image by Jeyhun85 and Retroman, edited by Gsorsnoi

Net dat de Navelpad dacht dat hij even een veilige vluchtplek had gevonden om even op adem te kunnen komen, voelde hij een warme klamme lucht in zijn nek stromen. Het was als het gevoel dat je hebt als je denkt dat er iemand achter je staat. Dit gaf hem dan ook de reden om even achterom te kijken om te controleren of dat wel waar kon zijn. En alsof de Reuze Navelpad de laatste tijd niet al genoeg reden had gehad om zich kapot te schrikken om van alles, deed hij dat nu opnieuw. Van de ene verbazing liep hij in de andere; namelijk dezelfde ninja die hij eerder had ontmoet in het slot van Graaf Schaurig, kwam plotseling – hier in de toekomst – uit de schaduw van dezelfde verticale pijp tevoorschijn waarachter hij zich juist aan het verschuilen was. Dit bevreemde hem ten zeerste. Hij vroeg zich prompt af of dit er iets mee van doen kon hebben dat hij deze man al eerder tijdens zijn tijdreis had ontmoet. Hoe anders kon hij nu hier naast hem in het afvoersysteem van Gohes City terecht zijn gekomen, anders dan iedere andere willekeurige plek in de stad? Voor de pad had het weinig zin om er echt bij stil te staan. Hij zou het toch niet hebben kunnen bevatten.

Nog voordat de pad een kik kon uitbrengen, kreeg hij een hand over zijn lippen geduwd om hem het zwijgen op te leggen waarbij de ninja hem met een vinger aan zijn eigen mond gebood zich gedeisd te houden.
“En waag het niet om in mijn navel te kruipen!” werd hem streng en onder gedempte toon afgebeten. Onze bleke kwaker schudden instemmend dat hij dat niet zou doen. Hij zou niet durven. De ninja trok de pad iets uit het zicht en achter de grote pijp. Tijd om te praten en elkaar uit te vragen was er niet. Het was voor het tweetal nu zaak om zich stil en uit het zicht te blijven om uit te sluiten dat de grote stroom blauwe padden ze zouden ontdekken en iets zouden aandoen. De ninja had er duidelijk voor gekozen om de pad zo lang maar te vertrouwen. De enige reden waarom hij hem niet direct in stukken hakte, kwam doordat de pad er de schijn van had anders te zijn dan de vele andere padden die zich midden door het grote riool verplaatsten en allen blauw waren. Deze pad was duidelijk veel bleker en kwam het vriendelijker over door zijn afwijkende blauwe kleur.

Voor de Reuze Navelpad was er geen twijfel of hij de ninja zou vertrouwen of niet. Hij moest hem wel vertrouwen. Veel keuze had hij niet. Waarom zou hij hem anders het zakhorloge hebben toegeworpen? Maar wanneer was dat nu? Gisteren? Een week geleden? Of misschien moest dat moment zelfs nog wel komen? Hij kon het niet eenvoudig in de tijd plaatsen zoals hij die nu kende., maar had genoeg slimmigheid om nog wel te kunnen bedenken dat de tijd waarin hij zich nu bevond moeilijk verder terug in het verleden kon zijn. Waar kwamen anders al die padden vandaan? Dit is de toekomst!

De volledig in het zwart gehulde ninja wierp een blik langs de pijp waar zij zich hadden opgehouden en ontdekte dat ze desondanks toch waren ontdekt. Een paar van de kleinere blauwe padden begonnen zich in hun richting te verplaatsen. Het mocht al een wonder heten dat ze dat niet eerder hadden gedaan, omdat de bleke bruine pad zich eerder tussen al die andere padden bevond. Dus er was een gerede kans dat ze hem eerder hadden opgemerkt. Ongezien uit de groep stappen was niet mogelijk geweest. De ninja moest nu snel handelen. Tijd om na te denken over het in vertrouwen kunnen nemen van de kleine bruine pad had hij niet. Dus besloot hij hem maar met zich mee te trekken en ging de confrontatie aan. Met een stevige greep trok hij de Reuze Navelpad aan zijn arm mee en rende frontaal op een middelgrote pad af. Deze zette grote ogen op van verbazing – want het was niet gewend om weerstand te krijgen van de mensen die hij normaal zelf aanviel – en spreiden zijn armen om zich schrap te zetten op wat komen ging. De rechtse zwarte schoen, waarvan we inmiddels bekend zijn met de maat 43, plaatste zich vol in het gelaat van de pad en oefende flink wat kracht uit om zich in te kunnen afzetten. Met een sprong vanuit het wrattige gezicht dook de ninja tezamen met de Reuze Navelpad in een salto door de lucht en over de tientallen padden onder hen. Een messcherpe snede, zoals we die alleen van een samuraizwaard kennen, sneed zich door het lijf van enkele padden die de pech hadden rondom de pad te staan wat het tweetal als springplank had gebruikt. En ook die pad liet erbij het leven, omdat zijn lijf in tweeën werd gesneden. Een grote kop keek opzij naar wat er gebeurde. De kop behoorde bij één van de grootste padden die hier rondliep. Het bleek zijn laatste blik te worden, daar de ninja al had voorzien het blad van zijn zwaard op zijn nek te laten uitkomen en verwijderde daarop bruut de kop van zijn romp. De ninja landde met de bruine pad nog aan zijn hand op de schouder van de grote en gedode pad. Hier kon hij alle padden goed overzien en het stelde hem in staat zijn volgende aanval te kiezen.

Die aanval moest even op zich laten wachten of worden omgezet in een tegenaanval. Niet ver naast hem zag hij de buik van een pad opgloeien en een keel werd geopend. Padden die zich hadden volgevreten met voldoende roem uit de lijven van de menselijke slachtoffers die ze hadden gemaakt, stelden zich zo in staat om deze overtollige roem om te zetten in een vuurbal.
De ninja had hier kennis van genomen en zag deze aanval daardoor tijdig aankomen.
“Blaas jezelf op en houd je adem in!” beviel hij de bruine pad.
Onbekend met dit vermogen probeerde hij te doen was er van hem gevraagd werd en trachtte zoveel mogelijk lucht in zijn lijfje te blazen. Tot zijn grote verbazing zwol zijn buik eenvoudig op en deed de pad in volume groeien. Hierop kneep de ninja nog even wat steviger in het zielige handje van de pad waarop het echt pijn begon te doen. Maar de ninja had er een doel mee. Hij trok de Reuze Navelpad iets omhoog en begon hem rond te zwaaien door het kwakende publiek. De bolle bruine en nog altijd niet al te grote Reuze Navelpad beschreef een cirkel door de lucht met de ninja als middelpunt en kegelde zo een flink aantal padden omver. In diezelfde beweging kon de ninja de vuurbal ontwijken die door een middelgrote blauwe pad werd uitgebraakt. Wie deze kleine bruine pad was, wist de ninja niet. Maar hij had er wel voordeel van dat hij hem had ontmoet.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Duisternis in licht
Volgend hoofdstuk: De vuurpad

[Update 30/12/ 11: artikel verbeterd, herschreven.]

By reuzenavelpad | October 6, 2010 - 6:00 am - Posted in De anagrammen, Duimzuigerij, Nederlands, Reuze Navelpad, Verbaal Genot

image by Martino, edited by Gsorsnoi

Dit is dan voorlopig de laatste Reuze Navelpad die in de maandelijkse frequentie per nieuwsbrief werd aangekondigd. Maar vrees niet: hij zet onaangekondigd, in een mogelijk wat lagere frequentie, nog wel gewoon door. Dus het kan zomaar zijn dat je aan het ontanagrammaniseren moet wanneer je ’s ochtends tussen twee happen ontbijtkoek de laptop opstart.

