ging.
In 1892 echter dook hij opnieuw op in South Dakota en kreeg de naam Manospondylus gigas. Feitelijk was dit de oorspronkelijke naam, maar deze naam was geen lang leven beschoren. Zou men toen per abuis hebben gedacht dat deze overduidelijke carnivoor familie moest zijn geweest van de herbivore soort Manospondylus? In dat geval zou ik aan de hier gevonden vraagstelling een hele andere conclusie willen opknopen. Hoe het ook zij, de opgraving en daarmee zijn naam werd vergeten waarbij de naam de status nomen oblitum kreeg. Wat zoiets als ‘vergeten naam’ betekent.

Apport!

We kennen hem inmiddels beter als de tiran onder de reptielen uit de prehistorie en heeft een ongekende bekendheid opgebouwd dankzij zijn opstellingen in musea, optredens in films, bijbehorende merchandise en diverse documentaires .
We hebben het hier uiteraard over ieders favoriete moordmachine uit de prehistorie: de Tyrannosaurus Rex. Ookwel populair T.Rex genoemd.
Hij schittert in majestueus in films als (natuurlijk) Jurrasic Park en King Kong en wordt nogal wat spottend afgebeeld in de nieuwere films zoals Night at the Museum en Ice Age: The Meltdown.
Maar vraag ieder volwassen kind, mezelf incluis, die opgegroeid is met de dino-rage toen Jurrasic Park voor het eerst in de bioscoop verscheen welke dinosaurus de meeste indruk bij ze heeft achtergelaten en je krijgt negen van de tien keer Mister T.Rex als antwoord.

Het ‘killerdesign’.

De enorme schedel met een flinke voorraad tanden in een meer dan indrukwekkende grote kaak, maken hem gemakkelijk de eerste verbeelding van een prehistorisch moordreptiel. Meerdere studies op zijn schedel en kaak wijzen uit dat de schepper een meer dan bijzonder efficiënte gehaktmolen op de tekentafel had liggen.
Hoe een achttal voortanden speciaal ontworpen waren om vleeslappen uit een prooi te rukken zien we bij de huidige levende wezens niet meer terug. Alleen zijn tijdgenoten zagen nog enige kans daarin te concurreren. Eén goed uitgekozen hap was voldoende om een prooi te doden. Eerdere theorieën die moesten uitwijzen dat hij zijn prooi eerst liet doodbloeden hielden geen stand. Het mag een wonder heten als je een hap van een meter lang en 30 centimeter diep langer dan een paar seconden weet te overleven.
Met een schedel die gemakkelijk 12% van zijn volle lengte uitmaakt is er weinig beweeglijkheid te verwachten van zijn nek. Om toch op een flexibele manier de prooi in stukken te kunnen scheuren werd dit gebrek gecompenseerd door het middengewricht van zijn onderkaak extra beweeglijk te maken.

Wedstrijdje doen?

Tel daar een stel gespierde achterbenen bij op waar de gemiddelde hardloper afgunstig van zou worden en hij vormt met zijn vermeende snelheid van 40 km/u ieders worst nightmare. En zelfs al had zijn snelheid gestokt bij de eerder berekende maximumsnelheid van 25 km/u … dan zou ik nog steeds wensen dat ik sneller kon rennen dan binnen de bebouwde kom op de rijbaan is toegestaan.
Het is een hongerig wezen van 5,6 ton die er wel oren naar heeft om jou als voorafje te proberen.

Achterom kijkende staar ik in een brullende muil van een enorm 14 meter lang wezen dat in zijn typerende naar voren hangende heuphouding jacht op mij maakt.

Geef me de … euh … twee?

Toch klopt er iets niet in mijn beeld bij deze zogenaamde ‘grootste vleeseter aller tijden’. Iets wat inmiddels ook niet meer klopt aangezien de in 1915 ontdekte Spinosaurus die titel later heeft veroverd.
Waarom heeft het wezen dat in de belevingswereld van een kind de prominente positie verschaft als de incarnatie van het monster twee absurd kleine armpjes met elk maar twee vingers?

Geef hem een lolly en hij kan het snoepgoed niet eens normaal vasthouden. De twee vingers geven gewoon niet voldoende grip om iets kleins vast te houden. Fijne motoriek is praktisch uit den bozen. Neuspeuteren is er dus ook niet bij. Hij zou zijn vingers niet bij zijn neus kunnen krijgen.
Hij heeft werkelijk te korte armen om op afstand iets te kunnen uitrichten.
Een klap uitdelen of een prooi vasthouden zou onmogelijk blijken. En om het vrouwtje te kunnen vasthouden bij het paren zou ook belachelijk zijn. Grove motoriek kun je dus ook wel wegstrepen.
Waar dienden die armpjes dan voor?

