By karelriemelneel | April 15, 2009 - 7:29 pm - Posted in Duimzuigerij, Nederlands

Je maakt wat rare dingen mee in de IT.

Mensen die in de IT werken weten meteen wat ik bedoel. Dat je een ander soort humor hebt op de werkvloer of je in de horeca of in het onderwijs werkt mag duidelijk wezen. Zo gaat dit ook op voor de IT-ers onder ons. Mezelf incluis.

  • Een IT-medewerker gaat naar de wc en roept dat deze “een overflow moet vermijden”.
  • Zegt de ene IT-er tegen de ander “101110100010101101”
    Zegt de ander “1001010100101110101110!”
  • IT-er verdrinkt: “F1! F1! F1!”
  • Je hebt een wachtwoord gereset en zegt tegen de gebruiker “Uw wachtwoord is ‘gereset'”. Vervolgens ophangen.
  • Tegen de fietsenmaker: “Kunt u mijn band even patchen?”
  • “Hit any user to continue”
  • Gebruiker: “Waar zit de ANY key?”
  • Een IT-er met een sociaal leven
  • Een bekwame helpdeskmedewerker

In onze IT-organisatie hebben we een heuse IT-boerderij.  Bij ons op de afdeling hangt een analoge koe-koe-klok. Niet te verwarren met de koekoeks-klok. Deze koe-koe-klok gedraagt zich net als een koekoek, zodat dit beest elk uur even uit z’n stal komt om de boel bij elkaar te loeien. De eerste maandag van de maand om 12 uur doet hij dan ook extra z’n best. Hij probeert dan boven het geluid van het luchtalarm uit te komen wanneer deze getest wordt. Maar een eigen willetje heeft onze analoge Berta zeker. De ene keer loeit ze niet en blijft ze in haar stal. De andere keer komt ze er vrolijk uitwandelen en laat van zich horen. Zeker een bronstige stier die haar in haar hok houdt?

Zelf ben ik opgevoed door een digitale haan. Zoals er nu ringtonen om je oren vielen alsof Bach ze allemaal persoonlijk voor je had gecomponeerd, zo had je vroegâh de geluidjes voor het alarm van je horloge. Bizar natuurlijk. Maar ik had zo’n haan om mijn pols geknoopt om mij elke dag op tijd uit mijn nest te kukelen. Schoenen gooien hielp dan niet. Je moest echt bewust op ‘snooze’ of ‘stop’ drukken wilde dat beest even z’n kop houden.
Hij versliep zich nooit, laat me je dat vertellen!

Ook leuk is het F5-schaap. Dit pluizig dier heeft een aparte entree in onze organisatie gekregen en lijkt veel op onze koe-koe-klok. Het principe is hetzelfde. Maar in plaats van ‘boe!’ zegt ze ‘bêh!’. Net een paar letters verschil. Voor het gemak ga ik er maar even vanuit dat ze een ooi is.
Deze ooi hangt niet op onze eigen afdeling, maar op de afdeling van één van onze klanten, in een ziekenhuis. Diens afdelingshoofd had het fantastische idee om de overzichten van beddenbezettingen op een LCD scherm op de muur te projecteren. Handig toch? Probleem was alleen dat er geen automatische verversoptie was ingebouwd in dit overzicht. Zo moest er altijd iemand naar de pc lopen om even op de F5-toets te drukken. 
Het afdelingshoofd was dit op een goed moment zat en besloot een verzoek bij ons in te dienen. Hij vroeg zich af of wij die verversoptie voor hem konden inbouwen. In het ergste geval zou hij een toetsenbord voor hun klok binden, waar ieder uur een schaap uitkomt. Deze kon dan met zijn neus steeds de F5-toets indrukken. Zo heeft hij in elk geval eens in het uur een vers scherm.

Op zo’n moment denk je als IT-er, waarom een ontwikkelverzoek … je hebt zelf toch al een oplossing?

By achmedlien | April 14, 2009 - 12:14 pm - Posted in Astronomisch gedachtegoed, Nederlands

“… en als je het kunt verklaren dan is er wetenschappelijk bewijs voor te vinden.”