De Reuze Navelpad anagrammen zijn leven ingeblazen door ons WSNOI-familielid: Retroman. Hij stuurde ons een keer een e-mailtje waarin hij Gsorsnoi verraste met een anagram van zijn eigenlijke naam: Reuze Navelpad. Of nee! Andersom natuurlijk.
Verslaafd aan taalspelletjes werd hij daarmee geïnspireerd om zelf anagrammen te gaan maken. Maar ja … waarvan dan wel?

Zo ontstond het idee een maandelijks terugkerende spel te schrijven waarin de Tycoon Newspaper lezertjes vermaakt werden met namen van bekende Nederlanders die verstopt zaten in anagrammen. Aan deze lezertjes de geduldige taak om erachter te komen wie de bekende Nederlanders allemaal wel niet waren en dit bekend te maken via de comments.

Hij of zij die er verhoudingsgewijs in slaagde om de meeste bekende Nederlanders weer bekend te maken mocht zichzelf steeds ‘de Navelklopper’ noemen. Alhoewel ik me de vergissing kan indenken is dit niet de medicijnman uit de stam van stamhoofd Pauklos die zich ritueel vermaakt met totemgeroffel op de navels van zijn dorpsleden om de verveling te verdrijven, maar de winnaar van dit spel.

Het verzinnen van deze bijna onmogelijke anagrammen leidde er zo nu en dan toe dat de anagrammen bezwangerd raakten van navelpluisjes. Anders gezegd: foutjes in de anagrammen. Dit was vast te wijten aan het feit dat het vinden van anagrammen op namen van bekende Nederlanders vanzelf de nodige hilariteit met zich mee bracht. Mijn baasje, Achmed Liën, kreeg daarom de taak en de eer van onze grote Gsorsnoi om hier een goed en serieus verhaal omheen te schrijven. Het Navelpad Mysterie ontstond en verscheen aanvankelijk eens per maand om een beetje toelichting te krijgen op hoe die anagrammen nou waren ontstaan.

Dit verhaal is nu een beetje verder uitgegroeid tot een heus boek, zodat het hem noodzaakte de frequentie van het publiceren van deze relatief kleine hoofdstukken wat te gaan verhogen. Anders zouden we bijna met pensioen kunnen wanneer we dit boek hebben uitgelezen. De verhoging van die frequentie leidde echter weer tot het ondergesneeuwd raken van de Tycoon Newspaper met een erg hoog padden-gehalte. Burgervader Doubleyou vond het overigens ook wel tijd dat we een andere knol van stal zouden halen voor het maandelijkse paradepaardje.
En ja … dat tezamen was dus ook de reden dat we de anagrammen even op een laag pitje zetten.

Wij hebben in elk geval een hoop lol gehad om dit spel. Maar zouden de bekende Nederlanders er zelf om hebben kunnen lachen?

Succes met ontanagrammaniseren!

  • Aarbei Prikt Tong (geraden door Jolien van Biesheuvel)
  • Dikbenig Eerbied (geraden door Jack)
  • Jan Dons Elf (geraden door BoB)
  • Tongbeen Virus (geraden door Jack)
  • Naderend Vangnetje (geraden door Jack)
  • Klein Hervormt Aangenamer (geraden door Jack)
  • Arbo Rhum Gevrut (geraden door BoB)
  • Schever Brits (geraden door Paap)
  • Snel Habibs (geraden door BoB)
  • Kashmiren Nerf (geraden Sandra)
  • Yen en Ranja (geraden door Annie B)
  • Navel Sousjut (geraden door BoB)
  • Shag Berlin (geraden door BoB)
  • Mandela Uren (geraden door Paap)
  • Rund In Nevada (geraden door Jolien van Biesheuvel)
  • Bielsjes Bannen (geraden door BoB)
  • Crack Remvleer (geraden door Sandra)
  • Borrelglas Income (geraden door Jack)
  • Vitaal Vulpen (geraden door BoB)
  • Duyvis Sneltram (geraden door Jack)
  • Even Vaak Nu Wit Mens Invullen (geraden door Sandra)
  • Tonic Blijven (geraden door BoB)
  • Gadver Komrij (geraden door Jolien van Biesheuvel)
  • Volhard Wol Nu (geraden door Sandra)
  • Havo Nekt Yup (geraden door Annie B)
  • Sluwe Sluisdeur Hobbit (geraden door BoB – Bewuste pluis!)
  • Hamspek Buro (geraden door Jack)
  • Nors Job Probator (geraden en ontpluisd door PiCo)
  • Egbert Kerkdeur (geraden door Jack)
  • Ja Krabsla (geraden door PiCo)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

PS: Of er een bewuste pluis in deze opgave zit die weer eens niet naar een bekende Nederlander leidt? Nou, wat denk je zelf?

image by Gsorsnoi, edited with DAZ3d and Photoshop

De koude van het rioolwater trok door het lijf van de Reuze Navelpad. Hij lag plat met zijn buik en zijn smalle ledenmaten in een plas gedrukt die nog bezig was zich pixel voor pixel samen te stellen. De pad moest zich even oriënteren. Voor hem leek de scène uit het slot van Graaf Schaurig, waarin hij zich zojuist bevond, slechtst enkele seconden voor het moment van nu te liggen. Een gat van bijna drie dagen lag echter dichter bij de waarheid. De zakhorloges hadden de pad door een wormgat dwars door een vacuüm van tijd en ruimte geslingerd en hem een paar dagen verder naar de toekomst geworpen. Dit was alleen mogelijk, omdat de zakhorloges beide bezeten waren van het zwarte licht en dit de twee voorwerpen in staat stelde om ruimte en tijd te manipuleren. Door de zakhorloges op minder dan een paar meter van elkaar te brengen ontstond er een geweldige aantrekkingskracht die de twee uurwerken als krachtige magneten tot elkaar bracht. We mochten van geluk spreken dat de hefboom het uiteindelijke contact tussen de twee voorwerpen verhinderde, anders had er zeker een waanzinnig krachtige explosie plaats gevonden met de mogelijkheid tot het ontstaan van een zwart gat. Dit alles kwam omdat de frequenties van het zwarte licht in de twee afzonderlijke uurwerken elkaar niet zouden kunnen verdragen. Ruimte en tijd zouden op één plaats in een denkbeeldige mixer worden geworpen.

Het zakhorloge dat Achmed en de pad met zich mee hadden gebracht, was reeds bezeten door dit zwarte licht. In handen van de ninja, die de pad eerder ontmoette in het slot van de graaf, had het zakhorloge dit zwarte licht al in zich. Het was misschien wel daardoor dat het niet zo toevallig was dat de Reuze Navelpad uitgerekend die tijdlijn opnieuw moest kruizen. Het tweede zakhorloge, die Theo eigenlijk nog aan het voltooien was op zijn werkbank, werd gevoed door het zwart geworden zonlicht uit zijn uitvinding ‘de Zwarte Golf’. Theo had nooit bewust de intentie gehad beide uitvindingen te combineren. De samenloop van omstandigheden had ervoor gezorgd dat de twee met elkaar in verband werden gebracht. Met de door hem zo gedoopte ‘etmaluur’ wilde hij een einde maken aan het steeds maar terug- of voorruit moeten draaien van een zakhorloge die voorzien was van een datum-indicator. Maar in feite bleef het nog steeds gewoon een onschuldig zakhorloge. Met de Zwarte Golf beoogde hij ooit een antwoord te vinden op de vraag of zwart licht wel bestond en of dit eenvoudig opgewekt kon worden. Nou dat antwoord had hij nu duidelijk gekregen! Zijn vinding had het opgevangen zonlicht, zoals we dat allen kennen, kunnen insluiten en onder hoge druk kunnen omvormen tot… jawel… zwart licht. De kortsluiting en het daaruit te vroeg vrij gekomen duistere licht deed de rest.

