By rinaoddel | October 14, 2011 - 5:23 pm - Posted in Gevleugelde Uitspraken, Nederlands, Verbaal Genot

Mensen die rondom kanalen en rivieren gevestigd zijn, zullen wel herkennen dat zij die aan de andere kant wonen of zijn opgegroeid per definitie aan de ‘verkeerde kant’ zitten.

Een collega van mij zei daar vandaag het volgende over:
“Je hebt boven het kanaal en onder de rivieren en daartussen ligt
Nederland.”

By rinaoddel | September 22, 2011 - 2:08 pm - Posted in Gevleugelde Uitspraken, Nederlands, Verbaal Genot

Opgemerkt toen een logopediste op ‘Dove’ trakteerde tijdens haar vertrek. Iets klopt hier niet helemaal.

Uitgesproken door: een opmerkzame collega.

Datum: donderdag 22 september, 2011.

image by Gsorsnoi, edited with DAZ3d and Photoshop

Het was dus waar. Ook Retroman kende Graaf Schaurig. Al had hij de man niet bij naam gekend. Kornelis wist in elk geval zeker wie hij was. En na wat hij gezien had bij de entree van het kantoor van de Tycoon Newspaper, moest hij onderkennen dat de graaf een door en door slechte figuur was. Hij zat achter die omvangrijke paddenstroom die de inwoners van Gohes City massaal tot zombies transformeerde. Maar waarom? Wat voor duister verleden speelde er tussen Kornelis Oflook en die graaf dat het hem tot zo’n genadeloze actie had gebracht? Was het wraak? En zo ja, waartoe was die wraak dan ontstaan?

Retroman besloot dat het nu niet zoveel zin had daar langer bij stil te staan. Dankzij de samensmelting met de Reuze Navelpad had hij hernieuwde krachten gevonden. Hij voelde zich beter en had verse moed om de slag om Gohes City te hervatten. Toegegeven, in ‘De Chinese Doolhof’ krioelde het van de monsters, hij had nu een nieuwe strategie uitgedacht. Bovendien had hij nu een duidelijk doel voor ogen: als hij deze dwaaltuin van Chinese bouwwerken kon ontvluchten dan was het die Graaf Schaurig die hij moest hebben. Alleen hij kon deze waanzin de kop indrukken. Retroman zou het ditmaal niet via de riolen van de stad proberen, maar over diens daken. Padden voelden zich thuis in een vochtige omgeving en aan de grond. Dus het was logisch dat hij niet veilig had gebleven wanneer hij zijn weg via de ondergrondse vuilnisgoot had vervolgd. Vluchten via de daken zou wel een opgave worden, het reduceerde ook de kans dat hij door zombies overmeesterd werd. Klimgeiten waren zij niet, dus hij was in het voordeel. Maar het klauteren over de overspanningen zou een zware bevalling worden.

Enkele dagen vlogen voorbij. Retroman, met de pad nog altijd in zijn buik, had vastberaden zijn plan voortgezet. Inmiddels was hij ervan overtuigd dat hij zich ten doel moest stellen om het slot van Graaf Schaurig te vinden. De Reuze Navelpad was daarbij zijn gids. Eenmaal daar aangekomen, zou hij de mogelijkheden van het zakhorloge moeten aanspreken om terug te reizen in de tijd. Hoe hij dat zou doen was voor latere zorg. Hij maakte zich nu nog even niet druk over de vraag hoe het zakhorloge uit zijn buik in zijn handen terecht moest komen. Belangrijker was nu te vluchten uit dit lugubere China Town. Makkelijk was dat zeker niet. Daarbij, ontkomen aan deze wirwar van straten was zelfs de oudste bewoners ervan nog nimmer gelukt. Niet dat iemand zich kon herinneren in elk geval. Toch moest hij erin slagen. En de route langs te daken kon hierin weleens de uitkomst zijn.