Met die stelling starten we een nieuwe reeks artikelen binnen de categorie Astronomisch gedachtengoed.

Deze artikelen zijn geïnspireerd door de theoriën van Erich von Däniken. Deze schrijver heeft zo zijn eigen kijk op het ontstaan van de mens, de geschiedschrijving en andere ontwikkelingen die daarmee verband houden.
Hij houdt zich bezig met vragen als:

  • hoe is de mens die net uit de boom kwam lopen zo snel in staat geweest ijzer te gieten?
  • hoe zijn de fantastische wezens zoals draken ontstaan? Daar wordt niet alleen in China over verteld. Ze maken in heel veel meer culturen (hoofd-)onderdeel uit van religie. Tevens zij er nooit resten van teruggevonden (behoudens de eerste dinosaurusopgraving in China waarop het ooit bestaan hebben van draken aanvankelijk mee leek bewezen).
  • heeft de mens zelf haar eigen taal ontwikkeld? Of heeft zij deze geleerd van een buitenaards volk of goden?
  • en hoe kan het dat er in oeroude verhalen, ruim voor de tijd van Jezus Christus, al werd verhaald over schijnbare technologiën terwijl deze pas mogelijk werden geacht ruim na de tijd van de industriële revolutie?

Op het eerste gehoor zijn dit allemaal maar rare vragen. Maar heb jij er antwoord op?
Erich von Däniken meent van wel en gelooft er heilig in. In zijn theorie heeft de mensheid een paar duizend jaar v.Chr een bezoek gehad van ruimtemannetjes. Deze aliens beschikten al over technologiën die wij pas aan het einde van de 20e eeuw hebben ontwikkeld.
Zo zou Talos, de grote ijzeren man die over het eiland Kreta liep om de inwoners te beschermen voor gevaar van buitenaf, een heuse robot zijn geweest. Gesteld dat dit verzonnen volksvertellingen zijn, hoe kunnen deze mensen dan verhalen vertellen over zaken die pas tussen de 19e en 21e eeuw zijn uitgevonden? Als je er verhalen over kunt vertellen, waarom zouden de mensen er dan niet zelf toe zijn gekomen robots te ontwikkelen? Deze kennis moeten ze toch van iemand hebben gehad!

In de oude volksvertellingen wordt er ook al gesproken over amfibievoertuigen (De Argonauten) en vliegende toestellen zoals ruimteschepen (Pheaton – zoon van Helios – die met zijn zonnewagen het firmament had bezocht en door weinige ervaring ter aarde neerstortte).
Het zijn vertellingen van duizenden jaren v.Chr. die steeds weer zijn doorverteld en vast zijn geromantiseerd. Maar hoe kan een volk uit het stenentijdperk praten over zoiets als een ‘zonnewagen’? Was dat niet gewoon het ruimteschip van hun ‘god’ die door een onervaren astronaut (of moet ik zeggen argonaut?) een beetje ongelukkig door de dampkring vloog en zo een noodlottige landing tegemoet viel?

Als ik in die tijd had geleefd en ik had iemand voorbij zien vliegen in wat wij nu een vliegtuig noemen, dan zou ik die mensen ook goden, monsters of wat dan ook hebben genoemd.
Maar als we veronderstellen dat die goden sterke verzinsels zijn, dan waren onze vroege voorouders toch fantastische mensen met flink veel fantasie!!

Ik ben het niet met alle strekkingen van die Erich eens. Maar hij stelt genoeg vergelijkingen en theoriën op waarin ik hem best kan volgen. Hoe vergezocht ook.

Bron: von Däniken, Erich – In naam van Zeus – nederlandse vertaling 2000

By Peter Visser | April 11, 2009 - 8:35 pm - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

Ook dit ontgaat mij……misschien wel te gevolge van gebrek aan ruimte in mijn denkraampje….. http://www.nu.nl/internet/1913860/negenjarige-schrijft-iphone-applicatie.html Welke zwakzinnige wil er nu verfvingeren op een telefoon ?

Is dit nieuws?