Onze geleerde Theo en zijn vrienden zouden dit allemaal vroeg of laat wel te weten zijn gekomen. Wanneer dat precies zou zijn was voor onze bruine kwaker niet zo relevant. De Reuze Navelpad lag met zijn lichaam in een lager oogpunt dan een kunstenaar in zijn vaktermen met het ‘kikkerperspectief’ zou bestempelen. Vuil en drab kronkelde om zijn pootjes en dreigden in zijn bek te willen binnendringen. De plas was in beweging, simpelweg omdat het geen geïsoleerde plas was maar een deel van een stroompje rioolwater. Met veel weerzin trok de pad zich op uit die natte substantie en richtte zich op. Terwijl hij bezig was uit de nattigheid op te staan bedacht hij zich dat het niet onverstandig was om zijn nu volgende acties niet al te opzichtig uit te voeren. Want terwijl hij dat deed, werd hij aan alle kanten voorbij gerend door padden van verschillende grote. En het merkwaardige was dat al die padden bleek blauw waren gekleurd. Het waren er zoveel dat hij onmogelijk een schatting kon maken hoeveel van deze padden dezelfde lichaamsverhoudingen hadden als hijzelf. Maar duidelijk was wel dat het merendeel iets groter was dat hem en een iets kleinere massa van zijn postuur moest zijn geweest. Links en rechts schoten ze aan hem voorbij en renden ze niet dan sprongen ze.

Verdwaasd keek hij rond en probeerde zichzelf ervan te overtuigen dat wat hij nu om zich heen zag gebeuren ditmaal wel echt was.  Een beuk van een paddenreus dwong hem tot dat besef. De Reuze Navelpad – maar dan de onze – werd links van de grotere pad opzij geduwd en kwam opnieuw in de derrie terecht. De pad stond vlot weer op, sprong weg uit de stroom met padden en aanschouwde vanuit een veiligere positie de rioolbuis waarin een complete volksverhuizing van padden in beweging was.
“Moet je zien…” bracht hij zuchtend van verbazing uit. Vlug verborg hij zich achter een pijp die daar ingeklemd stond tussen vloer en plafond en zocht er bescherming. Op die manier viel zijn bleek bruine huidje niet meer zo verschrikkelijk op tussen al die blauwe padden.
Toen viel hem iets op aan een aantal van de padden die hij aan zich voorbij zag trekken. Een stuk of wat was dusdanig in lichaamsomvang geslonken dat ze letterlijk omvielen en van de honger en het gebrek aan energie leken te sterven. Ze donderden om en werden opgenomen en vertrapt door deze amfibische stampede. Het gruwelijke beeld maakte dat de maag van de Reuze Navelpad zich keerde en het herinnerde hem eraan dat hij zelf eigenlijk ook weer trek begon te krijgen. Maar hoe kwamen al die andere padden hier dan aan hun voedselvoorziening? vroeg hij zich verschrikt af.

Wordt vervolgd

Vorig hoofdstuk: Tijdje in de ruimte
Volgend hoofdstuk: Geen kik!

image by Trodel and zakwitnij, edited by Gsorsnoi

Contouren vervaagden. De werkplaats van Theo werd langzaam uit haar verband gerukt. Ruimte ontstond daar waar de moleculen zich van elkaar verwijderden. Het ogenschijnlijk doodgeslagen interieur verloor de samenhang, leek in mist op te lossen en verdwenen vervolgens compleet. De Reuze Navelpad werd zwevend achtergelaten in een zwart universum zonder sterren.

Hij zweefde er rond als een astronaut die het contact met het moederschip verloren had en aan de grillen van ruimte was overgeleverd.
Niets dan zwart was wat hij zag. Voor hem, naast hem, achter hem … ja zelfs onder hem waar langzaam zijn benen vorm begonnen terug te krijgen was er helemaal niets.

Zijn ogen waren groot en wijd bij het aanschouwen van al deze onnoemelijke leegte. Hij bekeek zichzelf nog eens en bedacht zich dat hij zichzelf in feite kon zien. Dat verbaasde hem. Hij hoefde geen groot ontwikkeld mensenbrein te hebben om te bedenken dat er licht nodig was om iets zichtbaar te maken. Dus waar kwam het licht dan vandaan? Voor wat hij om zich heen kon zien, zag hij geen lichtbronnen zoals sterren. Laat staan een spotlight.

Kortom: wat is dit voor een ruimte? Waar was hij in beland? Was dit zijn eindstation? Moest hij hier nu wachten tot hij van de honger stierf? Hij zou het nooit precies te weten komen.
De pad werd plotseling verrast door een flinke klap van een voorwerp dat hem maar net raakte. Een rood wolkje bloed maakte duidelijk dat hij zojuist in zijn schouder door iets scherps was geraakt. Pijn dreunde in zijn schouder door en eiste even alle aandacht op van zijn hersenen. Natuurlijk wilde de pad weten hoe hij door iets geraakt kon zijn in een omgeving waar volgens zijn eerste overtuiging helemaal niets was.
Zijn ogen volgden de draaiende beweging van een boogschutterspijl die snel uit zijn zicht bewoog.
En “BENG!” de pad stootte zijn hoofd tegen het hout van de boog die de pijl achtervolgde.

Terwijl de pad uit zijn bewustzijn weggleed schoten meerdere voorwerpen rakelings aan hem voorbij die net als hijzelf in het zakhorloge waren gezogen.
Het werd nu echt zwart voor zijn ogen.

Op het moment dat hij weer tot zijn positieven kwam, moest hij direct in actie komen. Een glimmend samuraizwaard boorde zich op enkele millimeters van zijn hoofd in een zacht metalen ondergrond. Metaal krulde op onder een kort scheurend geluid. In een reflex had de pad zijn hoofd opzij gedrukt.
Boven hem grijnsde Frank Groot vol haat naar opzij en trok het samuraizwaard met één flinke ruk uit de operatietafel. Klaar om een doodsteek toe te brengen aan zijn tegenstanders bracht hij het zwaard met beide handen omhoog. Juist op het moment dat hij wilde toeslaan werd hij daartoe belet door schoenmaat 43.
Een volledig in het zwart gehulde gedaante had zijn rechterbeen vol naar voren gestoken in een vliegende kick waardoor Frank’s jukbeen inscheurde en de huid erboven paars deed opkleuren. Klodders speeksel en bloed vlogen over de operatietafel heen zodat het de pad besmeurde. De getroffen Frank verloor zijn grip op het lemmet en dook in de lucht ineen. In zijn vlucht werd hij gevolgd door de ninja die met zijn volle gewicht bezig was om dit monster tegen een paal te laten belanden.