Toen hij op een zekere avond onder enkele overhangende takken van een klimop naar beneden tuurde, liet hij zijn oog vallen op een aantal straten die zich van de eerdere onderscheidden. Behoedzaam liet hij zich langs de gevels op lager vlak glijden en nam de nieuwe omgeving in zich op. Tegelijkertijd had hij de nieuwsgierigheid gewekt van zijn kameraadje die verandering in zijn hartslag niet was ontgaan.
“De padden hebben hier weer flink huisgehouden, en waarschijnlijk voordat de Aziaten de kans hadden om hun indringers op te merken en zich te verdedigen.” Retroman kreeg zowaar de indruk dat de navelpadden hier nog niet zo heel lang geleden voorbij waren getrokken.”Karbonade!” Ontsteld wees hij op de sporen van de strijd.
“Hier hebben ze de inwoners flink te pakken gehad  – we zien het verse bloed nog op de tegels.”
Met huisraad hadden de slachtoffers zich geprobeerd te verdedigen tegen de opkomende golf van padden en zombies. De lijken lagen her en der in hofjes, steegjes en tuinen verspreid. In deze omgeving zou Retroman zich normaal al meer thuis hebben gevoeld dan de troosteloze bedoening die hij ondertussen achter zich had gelaten. Hier waren de straten breder en de ruimtes meer open. Planten in potten, versieringen aan de wanden en hekwerken en andere vrolijke ornamenten fleurden het geheel hier weelderig op. Maar het was in schril contrast met de slachting die de padden van de graaf teweeg hadden gebracht.
“Ze eten de hersenen en de andere ingewanden altijd het eerst op,” verklaarde Retroman en doelde daarmee op de zombies. “Hier hebben ze het centrale zenuwstel uit de schedels geslurpt of geschud voordat ze die met hun klauwen naar binnen hebben gewerkt.”
Daarna hadden ze de lijken in vieren getrokken en de afgerukte ledematen onordelijk verspreid. Voeten die bij de enkelgewrichten waren afgekloven, hingen met pezen nog amper aan de benen. Ze vonden hoofden en handen die van hun eigenaren gescheiden waren, en nauwelijks herkenbare handpalmen die als toetje hadden gefungeerd. Het vlees was van de vingers gezogen. Ze hadden sommige schedels simpelweg opengespleten, de hersens er met hun vingers uitgeschept, een grote delicatesse voor de zombies,  en daarna de wangen er afgeschraapt en de tongen er uitgerukt. De gebroken schedels en kleine botjes lagen overal verspreid. De navelpadden waren hier zo vluchtig en gulzig aan het volk voorbij getrokken, dat iedereen die aan ze wist te ontsnappen als voer achterbleef voor de monsters die ze hadden gecreëerd. Daarna waren ze snel in zuidelijke richting vertrokken om nieuwe slachtoffers te maken.
“Z-zouden de zombies hier nog zijn?” vroeg de Reuze Navelpad bibberend. “Deze slachting is nog maar van pas geleden.”
Retroman wilde even graag dat antwoord weten. Mogelijk hadden de zombies de navelpadden achtervolgd om gelijk hun eigen bloeddorst te kunnen stillen. En nadat hij even had nagedacht, knikte hij zijn hoofd. “Zij zijn hier in deze paar straten misschien wel met vijftig of zestig man tegelijk gezombificeerd. De inwoners moeten gruwelijk zijn verrast. Een aantal zal zich zeker bij de navelpadden hebben gevoegd en met hen mee zijn getrokken. Maar je kunt er donder op zeggen dat er nog een paar in de steegjes alhier verscholen zullen zitten. Zij zullen ons dieper in moeilijk terrein willen binnenlokken en een hinderlaag voor ons leggen.”

Hij keek rond tussen de fraaie Oosterse bebouwing. “En ze zullen ook zeker een paar man op scherp hebben staan om ons te bespioneren. Ze houden ons waarschijnlijk op dit moment in de gaten.”
Retroman trok zijn zwaard en zocht dekking in een steegje. “Als wij hen niet volgen, zullen zij ons volgen en dat is precies wat we willen. Dan zijn wij in het voordeel. We zullen hen naar een slagveld leiden dat we zelf kiezen.”
“Daar een dojo!” bracht de pad uit en wees naar een verlaten zaaltje waar voorheen martial arts werd beoefend.
Zijn gastheer had het ook gezien en sloop er heen.
“Goed gezien Pad. Daar gaan wij de nacht in doorbrengen.”