Je kan dat ding toch ook in een pot verf laten zakken……..en zo zijn er nog veel meer dingen, zoals het kijken naar een film op dit postzegel-beeldscherm of uh internetten met zo’n postzegel. Ik ga stoppen, anders maak ik mij nog kwaad ook: Ga een wijf vingeren, stelletje idioten !

By rinaoddel | March 26, 2009 - 2:44 pm - Posted in Duimzuigerij, Gevleugelde Uitspraken, Nederlands

“Onkunde wil niet zeggen dat ik dom ben. Ik ben verstandig gehandicapt.”

Uitgesproken door: Zbersibarn

Datum: 26 maart 2009

By karelriemelneel | March 25, 2009 - 1:52 pm - Posted in Nederlands, Vacaturepagina: De Assistent Kanarievouwer

Bedrijfsnaam:
Nederlandse arbeidsmarkt

Locatie/Standplaats:
Niet thuis

Salaris:
Om collega’s te ondermijnen zit je bruto gemiddeld E 200,- onder het salaris van je collega’s. Liefst nog ver daaronder.

Bedrijfscultuur:
Je komt te werken in een bedrijf waar nu nog overheersend vakmensen de dienst uitmaken. Jouw opperhoofd heeft twee zo niet drie titels voor zijn naam staan en je collega’s zitten al zo lang in dit vak zolang zij de MULO of de huishoudschool hebben verlaten.

Functieomschrijving:
Er wordt van je verwacht dat je het specialisatieniveau van de bedrijven waar je komt te werken langzaam omlaag brengt. Door gediplomeerde collega’s weg te pesten of om reden van leeftijd uit te rangeren maak je jezelf bewust niet geliefd.
Een plezierige bijzaak is het op andere wijze dan hiervoor beschreven irriteren van de huidige werknemers. Privézaken en computerspelletjes in de baas z’n tijd is helemaal jouw ding. Sabotage van andermans werkzaamheden hoort daar ook bij.

Functie-eisen:
Je bent een heuse Donald Duck en bij voorkeur een schoolverlater. Amateurisme is jouw specialisme. Je denkt dat je werkelijk alles (beter) kunt, maar als het er uiteindelijk op neer komt, kun je eigenlijk niets. Vooropleidingen of cursussen zijn niet gewenst. Hoe minder ervaring hoe beter. Als je het werk van de collega maar voor minder geld wilt uitvoeren dan deze collega dat zou doen.
Je bent in staat de werkzaamheden dusdanig te verstoren dat je het bedrijf vanzelf een doorn in het oog wordt.

Dienstverband:
Uitgangspunt is het terugbrengen van het specialisatieniveau van een bedrijf met minimaal 40%. Je blijft in dienst tot dit doel is bereikt.

Solliciteren:
Interesse in deze functie? Reageer direct en stuur je motivatie inclusief CV naar werving@wsnoi.com of kijk op onze website: http://wsnoi.com/tn/

Opmerking:
Anders dat de naam wellicht vermoedt wordt er met ‘beroeps ontvolker’ géén ‘administratief genocide medeweker’ bedoeld. Hiervan zijn er al genoeg op deze wereld!
Wellicht had de functie beter ‘beroeps beroepsontvolker’ genoemd kunnen worden.

By tinusicket | March 24, 2009 - 2:05 pm - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

Het had weinig gescheeld of er had geen mogelijkheid voor mij bestaan dit artikel te schrijven. Vandaag voor de zoveelste keer word ik als voetganger werkelijk totaal genegeerd door vervoersmaatschappij terwijl ik toch duidelijk te kennen heb gegeven een zebrapad te willen oversteken. Deze vervoersmaatschappij, waar ik al niet echt bepaald een goede connectie mee heb, wil blijkbaar graag op tijd rijden. Maar nu vraag ik je: moet dat mensenlevens kosten? Wellicht dat deze organisatie de regel ‘rijdt kosten wat kost op tijd’ eens mag herdefiniëren!