Onder het vechtende duo trokken twee armen zich over elkaar in een poging zich te beschermen. Er was nog iemand in deze ruimte die getuigen was van deze vechtpartij. Hij probeerde zich te weren door zijn armen te strekken zoals je zelf ook zou doen wanneer je bijvoorbeeld een aanrijding zou hebben.
Hij was de man die eerder ook in deze situatie naast de pad had gelegen. De pad realiseerde dit zich  en schoot op om zich ditmaal van de identiteit van de man te kunnen overtuigen. Hoe het kon dat de pad ineens op deze plek terecht was gekomen snapte hij niet, maar dat was nu even niet van belang. Wie was die onbekend man die mogelijk zijn naamgever was?

Helaas voor de pad had Frank de paal zien aankomen en had zich in Jackie Chan-stijl om het obstakel heen gebogen, zodat hij er vol omheen draaide. Het gaf hem voldoende vaart om terug in de richting te zwaaien van de operatietafels en knalde daarbij tegen de operatietafel aan die naast die van de pad stond opgesteld.
De hele beweging en het afgeschermde gezicht maakte het de pad opnieuw onmogelijk om de identiteit van deze man te achterhalen. Hij tuimelde met de tafel omlaag en werd begraven onder het witte laken waar hij al deels onder lag.

Tezamen met de operatietafel die door de impact van Frank omver sloeg, werd ook de tafel van de Navelpad omver getrokken. De pad viel, maar wel wat langzaam. Hij mocht de onbekende man nu wel niet kunnen zien, hij kreeg alle tijd om te zien hoe de ninja Frank Groot een nieuwe trap zou verkopen.
Frank was erg groot van gestalte, zodat het geen wonder was dat hij de tafel omver zou duwen. De pad keek achter op zijn rode kruin die met vol geweld tegen de zijkant van de tafel was beland.

De ninja zweefde er vals boven. Ook hij was volkomen onherkenbaar door de zwarte kleding waarin hij van top tot teen gehuld was. Alleen zijn ogen waren zichtbaar. Zijn armen en één been had hij omhoog getrokken en zou Frank zomaar een genadeklap kunnen hebben gegeven met trap die hij in de kraanvogel-stijl in voorbereiding had.

Het beeld vervaagde echter en werd opnieuw in pixels uit elkaar getrokken. Terwijl het geluid van deze scene verstomde werd dat van veel brekend glas duidelijk hoorbaar.
Blauwe schimmen verschenen op de plek waar de Reuze Navelpad eerder getuige was van het gevecht tussen de ninja en Frank. De pad had zonder het echt te beseffen een tijdreis gemaakt waarbij hij de tijdlijn had doorkruist van het moment vlak nadat hij zelf op de operatietafel had gelegen.

Hij was in deze tijdreis aangekomen op zijn eindbestemming: een riool ergens onder de straten van Gohes City. De blauwe schimmen werden duidelijker zichtbaar.

Honderden misschien wel duizenden blauwe padden stormden door het riool op de Reuze Navelpad af.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Vlieg op!
Volgend hoofdstuk: Duisternis in licht

image by Burning Image, edited by Gsorsnoi

Het kopje van de Reuze Navelpad gonsde flink nadat hij weer een beetje tot zichzelf kwam en zag dat hij zich naast de hefboom op de vloer bevond. Letters van wel honderd bekende Nederlanders dwarrelden door zijn hoofd zodat hij niet langer wist tot wie ze behoorden. MjikierKWhaRroacdrucaealcd en ceapnsaucksshheserFenDDnoavrtnD schoten in de wirwar van letters aan hem voorbij. De logica van de bijbehorende woorden was in eerste instantie ver te zoeken. Voor zover je van logica kon spreken althans. Na flinke hersenpijnigingen kromde hij zijn gedachten en wist toen weer flarden van anagrammen van de eerste reeks te maken zoals Pekdraden, Dankspeech, Schande, Afschansen, Schaatsen en Snurf. Met enige moeite lukte hem dat ook met de tweede reeks, wat Caramel, Ecuador, Mauwde, Chakra, Draak, Harkje opleverde. Voor zijn gevoel sloeg dat eerst in elk geval nergens op. Deze anagrammen moesten incompleet zijn en konden misschien wel tot twee bekende Nederlanders tegelijk behoren.

Lang kon hij zich er niet druk om maken. Hoe hard moest hij wel niet tegen die hefboom geknald zijn geweest? Duizelig probeerde hij zich te verplaatsen en had daar grote moeite mee. Hij keek om zich heen en merkte direct hoe stil het in de werkplaats was. Hij keek om zich heen en kwam tot een schokkende conclusie. Onderdelen van diverse uitvindingen lagen overal en nergens en hadden hier en daar stil gehouden in de lucht. Onderbroken in hun vliegtocht richting de zakhorloges hadden ze halt gehouden. Maar dat kon toch helemaal niet? Had iemand ze soms opgehangen aan visdraden? Op het moment dat hij opzij keek naar de professor en Achmed wist hij het zeker: alles stond stil.

Achmed en Theo bewogen niet, maar toonden beide een wanhopige uitdrukking die met veel stemgeluid Nee naar hem leken te roepen. Maar ze waren spontaan van top tot teen bevroren. Achmed’s arm greep in het luchtledige naar de plek waar de hij in één van de zakhorloges moest zijn verdwenen. En niets bewoog. De paniek sloeg toe bij de Reuze Navelpad. In zijn gelaatsuitdrukking sprak het ongeloof door. Hij wankelde achteruit en voelde zich licht in zijn hoofd worden. Flauwvallen kon hij zich niet permitteren dus hij moest bij bewustzijn blijven om zijn verstand erbij te kunnen houden. Toch kreeg hij bij het draaien van zijn hoofd zowat een rolberoerte. Pal voor zijn neus hing de vlieg in de lucht. Het zwiepte daar zeer langzaam met zijn vleugels, net zoals bij een slow motion opname uit een documentaire. Dus blijkbaar was er toch nog wel iets wat er behoudens hemzelf in beweging bleef. Al was het bijzonder langzaam Het was die vlieg waarin hij eerder zijn interesse had getoond. Hierdoor had hij alles om zich heen vergeten en was hij in de etmaluur terecht gekomen.

Met dat besef draaide hij zich opnieuw om. Hij overtuigde zich van alles wat hij binnen de 360 graden kon waarnemen. Zijn hele lijfje bibberde. Woordeloos hakkelde hij wat stemgeluiden en leek volledig gegrepen door de meest beangstigende horror scene die je je kon voorstellen. Uit de nog altijd fel verlichtte zakhorloges die in de hefboom vastgedrukt zaten, stoken zijn beentjes half uit het uurwerk. En ze bewogen wanneer hij ze aanstuurde vanuit zijn hersenen.
“B-ben ik dood?” stamelde hij en realiseerde zich dat hij de enige was in dit universum dat zich op een gezonde snelheid bewoog. De pad beschouwde zichzelf en schrok zich een ongeluk toen hij zag dat zijn beentjes daar onderaan zijn weke lijfje in een wazige schim verdween. De confronterende gedachte of dit was hoe de dood eruit ziet, klonk in zijn hoofd. Alhoewel ‘dood’ de eerste gedachte was, maakte de omgeving duidelijk dat er iets heel anders loos was. Onwillekeurig trachtte hij zijn tenen te bewegen, maar kreeg daar beneden geen antwoord. Die respons kwam van zijn tenen die nog uit de etmaluur staken. De Navelpad bevond zich voor de helft in deze stille wereld en nog voor de helft in de ruimte en tijd waar Achmed en Theo aanwezig waren!