De volgende ochtend vroeg had Retroman wat noedels en gedroogd zeewier gevonden en riskeerde het om dit klaar te maken boven een Japans kooktoestel. De hibachi die hij daarvoor gebruikte gaf tevens wat aangename warmte af, maar zou ook zombies kunnen lokken. Dat moest dan maar, overtuigde hij zichzelf, ze moesten toch wat op krachten komen. Het laatste moment dat ze wat gegeten hadden was alweer bijna vierentwintig uur geleden. En ze hadden de energie nodig om hun eindeloze reis voort te kunnen zetten. Tegen het middaguur waren ze, na de dojo te hebben verlaten, gestopt om te rusten en water te drinken uit een fontein die onder een brug was geïnstalleerd. Het was het bijzondere duo opgevallen dat ze al die tijd nog geen pad of zombie hadden gezien. Zo heimelijk als een schaduw kruisten ze een plantsoen met Japanse sierkersen om uit te komen in een straatje dat overging in een klein parkje rondom een tempel met kleine pagodes. De afdrukken van tientallen blote voeten waren hier zichtbaar in het zand voor de traptreden die naar het religieuze hoofdgebouw leidde. Afgelopen nacht had het geregend, dus zo lang geleden konden de zombies hier nog niet zijn gepasseerd. Zo vers als de voetsporen waren overtuigde het hen dat ze hier allerminst veilig waren. Daarop staken ze door tot ze weer tussen de huizen waren en het volgende indrukwekkende bouwwerk hadden gevonden. Het was een theehuis dat volledig was opgetrokken in de shoinzukuri-stijl. Het interieur bestond uit verhogingen met matten waar de gasten op konden zitten. In deze ruimte was ook een tokonoma aanwezig, een kleine nis met daarin een papieren scroll dat was uitgerold aan de wand. Bloemstukken op plankjes verfraaiden het geheel.
“Spoedig begint het,” verzekerde de Reuze Navelpad zijn vriend toen ze het vertrek hadden betrokken. “De jakhalzen zijn nog in de buurt en volgen ons. Zoals we hebben voorzien, zal de aanval nu niet lang meer uitblijven.”
Die avond zaten ze tot laat in de gastzaal met het verfijnde interieur om plannen te maken voor de volgende dag. Retroman sliep laat in, met de pad nog in zijn buik, en bleef uiterst waakzaam voor de dreiging die op de loer lag. Die nacht gebeurde er niets schokkend. De volgende  ochtend wilden ze vroeg vertrekken. Beide wisten dat er nu iets stond te gebeuren. De vereende gedachte aan de voetstappen die ze eerder hadden gezien kondigde een nieuwe confrontatie aan. Omzichtig stapten ze hun korte verblijfplaats uit en liepen in het verlengde van hun eerder belopen route. Binnen een paar honderd meter echter hielden ze halt. Een schaduw trok langs de daken en verdween even plotseling als het verschenen was. Snel sloegen ze een gat tussen henzelf en het theehuis. Ze waren ervan overtuigd dat ze een beweging hadden bespeurd op een muurtje dat één van de tuinen omringde. Onder het wegduiken en hoger terrein zoekende, bestudeerden Retroman en de Reuze Navelpad de bebouwing die rijk was aan versierde daken. Onder andere omstandigheden hadden ze hier vol bewondering kunnen genieten van de architectuur. Ditmaal was het de onzichtbare vijand waar ze gebiologeerd naar tuurden.
Ze zochten een plek die hun een voordelige uitgangspositie zou bieden. Voor hen uit verrees een klein geïsoleerde tempeldak boven de andere huizen. Ze spoedden zich er schuin naartoe. Retroman rende tegen de oostelijke overspanning en vond er voldoende houvast om linksom beschutting te zoeken achter een klein dakkapel. Toen ze dat punt bereikt hadden, zagen ze opnieuw beweging op de tegenoverliggende dakconstructies. Het ochtendrood  prikte scherp langs de dakpannen. Het bemoeilijkte het zicht, maar vormde tegelijk en natuurlijke verdediging. De zombies, padden of wie er ook achter ze aanzat, moest tegen het pas ontwaakte zonlicht inkijken om hun prooi te kunnen ontwaren. Een betere uitgangspositie had het onwaarschijnlijke duo zich niet kunnen wensen. Ofschoon de route naar het tempeldak vrijwel geheel open lag vormde de wanordelijke verstrengeling van de overkappingen een ondoordringbare muur. Het zou de vijand simpelweg te veel inspanning kosten om tot het punt te geraken waarop een effectieve aanval mogelijk zouden worden geacht.