Eén keer in het jaar laat ik een maand de fiets staan, om mij met de bus door het winterse weer naar het werk te begeven. In die ENE maand is het deze vervoersmaatschappij gelukt om mij om drie redenen meermalen PISNIJDIG te krijgen. Ik som ze graag even op:
1. Structureel in één werkweek tussen de klok van 1600 en 1636 uur geen dienst aanbieden zoals vermeld staat op het tijdenbordje. Dit geldt voor beide buslijnen die op die route rijden. Een paar weken later was het opnieuw raak.
2. Structureel bushalte(s) negeren van één bewuste buslijn. In het oogcontact wijst de buschauffeur omhoog naar het nummer op zijn buslijnenbordje zo van: “Hallo! Je weet toch dat ik hier niet rijd?”
3. Zo nu en dan bijna platgereden op een zebrapad worden door verschillende buslijnen.

Elke dag weer ren ik mijn benen uit mijn lijf om na aankomst van de trein om 15:58 de bus van 16:04 te kunnen halen. In de afstand die er tussen het treinstation en de bushalte ligt (laten we het heel ruim op 400 meter gooien), moet het mij toch lukken om de bus net voor te zijn. Alle geleverde moeite ten spijt mis ik deze bus vaak net, omdat de trein niet om 15:58, maar twee of drie minuten later arriveert.
Akkoord, geen verwijt. Dit kan ik nog hebben. Dan mis ik de bus van 16:04. Dat slik ik. Maar als de volgende bus van 16:16 er vervolgens ook niet is EN de volgende vier werkdagen van de week ditzelfde geintje steeds weer gebeurt,  … Hmr!! … nijdiger kun je me niet krijgen. Overigens, lopen naar de eerstvolgende bushalte waar meerdere buslijnen worden aangeboden zou een optie zijn. Zij het niet dat ik daar pas ruim na 1636 arriveer. Hallo! Dan kan ik dus net zo goed blijven wachten!

Voor het onder 2. genoemd geval kan ik het meervoud van bushalte niet hardmaken. Wat mij meer en meer het gevoel geeft dat deze busmaatschappij iets persoonlijks tegen mij heeft. “Als je die meneer bij de bushalte ziet staan, 1 regel: doorrijden en doen alsof je neus bloed”. Hard schaterend achter het stuur rijdt de duivelse chauffeur voorbij met de gedachte “Opnieuw heb ik hem beetgenomen”.
Wat heb ik misdaan?

Het geval waartoe ik heb besloten dit artikel te schrijven (3.) is helemaal uit den boze! Moet ik dood of zo? Dit is werkelijk te schandalig voor woorden. Mensen, ik ben geen autogebruiker. Maar welke afstand is voor een automobilist nodig om ervan overtuigd te kunnen raken dat de voetganger voor je wilt oversteken? 100 meter, 200 meter? We praten hier over een weg waar je 50 mag. De drie chauffeurs die reeds een aanslag op mijn gestel hebben willen plegen hadden zeker nog 150 meter voor de wielen. Minstens.

De klachtenbrief ligt klaar. Die mag deze vervoersmaatschappij zeker verwachten! Maar ik zou toch ook zeker in mijn recht staan als ik een aanklacht voor een poging tot doodslag laat opmaken, of niet soms?

By kornelisoflook | March 22, 2009 - 3:59 pm - Posted in Galbakkerij, Nederlands


Gespot: een kleine vijftig meeuwen op een grasveldje die zich tegoed doen aan iets ondefinieerbaars.