Nu zou het een goed moment zijn geweest om compleet gek te worden en het flinke uit te schreeuwen. In een horrorfilm zit je altijd op dat moment te wachten zodra het meest afschrikwekkende deel van de film zich presenteert. En wanneer dat gebeurt, dan ziet de regisseur van de film het liefst dat je met je handen over het hoofd diep wegduikt in de bioscoopstoel om te kreunen en te krijsen van afschuw. Ieder normaal mens zou met deze absurditeiten de relatie met de werkelijkheid hebben verloren en hebben willen vluchten. Maar dit was juist het moment dat er iets knapte bij deze pad. Zijn gillen bleef uit en hij werd bijna ‘gemaakt’ kalm. Zijn arm trilde toen hij deze tegen alle redeneringen in uitstrekte om naar het vliegje te grijpen. Het hing weerloos naast hem in de lucht, kon fladderen wat het wilde, maar zou altijd langzamer zijn dan zijn belager. Vier bruine vingers bogen zich over de vlieg en sloten zich.

“My precious.”
… nee … dit is geen hoofdstuk uit een film met hebberige Hobbits. De Reuze Navelpad was zijn eigen zenuwen aan het tarten terwijl hij een poging deed te begrijpen in wat voor wereld hij zich nu bevond. Zijn hand had zich gesloten en trok de vlieg naar zich toe. Tenminste … dat dacht hij. In werkelijkheid had de pad met zijn handje dwars door de vette vlieg gegrepen. En in plaats van de aanwezigheid van een vlieg in zijn hand, fladderde het traag verder in de lucht en werd door een onbekende kracht uit elkaar getrokken. Pixel voor pixel – zo zou je kunnen zeggen – trok de materie zich uit de vlieg los. Onze Reuze Navelpad keek om zich heen en zag dat de hele omgeving op die wijze uit zijn verband begon te vallen en in een boog opkrulde.
De voorwerpen om hem heen trokken geleidelijk weg en de pad zelf behoorde plotseling niet meer tot deze wereld. Hijzelf bleef in tact, zij het zonder zijn beentjes. En hij was de enige. De hele werkplek waarin hij zich bevond was bezig om zich als een tortilla op te vouwen!

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Etmaluren
Volgend hoofdstuk: Tijdje in de ruimte

[Update 08/09: artikel verbeterd, herschreven.]

By reuzenavelpad | September 4, 2010 - 2:00 pm - Posted in De anagrammen, Nederlands, Reuze Navelpad, Verbaal Genot

image by Emergency Photography, Robert McDon and jfpickard, edited by Gsorsnoi

Op de televisie word je ermee dood gegooid. En het zijn geen reclames!
Had je dit jaar geen vakantie gepland naar een verre reisbestemming of heb je met dat pokkenweer in Drenthe in je caravan niet naar studio sport wezen kijken? Dan kun je ze in elk geval niet gemist hebben.

Wat me wel bij sommige anagramverzamelingen is opgevallen is dat er soms een stukje verhaallijn in lijkt te zitten. Alsof het ene woord iets probeert te vertellen over het voorgaande woord.
Wat ook gebeurt is, zoals ik de vorige keer al eens heb gezegd, dat de anagram zo mooi bij het thema past, dat het bijna lijkt of die anagrammen ervoor geboren zijn. Bij de landelijke verkiezingen stuitten we ineens op Oh Belastingen Vreten, Onbetaalbare Roemers Sint en Stem Iets Frisa. Bij het zoeken naar 50-plussers vonden we de Maxi Zerk Zuil. En bij de dames met de grote borsten dreigde een beha in te storten!
Maar de meest treffende anagram vind ik nog altijd Der Witregels (naast de Loeiende Kegels).

Het spel is nog even vertrouwd als elke maand: ontdekt welke bekende Nederlanders er zitten verstopt in de anagrammen en zorg ervoor dat jij de navelklopper wordt! 

Succes met ontanagrammaniseren!

  • Kelners In Bamibal (geraden door BoB)
  • Belastbaar Nasi Ei (geraden door BoB)
  • Hijzelf Jonkheer Afdansen (geraden door BoB)
  • Vet Soldeerhars In (geraden door BoB)
  • Soldering Stofje (geraden door BoB)
  • Nagelaten Minirok (geraden door BoB)
  • Ongeklede Elise (geraden door BoB)
  • Verlam Nuances (geraden door BoB)
  • Ukelele Bad Wriemel (geraden door BoB)
  • Anglicisme Gromt (geraden door BoB)
  • Verwarrend Qua Liefde (geraden door BoB)
  • Gierig Villa (geraden door BoB)
  • Halve Poen Revu (geraden door BoB)
  • Iemand Vult Hosqu In (geraden door BoB)
  • Verwoei Tentdak (geraden door BoB)
  • Korst Orkanen (geraden door BoB)
  • Veegde Gorilla Aan (geraden door BoB)
  • Bruinvis Hangwanglel (geraden door BoB)
  • Geriater Hijsmus (geraden door BoB)
  • Gespamd Brinken (geraden door BoB)
  • Mavo Queen Vrinden (geraden door BoB)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

PS: Er zitten geen bewuste pluisjes in de opgave van deze maand, maar er is wel een anagram van een vreemde eend tussen beland die zo op haar eigen manier iets met het thema te maken heeft. Liefhebbers zullen haar zo herkennen.

image by Gsorsnoi, edited with DAZ3d and Photoshop

Achmed wierp de professor een kwade blik toe en eiste een antwoord op de vraag:
“Theo, WAT is de ‘etmaluur’?”
Hij wilde Theo bij zijn vest pakken om het antwoord uit hem te schudden, maar hij had Theo niet binnen zijn bereik. Daarbij had hij wel wat anders aan zijn hoofd. Juist wanneer hij op hem af wilde lopen, dook hij op de grond om te voorkomen dat een losgerukte bronzen plaat zijn hoofd op enkele millimeters voorbij vloog.
“Ai!” bracht hij uit, legde zijn hand op een snee op zijn schouder en keek de plaat verschrikt na die zich even later in het zakhorloge boorde en verdween. Hij vloekte en bedacht zich dat zij in het huis van Theo nog geen minuut veilig waren geweest en rustig een gesprek hebben kunnen voeren. Het volgende wat Achmed moest ontwijken was een percolator hete koffie die als een geleide projectiel met hete inhoud op hem was afgekomen. Enkele hete druppels morsten er op zijn vingers zodat hij weer een kreet van pijn uitte.
“Achmed!” schreeuwde Theo vanonder het Perpetuum Mobiel hem toe. Hij had beschutting gezocht om niet ook gemarteld te worden door rondvliegend huisraad en had de pad bij zich.
“Ga daar weg! Houd jezelf laag en zoek beschutting.”
Met zijn hand gebaarde hij met korte zwaaibewegingen om ook onder het Mobiel dekking te zoeken.
Veel andere keus leek hij niet te hebben en maakte dat hij wegkwam uit de toenemende straal van rondvliegend huisraad en onderdelen van uitvindingen. Een serie pannen uit Theo’s bescheiden keukentje verloren de grip op de haakjes waaraan zij waren opgehangen. Achmed slipte over de gemorste koffie en struikelde daardoor. De confrontatie met de grote soeppan werd hiermee onvermijdelijk gemaakt. TOINK klonk het een paar keer en je zou denken dat iemand de gong had geslagen. Achmed trok een cartooneske grimas en verloor mogelijk één of twee kiezen.