Retroman en de pad spiekten langs  het gebakken klei. Aan de andere kant van de weg was het dakwerk meer effen en, zo te zien, leken de muren en andere hoogtes weinig dekking voor zombies om een hinderlaag te bieden. De rand van het dak waarop Retroman met zijn pad verborgen zat was maar veertig meter verwijderd van waar ze meenden iemand te hebben gezien, een afstand die met gezond verstand en een paar sprongen gemakkelijk te overbruggen was. Ze plakten zich weer snel tegen het venster van het dakkapel en wachtten af. Het verstoppertje spelen om leven en dood begon tot z’n climax te komen. En beide wisten, dat het ditmaal niet bij een paar tientallen aanvallers zou blijven.
“We worden gevolgd door minstens een legioen zombies. Schrik dus niet als we het dadelijk tegen een paar duizend ondoden moeten opnemen,” zei Retroman tegen zijn gast. “Laat hen maar dichterbij komen. Zolang wij hier boven zitten, hebben wij ze allang in de gaten voor ze een aanval kunnen voorbereiden. Het zal een massaslachting zijn die niet meer is vertoond sinds Spartacus. We mogen geen fouten maken. We doden hen snel met steeds een zuivere slag van het samuraizwaard. Niemand van hen zal de top bereiken. Het is alleen te hopen dat er voldoende ruimte zal zijn om de lijken te kunnen stapelen.”

Ze hoefden niet lang te wachten voordat het eerste silhouet de aanwezigheid van een zombie verried. Eén hoofd verscheen en al spoedig volgden er meer. Uit alle hoeken en gaten doken de lijkbleke gedaantes op die uit waren op ieder klein hapje mensenvlees waar ze hun hand op zouden kunnen leggen. Grote kans dat de eerdere restanten, die Retroman en de pad bij het betreden van deze nieuwe wijk hadden ontdekt, inmiddels tot de laatste botten waren afgekloven.

Retromans borst ging hijgend maar beheerst op en neer en zijn armspieren waren sprak gespannen om de eerste slag te kunnen uitdelen. Even later glipten de drie eerste zombies langs dakdelen die zich direct naast de tempel over de gebouwen uitspreidden. Retroman keek de avant-gardisten indringend aan, maar er was iets dat hem belette om zijn aandacht erbij te houden. Rechts van hem klonk een klaaglijk geluid. Voor een fractie van een seconde keek hij opzij en direct weer recht voor zich uit waar de eerste zombie een tevergeefse poging waagde het gat tussen de daken te overbruggen. Hij viel in de opening ertussen en verdween uit beeld. Die onfortuinlijke poging gaf Retroman nog een extra ogenblik om zich ervan te vergewissen wat hij had gehoord en waar het geluid vandaan was gekomen.
“Doe het niet!” waarschuwde de Reuze Navelpad terstond toen hij door kreeg waar Retroman zijn aandacht op gefocust had. Rechts van hen in een woning, en feitelijk recht tegenover het venster van het dakkapel, lag een zwangere vrouw te hijgen in het valse licht dat binnenviel in het vertrek waarin zij voor haar leven vocht. Dit was het moment waar Retroman al die tijd naar had uitgekeken. Eindelijk had hij de bevestiging gekregen dat hij toch niet de laatste mens was in de gedoemde stad. En de vrouw was nog zwanger ook. Voor een laatste maal keek hij naar de zombies die naarstig probeerden de tussenliggende afstand te verkleinen. Eén ervan had de gewaagde sprong succesvol klaargespeeld en was bezig zich te herstellen om verder naar boven te kruipen. Retroman worstelde met de keuze of hij zijn verstand moest laten spreken of dat hij op dit ongelukkig moment zou toegeven aan het verleidelijke.