Waarom zou je dit wezen in vredesnaam überhaupt nog voorzien van armen? Zijn die enorme muil, twee indrukwekkende achterpoten en een staart om het geheel in balans te houden niet voldoende om een paar miljoen jaar als één van de meest gevreesde vleeseters te laten domineren?
Was het echt nodig deze koning te bespottelijk te decoreren met twee misvormde aanhangsels ter hoogte van zijn borst?

Gedevolueerd modeverschijnsel?

Tot voor kort dacht men altijd dat deze satéprikkers een gedevolueerd overblijfsel waren van zijn verre voorouders. Er is echter nog niet zo heel lang geleden een voorloper van hem opgegraven die deze theorie helemaal van de baan veegt.
Het bekende ‘killerdesign’ wat we zien bij de Tyrannosaurus Rex bleek 90 keer verkleind al zo te zijn toegepast door Moeder Natuur bij zijn stamvader de Raptorex kriegsteini.

Als je het mij vraagt hadden ze dit oerreptiel beter kunnen voorzien van een stel ‘normale armen’ en een tutu kunnen aantrekken. Het had mijn beeld van dit moordreptiel niet minder potsierlijk gemaakt.

Update: woensdag 31 maart 2010. Volgens mij verklaart deze afbeelding een hoop:

Op één nacht besloot ik mijn kleine padje te volgen en wachtte op het moment dat hij zijn bedje uit zou komen. Dat moment was daar. Zoals ik al had voorzien pakte hij zijn fietsje en weg was hij. Ik zette direct de achtervolging in met mijn eigen fiets en kwam al snel tot de conclusie dat ik er flink aan moest trekken om hem bij te houden. Mijn stalen ros maakte overuren. Had ik de auto maar gepakt. Als een bezetene trapte hij op zijn fietsje en fietste ver van huis. Met mij op sleeptouw trokken we het halve land door en wist ik op een ogenblik haast niet meer waar we waren beland. Dat terwijl hij geen licht op z’n fiets had en ik wel.

Na enkele uren kwamen we ergens aan tussen het midden en nowhere. Het was koud, ik had werkelijk geen idee waar we waren en was helemaal kapot. Mijn fiets verstopte ik achter een boom en keek wat mijn padje zou doen. Geheel in trance hupte mijn padje van zijn fietsje en sloop naar het dichtstbijzijnde huis. Er was geen tijd om te treuzelen. Ik volgde hem op de voet. Daarbij deed ik mijn uiterste best hem niet uit het oog te verliezen. Dat moest ik wel natuurlijk. Hoe zou ik anders zelf nog thuis komen? Ik hoopte maar dat hij de weg terug nog wist.

Anders dan hoe mijn padje via het toiletraampje naar binnen wist te klimmen, moest ik een andere manier vinden om te kunnen volgen wat er in dat huis stond te gebeuren. Om daarbij niet al te veel op te vallen sloop ik rechts langs het huis en trachtte glurend door de ramen te volgen wat er binnen gebeurde. Dit viel me niet mee en ik was mijn pad al snel kwijt. Hoe kon ik nu weten waar hij zich in het huis bevond? Ik hing hier maar wat aan de gevel waarbij mijn zicht werd geblokkeerd door een grote verzameling bakstenen. Het kwam op geluk aan of ik mijn pad toevallig door de ramen in een van de kamers zou zien huppen. Die mazzel kwam gelukkig. In de woonkamer zag ik hoe hij al huppend de trap opklom en naar de bovenetage bewoog. Ik hupte in de eerste de beste regenpijp en klom langs de gevel omhoog. Daarna raakte ik hem al gauw weer uit het oog. Hij kon nog steeds in alle kamers van die bovenetage binnengedrongen zijn. Dus kon ik wel precies aan de andere kant van het gebouw voor Spiderman aan het spelen zijn dan waar de ondeugende kwaker aan het inbreken was.

De nadering ontknoopte op het moment dat ik turend door een raam van één van de slaapkamers toevallig gadesloeg wat voor vunzige pad ik in huis had gehaald. De kwaker was juist de slaapkamer binnen getreden waar een bewoner lag te ronken. Herstel: bewoonster.