Theo en de pad hadden meer geluk gehad. Zij waren eerder in staat geweest zichzelf te verbergen. De zakhorloges – of etmaluren – hadden in elkaars nabijheid vanuit het niets een enorme en nog altijd toenemende kracht opgebouwd. Langzaam verloren de zich daar omheen bevindende voorwerpen de strijd met hun eigen krachten waarop ze bruut werden losgetrokken en aangezogen door de zakhorloges. Zodra de voorwerpen zich op de zakhorloges stortte volgden lichtflitsen en verdwenen zij in de uurwerken.

“Oh, mijn etmaluur had een verbeterd zakhorloge moeten zijn dat ongelijke kalenderdagen moest compenseren” stak Theo direct van wal toen hij zijn gehavende vriend in beschutting trok. “Het was een hobbyding waarmee ik een nieuw succes wilde boeken. Geen gezeik meer met het doordraaien van de wijzers wanneer de maand minder dan 31 dagen heeft. Oh eigenlijk …”
“Hou op!” Achmed deed waar hij zojuist al naar verlangde en trok de vest van de professor in zijn gespierde vuist. Hij wees naar de zakhorloges die zich als kosmische magneten gedroegen en duidde:
“Ziet dat eruit als een onschuldig horloge dat dagen compenseert? Nou?”
“Oh, correctie … het zijn er in wezen twee. Zie je, aan de andere kant…”
Theo voelde hoe Achmed zijn greep krachtiger maakte en onderbrak hem.
“Als we niet uitkijken compenseert dat geval dadelijk elke minuut die wij nog leven. Dus maak er vlug een eind aan!”

Paniekerig schoten de kraaloogjes van Theo heen en weer. Hij hield zijn handen slap en gebogen voor zich als een pup die om een worstje smeekte, maar eigenlijk bibberde hij van angst. Dit was meer omdat hij zich geen andere houding kon aannemen daar hij vastgeklemd zat in de greep van de beursgeslagen Achmed.

De pad, die zich al die tijd braafjes stil had gehouden, kroop plots voorzichtig onder een houten balk vandaan van de tafel waarop het overgrote deel van het Mobiel bevestigd zat. Tussen al het rondvliegend materiaal was zijn aandacht getrokken door een vliegje dat door de zuigende kracht in een reageerbuisje was beland. Samen met het buisje zat het vliegje geklemd achter een willekeurige andere uitvinding van Theo. Als een jonge poes die met grote ogen zijn eerste eigen kleine jacht oefende, kwam de pad schuchter naar voren. Had hij een staart gehad, dan had je hem duidelijk kunnen zien kwispelen.

“Oh, het moet door de kortsluiting in de Zwarte Golf zijn gekomen,” bedacht de geleerde zich ineens en wierp een blik op het grote aluminium apparaat dat nog altijd één derde van de ruimte in beslag nam maar ook langzaam beplating en onderdelen begon te verliezen.
”De bundel zwart licht die het genereerde, heeft zich daar verzameld doordat ik zonlicht in het apparaat heb opgevangen met behulp van spiegels op mijn dak …” Theo moest plotseling gorgelen en proesten, omdat Achmed zijn geduld verloor.
“Mijn dak kun je op! Bewaar die uitleg voor later Theo. Laten we eerst die … dat … die rare dingen uitschakelen.”
Het was alleen al te laat. De etmaluren hadden te veel krachten opgebouwd. Ze dreigden alles om zich heen op te zuigen. En hoe meer ze aan materiaal leken op te zuigen, hoe intenser de krachten werden. De woning en werkplaats begonnen te kraken. Stof werd zichtbaar waar de houten planken van het huis braken en langs elkaar schoven. Het keukentje scheurde in zijn voegen en leek enkele centimeters naar voren te schuiven. Plotseling stortte er een onlangs gerepareerd dakdeel naar beneden. Het kreeg geen kans om in stukken op de vloer uiteen te breken, maar vloog rechtstreeks naar de twee zakhorloges die nog altijd in de bronzen hefboom verzonken lagen. Licht verdween waar zwarte wolken verschenen. Was dit de apocalyps in de maak? Waren dit eigenlijk wel wolken? Of keken we naar een afwezigheid van licht? De etmaluren bleven zichtbaar, maar diverse zwarte slierten hadden zich in de ruimte gemanifesteerd en kringelden rondom het centrum waar al het materiaal naartoe vloog en verdween. De werkplaats kraakte en kondigde haar verval aan.
De vrienden bezagen hoe de pijl en boog achtereenvolgens met nog wat losse onderdelen over hun hoofden schoten. Splinters volgden. Het Perpetuum Mobiel begon nu duidelijk ook aan stabiliteit te verliezen. Het was het begin van een nieuw gevaar: de beschutting die was gevonden van de uitvinding begon los te breken.

Bliksem schoot door het vertrek. Het leek te dansen door de zwarte slierten alsof het gebonden was aan een meertrapstransformator. De werkplaats was omgetoverd tot een heuse tesla coil. Schichten verschenen om beurten en hadden allen de etmaluren als middelpunt.

In de spiegeling van de ogen van de Reuze Navelpad was te zien hoe de vlieg met grote moeite trachtte uit het reageerbuisje te ontsnappen. Hoe onverstandig dat ook zou zijn. De pad kroop naderbij en waagde zich daarmee ietwat de dicht in de buurt van de etmaluren. Tot op dat noodlottige moment dat de etmaluren nog weer meer kracht hadden gewonnen en zo vat kregen op het bruine lijfje. De achterpoten schoven weg, zonder dat hij ze had aangestuurd dat te doen. Veel tijd om aan zijn fout te denken had de Navelpad niet. Abrupt werd hij weggetrokken naar één van de zakhorloges.

Frustratie werd gevoed met wanhoop toen Achmed naar het zakhorloge omkeek en zag hoe zijn kleine vriendje in het niets verdween. Hij was hem kwijt en voelde dat hij gefaald had.

En juist op het moment dat de pad in één der etmaluren verdween, schoot een scherp voorwerp door het ander de werkplaats in.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Bronzen impact
Volgend hoofdstuk: Vlieg op! 

image by tnarik, edited by Gsorsnoi

Achmed en de Navelpad, maar vooral de professor, geloofden hun ogen niet: het Perpetuum Mobiel draaide op volle toeren en leek zichzelf in beweging te houden. Pompen, zuigers, flesjes, blaasbalgen, raderen, wielconstructies, hefbomen en veermechanismes … alles leek in beweging te zijn gekomen en in beweging te blijven. De gehele constructie was zó complex, groots en compact op elkaar gebouwd dat het onmogelijk leek voor een ander om zich van de werking van alle onderdelen te kunnen overtuigen.