“Retroman!” gilde de pad vanuit zijn binnenste. Maar Retroman had reeds afscheid genomen van zijn strategische positie en was weggesprongen. Hierdoor graaide de eerste zombie weliswaar naast zijn prooi, de man die zich ooit als een slinkse ninja door Gohes City bewoog, gaf er nu de voorkeur aan zich te storten in volkomen onbekend terrein. Door het venster belandde hij op een de vloer van een stoffig halfdonker kamertje. Hij richtte zich dadelijk op zodat hij recht tegenover de jonge vrouw stond. En al gauw werd duidelijk hoe onverstandig deze zet was geweest. In deze ruimte waren meer personen aanwezig. En velen ervan hadden hun buiken nog lang niet vol.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Het laatste nieuws
Volgende hoofdstuk: Slaapkamergeheimen

By retroman | September 2, 2011 - 8:30 am - Posted in De anagrammen, Duimzuigerij, Nederlands, Reuze Navelpad


image by termani, edited by Gsorsnoi

Het moge bekend zijn dat wij zonderlinge Snooilingen er nogal nerderige hobby’s op na houden: verhalen schrijven, computerspelletjes maken, quizzen en bordspelletjes spelen, enzovoorts.

De Reuze Navelpad nu heeft echter de neiging om maar al te graag in de navels van sportmensen te duiken en zo anagrammen op te boeren die voor sommige TN’ers (lees: de schrijver van dit artikel) niet te ontnavelen zijn vanwege de onnerderigheid van het thema ‘sport’.

Na talloze anagramgerelateerde vernederingen (vernerderingen?) geleden te hebben mede dankzij het feit dat mijn kennis van sportmensen vrijwel nihil is, vond ik dat het tijd werd om eens een thema te verzinnen dat wellicht beter bij dit snooitje ongeregeld past.

Qua nerderigheid zitten jullie hier vandaag goed, want het thema is: Titels van videogames uit de jaren tachtig!

Als je graag wilt meespelen maar de regels nog niet kent, dan raad ik je aan om dit artikel even door te lezen: http://wsnoi.com/tn/?p=651

Succes met ontanagrammaniseren!

  • Bludgeon Road (geraden door BoB)
  • Air Driver (geraden door BoB)
  • Marsupial Drone (geraden door Burbick)
  • Bad Shoulder (geraden door Gsorsnoi)
  • Biathlon Golf (geraden door BoB)
  • Fungus Market (geraden door Zombie)
  • Flat Lip (geraden door BoB)
  • Passive Dancer (geraden door Burbick, bonus voor BoB)
  • Slingshot Bongs (geraden door BoB)
  • Stir My Carnivore (geraden door Zombie)
  • Readable Test (geraden door BoB)
  • Marble Tasters (geraden door BoB)
  • Greatest Trash Filth (geraden door Zombie, bonus voor BoB)
  • Body Owner (geraden door Gsorsnoi)
  • Satanic Veal (geraden door Zombie)

P.S.: Hoewel er geen bewuste pluisjes te vinden zullen zijn, zitten er twee titels tussen die niet geheel aan de criteria van het thema voldoen. Als je weet welke dat zijn en waarom, laat het dan even in de comments weten want dan kun je er ZB 200,- per stuk voor vangen!

By DJ p and p | August 29, 2011 - 6:49 am - Posted in Het leven van, Nederlands, Rijmende kunsten

image TexasPol, edited by Gsorsnoi

In het begin van je leven heb je altijd in de belangstelling gestaan.
Op zich is dat geen verkeerd bestaan,
maar je moet er geen misbruik van maken.
Dat is iets waar je ouders voor moeten waken.
Het voelt goed om populair te zijn,
en streken uit te halen voor de gein.

Maar je heb ook mensen die erbij willen horen,
en het gevoel van anderen willen doorboren.
Je zag dat mensen je stoer vonden en om je lachten.
Maar de meeste zaten daar toch niet helemaal op te wachten.
Het liefst haalde je ze helemaal onderuit,
en zaten ze er jou eens verbaal mee op de huid.

Je deed het ook om je ego mee te strelen,
zodat je zogenaamde vriendjes de vriendschap met je wilden delen.
Pesten, dat was pas stoer en ook erg vet,
alleen heb je voor jezelf de poort naar de hel open gezet.

Op een bepaald moment merkte jij het wel,
ineens werd je gepest door je voormalige metgezel.
Daardoor kreeg je veel pijn en veel verdriet,
en natuurlijk, dat wilde je helemaal niet.