Zelf loop ik nog nietsvermoedend langs de beschutting van een flatgebouw over het trottoir om bij de bushalte aan te komen. Haast heb ik niet. Angst wel spoedig. Het kostten die beesten nog geen paar seconden om hun nieuwe prooi in het vizier te krijgen. Helaas voor mij was ik dat.
Bedenkend hoe mijn dag er vandaag uit zou gaan zien ben ik mij nog niet bewust van het terreur wat zich spoedig boven mijn hoofd zal afspelen. In mijn ooghoek zie ik wel dat er een troep meeuwen opstijgt, maar dat beeld is door mijn woonachtigheid in deze buurt zo geïmpregneerd op mijn netvlies, dat het me niet eens opvalt. Een ree ziet het eerste moment wel dat er een wolf  in de buurt aanwezig is, maar het realiseren van het potentiële gevaar volgt een fractie later pas.
Mijn instinct werd getriggerd zodra een luid gekrijs recht achter mij de rust verstoorde. De vliegende ratten hadden hun aanvalspositie gekozen. Alle alarmbellen gingen bij mij rinkelen. Ik zette het op een lopen en zocht beschutting waar ik maar kon. Het angstzweet bevuilde mijn kleding in de oksels. Maar als ik mijn armen niet onnodig zou optillen die dag, dan zouden mijn collega’s er niets van merken. Die witte smurrie op mijn jas zou ik niet kunnen maskeren. Ik moest dus zien te voorkomen dat mijn hoofd en jas bevuild zouden worden.
“Flets! Flets! Flets!” de aanval was begonnen. Het toch al niet al te schone voetpad achter mij werd verder bevuild door al wat uit de hemel kwam neervallen. De bommenwerpers scheerden door de lucht. Witte stront kwam neer op voorruiten, motorkappen, houten bankjes en stoeptegels als ware het mortierbommen uit de tweede wereldoorlog. Man, wat waren mijn oksels nat! Het angstzweet op mijn rug deed ook aardig zijn best.
Eenmaal een straat verder moest ik beschutting zoeken achter een auto. Veel veiliger was ik er helaas niet. Een nieuwe vliegende rat van de Luftwaffe vloog op mij toe, zijn aars was zich al aan het opentrekken.  In het vizier van de vijand zie je mij wegrennend achter een auto vandaan om achter een muurtje te duiken. Ook fout. Op het muurtje grijnst een besnaveld gezicht mij aan kijkt op met de boodschap aan zijn teamleden: “Hij zit hier!”

Een wit bevlekt voetpad achter mij latend kom ik eindelijk aan bij de bushalte en duik onder het afdak weg. Eindelijk veilig.
Een jongeman naast mij stapt even later het bushokje uit om even te controleren of de bus er al aankomt. Zichzelf overtuigend van het feit dat dat nog niet het geval is, stapt hij terug in het bushokje terwijl een meeuwenflats op een centimeter voor zijn linkerschoen neerstort.

By rinaoddel | March 18, 2009 - 7:37 am - Posted in Nederlands, Scherpe Blik

“In de haven van Rotterdam zijn twee boten met elkaar in aanvaring gekomen. Eén boot met zink aan boord zinkt als gevolg van de aanvaring.”

Uitgesproken door: Nieuwslezer

Datum: Woensdag 20 maart 2009

Hij zal wel niet meer varen dan?

By rinaoddel | March 7, 2009 - 11:55 am - Posted in Duimzuigerij, Gevleugelde Uitspraken, Nederlands

“Beren op de weg zien is al tijden het grootste probleem in het verkeer.”

Uitgesproken door: Tinus Icket

Datum: Vrijdag 6 maart 2009

By Peter Visser | March 6, 2009 - 11:42 am - Posted in Astronomisch gedachtegoed, Nederlands, Onbedoelde mening

Vorige maand heb je kunnen lezen in  Een onbegrijpelijk HL7 avontuur (1) hoe Peter met zijn fijne collega een cruciale blunder hadden begaan door te vertrouwen op hun Zaanse gebruik door 2 koekjes te nemen. Vermoedelijk onder invloed van paddo´s gaat het duo in dit tweede en laatste deel een erg zware middag tegemoet.

Na ook deze geestelijke foltering en aanval op de menselijke geest te hebben afgeslagen brak de pauze aan, het licht ging aan en maakte duidelijk dat ik niet alleen zat. De vrijheid lonkte. Gebruik makend van de ruimte die mij werd geboden maakte ik mij uit de voeten om een zgn. overflow te voorkomen. Ofwel een sanitair avontuur die zijn weerga niet kende. Zoekend en dolend door het pand, de borden volgend bracht mij op een plaats waar helemaal niemand was. Vreemd, maar de opluchting was daar.
Na deze geklaarde klus op weg naar de koffie c.q. paddo-dealer…… om eens voorzichtig te informeren bij mijn collega hoe hij de tijd had doorgebracht. Deze wist mij te overtuigen dat ik niet alleen stond in mijn vreselijke ervaringen. Hij was ook in hoge mate verbaasd hoe het mogelijk was om een dergelijk zeldzame verzameling mensen op het podium de revue te laten passeren. Voor het aanschouwen van een dergelijk gezelschap moet er op de kermis diep in de buidel worden getast.
We hadden er gezamenlijk lol om, het amusementsniveau was hoog, leermomenten ontbraken.
Doch na het genot van enige versnaperingen en de koek argwanend ontwijkend, kwam het vervolg.