Het was ongelooflijk dat deze hele stellage op gang was gebracht door het aantikken van een onschuldig lepeltje. Ondanks het feit dat Achmed hier met de pad om andere redenen aan Theo een bezoek kwamen brengen, kon hij het niet helpen zijn afgeleid te zijn door dit schouwspel.
Hij wist echter dat het Perpetuum Mobiel geen eeuwig leven beschoren kon zijn. Geen uitvinder in het verleden is daar ooit in geslaagd. De gedachte alleen al dat het hele mechanisme bestond uit raderwerkjes en hefbomen, houten en metalen componenten bracht hem tot de wetenschap dat de vergankelijkheid van het gebruikte materiaal ooit zijn tol zou komen eisen. Bij het terugdenken aan hun binnenkomst moest hij aan de opgestelde boog denken. Wat deed dit wapen in een apparaat dat er voor was ontwikkeld om meerdere cycli te doorlopen? Een pijl op een boog zal zichzelf niet uit de deur trekken en terug op de boog leggen. Toch?
Achmed had niet meer verbaasd kunnen zijn toen hij een bronzen metalen arm ergens tussen alle onderdelen omhoog zag komen die de pijl grof uit de deur rukte om deze terug op de boog te leggen. De boog werd netjes aangespannen door deze arm zodat de pijl opnieuw afgeschoten kon worden. Daarop keerde de arm terug in het mechanisme als was het een clown die uit een doosje omhoog was geschoten zoals je ze wel kent uit een fopwinkel.

“Volkomen nutteloos” bracht Achmed onhoorbaar uit en schrok even van zijn eigen onbeleefde uitspraak. Theo hoorde het toch niet. Die was zich nog over de continue beweging van het apparaat aan het verbazen. Het Mobiel maakte trouwens toch te veel leven om er in de nabijheid een normaal gesprek te kunnen voeren.
Er waren zoveel onderdelen te benoemen die Achmed zulke onnodige toevoegingen leken. Maar misschien was het juist dat radertje dat bij Theo los leek te zitten dat zijn uitvinding soms tot succes bracht. Tja, waarom makkelijk doen als het ook moeilijk kan?

“Waar is die pad van mij trouwens gebleven?” bedacht Achmed zich. Hij keek even om zich heen en nam de rest van het onderkomen van Theo in zich op. Allemaal nutteloze uitvindingen die de man bezig hielden waarvan je van een normaal mens niet zou denken dat hij zich ermee zouden kunnen voorzien in het levensonderhoud. Theo speelde het klaar.

Achmed stond naast een kolossale aluminium creatie in het vertrek wat er zeker één derde van in beslag nam.
“Theo, even over waarom wij naar je toe zijn gekomen.” Achmed moest zijn stem verheffen om boven het geluid van het Mobiel uit te komen om Theo’s aandacht te krijgen. “We zijn hier gekomen voor jouw hulp”.
Geen reactie.
Theo had al die tijd in een zekere euforie naar zijn uitvinding staan kijken. Hij was er eindelijk in geslaagd om een apparaat te ontwikkelen dat eenmaal in beweging gebracht, altijd zou blijven bewegen. Dat hij de beweging die het in gang had gezet niet zelf heeft veroorzaakt even daar gelaten.

Achmed probeerde het nog eens: “Theo!”.

Juist op het moment dat het er op leek dat Achmed aandacht zou krijgen van de professor begon het Perpetuum Mobiel een geweldig hard knarsend geluid te maken. De herrie was zo hels dat het de Duivel zelf zou wekken.
Hier ging iets niet goed. Enkele cilinders kregen meer slagen te verduren dan waar het voor gebouwd was waardoor de stoomproductie opliep en de ruimte zich vulde met een witte waas. Even voor het zicht over de machine werd ontnomen, kwam de oorzaak van het defect aan het licht: daar waar drie bronzen pijpen achter elkaar stonden opgesteld om stoom te blazen spuwde één ervan de Reuze Navelpad uit de koperen cilinder de ruimte in. Daar zat hij dus! De pad had zich in zijn nieuwsgierigheid verstopt in de machine.

Het Perpetuum Mobiel werd instabiel en begon aan alle kanten te ratelen. Een gigantische stoomproductie kwam tot ontwikkeling. Ketels werden gloeiend heet en zwelden rood op. Drijvers begaven het en lieten los. De hele stellage kwam in beweging en trilde als een bezetene.
De angst sloeg de professor en Achmed om het hart. Theo maakte een sprong en trok Achmed in zijn vlucht mee om beschutting te zoeken terwijl de machine tegen het punt van exploderen liep. Hier was het niet veilig meer.
Een enorme knal volgde waarbij een regen van klinknagels het drietal om de oren vloog. Naast klinknagels kwam er ook een hele serie radertjes los van het apparatuur. Eén ervan zoefde het gezicht van  Achmed rakelings voorbij en stootte met volle kracht tegen het bedieningspaneel van de grote aluminium creatie waar hij eerder naast had gestaan. Het had weinig gescheeld of het radertje had Achmed voor zijn leven ongelukkig gemaakt.

In plaats daarvan bracht dit bewuste radertje de rest van het verhaal in werking door de kortsluiting die het veroorzaakte in het getroffen paneel. Het paneel behoorde toe aan Theo’s volgende vinding: de Zwarte Golf.
Een halve meter verwijderd van het paneel van dit immense apparaat zat een soort kanon bevestigd dat ten gevolge van de kortsluiting een zwarte bundel begon te produceren. Een bundel die zich door de ruimte verplaatste in de richting van de plaats waar Theo had gestaan op het moment dat hij bezoek kreeg. De uitvinding waar hij toen aan stond te werken werd erdoor getroffen. Een elektrisch geluid kwam tot leven.
Direct na de impact van deze zwarte bundel begon de jaszak van Achmed te gloeien. Een schroeiplek brandde zich in zijn jaszak waardoor er een gat in ontstond. Achmed trok direct zijn jas uit en dacht dat hij op het punt stond om te verbranden.
Juist wanneer het gat gebrand was schoot het roodgloeiende zakhorloge los uit zijn borst en schoot met een geweldige vaart door de werkplaats.

Was een gekartelde hefboom van het Perpetuum Mobiel er niet geweest, dan had dit verhaal snel een verschrikkelijke afloop gekend. Het roodgloeiende zakhorloge was namelijk krakend tegen het brons van de hefboom tot stilstand gekomen. De impact van het zakhorloge tegen het brons was zo waanzinnig hard geweest, dat het zakhorloge anderhalve centimeter in het materiaal was weggezonken.

Professor Theo Nologie, die de andere kant van de hefboom bezag, constateerde dat eenzelfde zakhorloge zich ook aan de die kant in het brons had geboord. Geschokt bracht hij uit: “Oh nee! Het etmaluur!”

Wordt vervolgd.

Vorige hoofdstuk: De opluchting

By reuzenavelpad | August 5, 2010 - 10:00 am - Posted in De anagrammen, Duimzuigerij, Nederlands, Reuze Navelpad, Verbaal Genot

image by ExeyPanteleev, edited by Gsorsnoi 

(Let op: extra moeilijk!)

Hey hallo! Heb ik je aandacht? Het artikel begint hier hoor. Ben je even afgeleid of zo?
Het is deze keer niet helemaal goed gegaan. De anagrammen van deze maand zijn één groot zooitje geworden!

Herinner je dat de Reuze Navelpad en ik vorige maand naar het strand zijn gegaan? Weet je nog dat het strand daar vol lag met mensen met ontblote navels? Allemaal bikini’s en blote torso’s?
Het was eerst leuk en gezellig samen op het strand. Maar dat was tot ik die kwaker van mij kwijt raakte. De aantrekkingskracht van al die maagdelijke navels was duidelijk te veel voor hem.

De Reuze Navelpad kon zijn honger naar het kruipen in navels niet bedwingen en schoot het strand over op zoek naar bekende Nederlanders.
En uiteraard lag het strand daar juist die dag vol mee.