“Wat is dit nou?” Dacht ik. Dat mens wat daar in bed ligt ken ik! En niet ik alleen. Half Nederland zou haar zo herkennen. Dat wil zeggen: iedere Nederlander die destijds op werkdagen vanaf acht uur niets beters met zijn tijd wist te doen toen zij nog op TV was. Mijn vunzige kleine padje sloop dus blijkbaar ’s nachts bij bekende Nederlanders naar binnen, maar waarom? En bleef dit alleen bij jonge dames? Of vielen er ook oudere dames of wellicht ook mannelijke BN’ers ten prooi aan deze groenbruine vuns?

Die kleine viezerik, zo dacht ik, kroop op het bed en op het lichaam van deze jonge dame.
“Ik wist het!” dacht ik nog.
“Nu zal het gebeuren. En ik moet iets doen om het te stoppen.”
In lijn met mijn verwachting kroop hij onder haar negligé waar ik overtuigd was dat hij een eigen betekenis zou gaan geven aan wat padden met padden doen. Nu moest ik in actie komen, anders zou het vlug te laat zijn geweest.
Gepaard van de nodige onhandigheid trok ik mijzelf hoger naast een kozijn en wilde ik bekijken of ik een mogelijkheid zag om binnen te komen. Echter net dat ik tot de conclusie moest komen dat dit wel moeilijk zou worden, stokte mijn adem. Want op het moment dat ik iets wilde gaan ondernemen zag ik tot mijn grote schik hoe mijn kleine padje op haar buik klom en er gewoon in verdween. Recht op de plek waar haar navel zat verdween de bult in de stof van haar negligé die daar eerder door hem werd gevormd.

Laat in die ochtend heb ik nog als een Tom Boonen aan mijn stuur moeten harken om de laatste paar kilometers voor de pad uit te fietsen en eerder thuis te zijn dan hij. Nog hijgende van de inspannende fietstocht deed ik voor hem de deur open en trok hem naar binnen.
“Zo mannetje. Jij hebt mij wat uit te leggen. Waar ben jij geweest?” Krokodillentranen begonnen zich langzaam te vormen op zijn wangetjes.
“Nou meneertje? Zeg het maar.” Het groen trok uit zijn gezicht en antwoordde:
“Anneke van Jeuking.”
“Niets van waar. Zo heette ze niet. Wie was zij?” Ik had allang door dat dit geen hele leugen was, maar zijn manier om de waarheid te verdoezelen.
De pad twijfelde, maar zei uiteindelijk bijna ratelend:
“Vijg Aaneen Nukken, Nekkuiven Najagen, Genaak Kneu Venijn, Keniaan Junk Geven, Geen Juk Aanvinken, Javanen Ukken Gein, Ingenu Kajak Neven…” Ik moest hem de mond snoeren om te voorkomen dat er nog meer van dit soort rare en nare onzinwoorden zouden volgen. De kreten die hij hanteerde werden hoe langer hoe vunziger. Kreten waar werkelijk bizarre en smerige associaties mee te maken zouden zijn. Toch zat er wel degelijk een logica in dit gebrabbel. Een bekentenis die ik uit hem los zou trekken zou een hoop verklaren.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Fietsie foetsie
Volgend hoofdstuk: Der Witregels

By karelriemelneel | February 22, 2010 - 7:03 pm - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

Mocht je nu gaan roepen: “Ja, die ben ik laatst kwijtgeraakt”, dan gaat er een stem in mij op die je vraagt of je al van de bank komt voor twee euro? Maar eerlijk is eerlijk: ook vijf cent is het begin van een potentieel miljoen. Of was het toch een dubbeltje?
De rijkste eend ter wereld is ook zo begonnen.

In de afgelopen week is het mij twee keer overkomen: ik vond zo waar twee maal twee euro. De eerste maal bij de buurtsuper om de hoek. De tweede maal vergezeld van een stuiver bij ons achter in de steeg.
Eerlijke crimineel dat ik ben, heb ik ze in eigen zak gestoken.

Nu hoor ik je vragen: “Waarom val je ons er dan mee lastig als je de buit toch al zelf hebt toegeëigend?”
Eigenlijk doe ik je alleen maar een plezier. Nu de dooi in Nederland hier en daar de kop weer opsteekt, is het tijd om naar muntjes te zoeken. De kans is groot dat je nu juist geld vindt. In de sneeuw hoor je muntjes namelijk minder makkelijk vallen dan wanneer die witte rotzooi er niet is. Daarbij raakt het ook nog eens verstopt omdat het door de sneeuw heen valt. Op die manier blijft verloren geld gemakkelijk langer liggen.

Dus voor de echte geldwolven onder ons: het is nu een gouden tijd voor mensen die onder de vijf euro ook door de knietjes gaan.