Je zocht een manier om jezelf te bewijzen,
maar je vriendschap begon al wat te vergrijzen.
Dus begon je andere te slaan,
en uiteindelijk kwam jou dat duur te staan.
Je had veel woede en drift van binnen,
een gevoel van misplaatstheid die je wilde innen.

“Wat heb je gedaan?”
vroeg jij je af toen je naast het lijk ging staan.
De dood was hier langs geweest,
en de persoon die jij nu pestte, gaf de geest.
Jezelf kun je het nooit vergeven,
het verdriet dat je aan zijn nabestaanden hebt gegeven.

By wilburteerman | August 26, 2011 - 11:40 am - Posted in Alweerwolven, Duimzuigerij, Gevleugelde Uitspraken, Nederlands, Verbaal Genot

Voordat ik aan dit artikel begon, zat ik me even af te vragen welke titel ik hieraan zou geven. De volgende variaties kwamen in mij op:

“Het weer is spetterend vandaag”, “Het is weer spetterend vandaag”, “Het is vandaag spetterend weer”, “Vandaag is het spetterend weer”, “Vandaag is het weer spetterend”, “Weer is het vandaag spetterend”, “Weer spetterend is het vandaag”, “Spetterend weer is het vandaag” of toch “Spetterend is het vandaag weer”.

Maar hoe ik het ook schrijven zou, de conclusie die je eruit kunt trekken blijft hetzelfde. Al zou ik er wel aan toe willen voegen “…zolang je maar binnen blijft.” Want ofschoon de eendjes vrolijk geëlektrocuteerd op het water van de Haarlemse grachten drijven en iedere sensatiebeluste medewerker vol ontzag tegen het raamwerk zit geplakt, braakt de hemel haar wonderschone krachten uit over ons pittoreske Nederlandje. Mobiele netwerken dreigen ontregeld te raken, dus je hoeft niet bang te zijn dat je overspoelt wordt met telefoontjes. Lekker rustig. De boom in mijn tuin, die ons al een tijdje een doorn in het oog is, krijgt vandaag misschien wel weer een nieuwe kans om door een bliksemschicht in tweeën gespleten te worden waardoor het boven op de in onze straat geparkeerde auto’s dondert en er weer wat parkeerproblemen mee oplost. Tuinders die nog vol stress waren van dat het weerbarstige weer van het afgelopen jaar, zullen nu rustig kunnen slapen: de laatste hoop op een beetje succesvolle oogst wordt vanmiddag genadeloos weggespoeld. Vervelend, en het zal een flinke duit gaan kosten, maar zo zijn ze in elk geval van de zekerheid verzekerd dat het dit jaar gewoon niet anders is.

Mensen, wat heb ik vandaag zin in deze dag!

By karelriemelneel | August 24, 2011 - 8:37 am - Posted in Gevleugelde Uitspraken, Nederlands, Verbaal Genot

Bestaat uit: “Het danst me voor mijn ogen” + “Het werd hem groen en geel voor de ogen”.

Uitgesproken door: Achmed Liën na een bizarre droom.

Datum: zondag 26 juni, 2011

By reuzenavelpad | August 8, 2011 - 5:00 am - Posted in De anagrammen, Duimzuigerij, Nederlands, Reuze Navelpad

image by flickr4jazz, edited by Gsorsnoi

We gaan weer bekende Nederlanders zoeken in anagrammen. En ditmaal doen we dat met bediening. Dus mocht je tijdens het puzzelen trek hebben in een biertje of een andere vochtige versnapering, schiet je collega dan even aan, die vindt het vast niet erg om even de rol van die barmeid op zich te nemen.
Gezien de afbeelding bij deze opgave zou dit anagram artikel beter ‘De vuurspugende zonsverduistering barmeid’ kunnen heten, maar je begrijpt al dat we dat wat anders hebben aangepakt. Deze mevrouw kan namelijk heel eenvoudig jouw biertje laten verdwijnen. Alleen heeft ze daar een iets andere aanpak voor dat jij wellicht gewend bent.