Maar net zoals jij en ik te veel kunnen eten, zijn een tiental navels tegelijk voor deze pad ook een beetje te veel in één keer. Hij stampte zichzelf vol , raakte afgeleid door al die navels, vergiste zich in een navel en werd toen ineens flink beroerd. De pad begon over te geven en gooide zo alle anagrammen door elkaar.

Ja, en nu? Nu zitten we met een heel zooitje afgeleide anagrammen.
De truc is om eerst het juiste koppel anagrammen terug bij elkaar te plakken om vervolgens de letters weer terug door elkaar te gooien om er weer bekende Nederlanders van de maken.
Ga er maar aan staan…

Succes met ontanagrammaniseren!

  • Binoculair || Nepzwaard
  • Tamme || Imam
  • Arnica || Huismiddeltje
  • Louche || Luimen
  • Bler || Verbah
  • Jobjes || Notoir
  • Junk || Ellenden
  • Kroegninja || Nivelleren
  • At || Kannibalisme
  • Armada || Nerdje

Opgelost:

  • Jobjes ||  Nivelleren (geraden door PiCo)
  • Eet || Nepzwaard (geraden en ontpluisd door PiCo)
  • Arnica || Imam (geraden door PiCo)
  • Junk || Huismiddeltje (geraden door PiCo)
  • Armada || Verbah (geraden door PiCo)
  • Tamme || Ellenden (geraden door PiCo)
  • Kroegninja || Luimen (geraden door PiCo)
  • Bler || Kannibalisme (geraden door PiCo)
  • Binoculair || Nerdje (geraden door PiCo)
  • Louche || Notoir (geraden door Sandra)

Met vriendelijke reuzel,

Navelpad

image by vige, edited by Gsorsnoi 

De lepel schoof  opzij en draaide rond een steel waar meerdere lepels op bevestigd zaten. Hiermee werd de as van dit instrument tot roteren gebracht wat een grote platte metalen radar eronder aandreef. Deze radar stond geschakeld met een hele serie radars en radertjes van hetzelfde soort. Een veer werd van spanning gebracht wat weer een nieuwe as deed ronddraaien. Even verderop in het mechanisme werd een uit radars opgebouwde tafel geactiveerd. Het bovenste blad van deze tafel bracht een ratelend geluid voort dat aan de secondeteller van een bovenmaats horloge deed denken.

Veel verderop in de stellage klonk achter enkele wijzerplaten het aanzwellende geblaas van een zuiger en vulde een blaasbalg met lucht. Het leder van de blaasbalg tikte een hefboom aan waarop normaal een appel bevestigd had moeten zitten op een pen om deze omhoog te brengen in een pijp. Bij het ontbreken van het gewicht van de appel schoot het andere uiteinde van de hefboom tegen een voorwerp dat veel weg had van een steelpan welke op zijn beurt losschoot van de constructie en een baan begon door de ruimte richting het meubilair.

“Oh nee, oh nee, oh nee!” Theo wist niet wat hij anders moest uitbrengen tot hij zag dat het Mobiel enkele onderdelen begon los te laten. Het Mobiel viel op verscheidene plekken uit elkaar. Het leek erop dat het verval van een grootste uitvinding was aangekondigd.
Met een open mond van verbazing zag toe wat hij in werking had gesteld. Eén enkel tikje tegen dat onschuldig ogende lepeltje had het ongeladen perpetuum in gang gezet en het was waarlijk een intrigerend schouwspel om te zien. Maar zou het goed aflopen?

De Reuze Navelpad was op de schouder van Achmed gekropen en greep zich vast in enkele plukken van zijn zwarte haar. Met grote ogen op het mechanisme gericht kon hij niet veel anders doen dan toe te schouwen. Hierdoor was hij afgeleid van het knorren van zijn maag wat duidde op een beginnende honger naar roem.

Het steelpannerig voorwerp tikte met luid kabaal tegen een grote lege vogelkooi die stond opgesteld op een dressoir. Door de klap van dit voorwerp raakte de vogelkooi uit balans en tuimelde van het blad.
De vogelkooi kletterde onzachtzinnig tegen de kromgetrokken houten planken van de vloer en liet het deurtje in de kooi openzwiepen.

“Oh, maar nee! Nee! Nee! Nee!” Theo was in een grote paniek geslagen. Hij bracht zijn handen naar zijn bleekgetrokken gelaat en maakte daarmee een duidelijke imitatie van Evards Munch’s schreeuw. “Oh, de Opluchting! De Opluchting is uitgelucht.” Zijn ogen schoten van links naar rechts en weer terug in zijn oogkassen. Theo zag het gebeurde aan alsof hij één van zijn uitvindingen in een ravijn zag storten.
“Oh, uitgelucht is ze … uitgelucht”.

Achmed begon te grijnzen van leedvermaak, maar snapte net zo goed niet waar Theo nou zijn ophef vandaan had gehaald.
“Moet je nu dan niet opgelucht zijn?” bracht Achmed abrupt naar voren toen het grootste kabaal was gedempt en het perpetuum nog op volle toeren draaide.

“Oh, begrijp je het dan niet?!” foeterde Theo woedend.
Het bleke gelaat maakte plaats voor een rode kleur die werd veroorzaakt door de opwinding van deze uitvinder. Hij balde zijn ene vuist en veegde ontdaan was speeksel van zijn kin dat erop was beland na zijn laatste uitspraak.
“Oh, de Opluchting was een uitvinding van een grootst formaat. Het had ons inzicht moeten geven over de duurzaamheid van wat ons in leven houdt.”

“Het is een lege vogelkooi …” merkte Achmed droog op.
Theo leek Achmed te willen aanvallen en bracht zijn handen naar diens vest. Deze actie zorgde ervoor dat de vliegeniersbril langs het gezicht bungelde.
De Reuze Navelpad viel weer eens van de schouder. En een blik van Theo die zijn hoofd in tweeën had kunnen splijten was geladen met teleurstelling en agressie.
“Rustig vriend.” gebood Achmed hem “Wees alsjeblieft rustig en vertel mij eens wat die vogelkooi van waarde is voor jou.”

Theo liet Achmed los en draaide zich woest om met de woorden: “Oh, ze was van onschatbare waarde voor mij. Wat zeg ik? Voor de mensheid!” Opnieuw keek hij zijn vriend hij en verklaarde: “De Opluchting bevat een voorraad opgesloten lucht. Opgesloten lucht die in elke normale omstandigheid in kwaliteit zou moeten afnemen. Maar door het bloot te stellen aan frisse lucht hoopte ik hiermee te kunnen meten hoe lang je lucht opgesloten kunt houden zonder dat het muf zou gaan ruiken.” Er volgde een korte adempauze.
“Oh, als we te weten hadden kunnen komen hoe het zit met de duurzaamheid van zuurstof dan …”
Theo staakte zijn onnozele uitleg en verstarde.

De Reuze Navelpad liet zijn koppie nog even zien. Hij had zich tijdens de woede-uitbarsting verstopt achter een haarlok van Achmed.
“Oh, maar wat is dit nu?” en Theo moest moeite doen niet te gaan kwijlen terwijl hij opvrolijkte bij het zien van zijn andere speeltje. “Het Perpetuum Mobiel! Ze beweegt!”
Het geknor in de buik van de pad hield op.

Wordt vervolgd.

Vorig hoofdstuk: Het vindingrijk
Volgend hoofdstuk: Bronzen impact