De voorzitster, ik ben er nog niet helemaal uit, maande ons te haasten en weer terug te gaan naar het slagveld. Aarzelend en schoorvoetend gaven wij daar gehoor aan. In de arena aangekomen bleek al, dat diverse mensen het pand op slinkse wijze hadden verlaten.
Deel 2 van de middag diende zich aan. En omdat deel 1 zonder noemenswaardige schade was doorgekomen en het idee dat het dieptepunt toch wel gepasseerd moest zijn, toch maar weer plaats genomen. Maar helaas, trol nummer 4 diende zich aan, met een niet-te-begrijpen onderwerp. De paddo’s deden nog steeds hun werk. Mij vasthoudend aan het idee dat verder wegzakken bijna niet mogelijk moest zijn, toch maar wakker gebleven.
Helaas, mijn collega fluisterde “We zakken nog verder”
How low can you go ? Nou…..ik kan u vertellen: DIEP. Het werd weer doorbijten, mezelf sommen opdragend voor wat hoofdrekenen, het alfabet intern opzeggend in het Engels, Duits en Frans hield mij wakker. Maar bij trol 5 het idee, “we ontsnappen” Deze hield een korte voordracht over “kweeniewat” met kort daarop de opmerking, “zo, dat was het” er volgde een zucht van verlichting. Zo kon het dus ook !
Maar ook nu weer op het verkeerde been gezet. Er was ergens in de zaal een Chinees of Japanner, die in een onverstaanbaar dialect vragen begon te stellen met als reactie nog onbegrijpelijkere antwoorden. En een volgende zinloze discussie voltrok zich.
Dit was de wereld op zijn kop, Ergens in Nederland tussen Nederlanders, die blijkens de voegwoorden, bijwoorden, bijvoeglijke naamwoorden etc.
Nederlands bleken te spreken, maar er toch geen woord aan vast kunnen knopen. De moed zonk inmiddels in de schoenen, kwam er dan nooit een einde aan deze lijdensweg ?

Ik besloot bij trol 6 gewoon te negeren en maar schaamteloos de ogen te sluiten, meer kon ik niet verdragen……waar had ik dit aan verdiend ?
Om kort te gaan, het licht ging om kwart over vijf weer aan en de voorzitster, (ik weet het nog niet), nodigde ons uit tot het genieten van diverse hapjes en drankjes in een ander hol. Door schade en schande wijs geworden, trapten wij daar niet in ! Mijn collega moest zijn dreigende overflow voorkomen, dus hebben wij met gezwinde spoed en ons door niets en niemand weerhoudend het pand met grote snelheid verlaten.
Beduusd liepen wij naar buiten en genoten van de inmiddels herwonnen vrijheid. Zelfs het zien van een achteloos gedeponeerde honde-bolus kon de pret en opluchting niet meer onderdrukken. Eenmaal de schroom van het weer kunnen spreken overwonnen, bleek mijn collega op dezelfde wijze de middag te hebben ondergaan. Ik was dus niet alleen in deze.  En om een eerder citaat aan te halen, deze persoon wist dus waar het gepretendeerde onderwerp over ging, maar niet waar op deze middag over gesproken was.

De terugreis was een kopie van de heenreis, vermoeiend.
Maar, nogmaals, de herwonnen vrijheid maakte heel veel goed.
Ook dit was een kwestie van geduld maar dan in vrijheid.

 De volgende ochtend sloeg ik de Volkskrant open en las ergens op pagina 5
                               het volgende:
http://www.volkskrant.nl/binnenland/article431037.ece/Aantal_paddo-incidenten_stijgt
                     Alles was mijn ineens duidelijk !
                              De koekjes…..

                en verder gaat het heel goed met mij…….
                               Peter  Visser