Alle gekheid op een stokje, nog even de spelregels. Daarvoor verwijs ik naar het artikel ‘Verse anagrammen, nieuwe regels‘. Daarin staan de nieuwe regels zo compleet beschreven dat je er daarmee uit moet komen. Let dus wel even op die nieuwe regel dat je niet voor je beurt mag spreken! Zijn er desondanks toch onduidelijkheden, laat dit dan even via een comment of een e-mailtje aan info@wsnoi.com aan ons weten.

Ook de anagrammenverzameling van deze maand staat weer geheel in het teken van een actueel thema. Welke dat is verklap ik nooit. Daar moet je tijdens het oplossen achter zien te komen. Maar ook daar hebben we iets interessants omheen bedacht, want zoals je zojuist in het aangescherpte reglement hebt kunnen lezen krijg je ook voor het raden van het thema een paar zbersibarnen op je Snooi Bank gestort. Eén tip kan ik wel weg weggeven: dit thema moet je verdacht bekend voorkomen.

Word jij de nieuwe ‘Navelklopper’?

Succes met ontanagrammaniseren!

  • Loco Mentor (geraden door Burbick)
  • En IKEA Jurylid (geraden door BoB)
  • Verstop Spanje (geraden door Burbick)
  • Savanne Brood (geraden door BoB)
  • Herstelt Biervat (geraden door Sandra)
  • Col Dijk (geraden door Retroman)
  • Korf Bedaren (geraden door BoB)
  • Voetbal Spul (geraden door Burbick)
  • Probeer Petemoei (geraden door Sandra)
  • Kipcorn Gehoord (geraden door BoB)
  • Lord Kuur (geraden door BoB)
  • Sneeuwt Praktisch (geraden als bewuste pluis door Sandra)
  • Sas In Den Lynne (geraden door BoB)
  • Granietsteen Jus (geraden en ontpluisd door BoB)
  • Goochel Barmeid (geraden door Burbick)
  • Vos Orkesten (geraden door BoB)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

PS: In deze opgave zit één bewuste pluis. Dus er is een anagram waar geen bekende Nederlander achter zit. Deze is ZB 200,- waard. Wanneer je het anagram ervan verdenkt de bewuste pluis te zijn geeft dat dan duidelijk in de comment aan zoals: Voorbeeld Anagram = bewuste pluis.

Te laat ingeschakeld?

Je kunt je op onze Tycoon Newspaper-artikelen abonneren door links in het menu onder het kopje ‘Tycoon Newspaper’ een RSS-abonnement te nemen op nieuwe artikelen. Zo wordt je altijd direct op de hoogte gehouden van nieuwe artikelen die hier verschijnen en krijg je dus ook direct bericht wanneer er weer anagrammen zijn.

By rinaoddel | August 3, 2011 - 6:37 pm - Posted in Gevleugelde Uitspraken, Nederlands, Verbaal Genot

Uitgesproken door: een therapeut uit de praktijk

Datum: woensdag 3 augustus 2011.


image by Corona, edited by Gsorsnoi

19-12-1957.
Met die ene dag heb ik een slechte band,
die dag heb ik mijn benen verbrand.
Ik was bezig met het opsporen van mijnen,
niet wetende dat die ene mijn benen liet verdwijnen.

In een flits waren ze weg,
het werd toen omschreven als ‘dikke pech’.
Eén klap en kon niet meer lopen,
door alle verdriet heb ik me klem gezopen.

Daardoor raakte ik iedereen om me heen kwijt,
mijn vrouw, mijn kinderen, mijn familie en daarvan heb ik heel veel spijt.
Het waren zware tijden,
deed me veel verdriet, maar kon het niet vermijden.

Ik had pijn, verdriet en was agressief,
en dat alleen maar door zo’n explosief.
Mensen in mijn wijk waren me ook aan het slopen,
opmerkingen van: “Wat raar, dat je niet meer kan lopen!”

Zakte steeds meer in een dieper dal,
totdat een stem zei: “Hé, doe eens niet zo mal.
Kom eens uit dat gat,
want eigenlijk ben je gewoon een schat.
Iemand van wie ik hou,
en ik al jaren goed vertrouw”.

En door die lieve woorden,
ben ik weer een heel ander mens geworden.
Een man met weer zin in het leven,
liefde krijgen en liefde geven.
Dat is waar het op staat,
en alles in het leven over gaat.