De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. En voor de gelegenheid ditmaal ook eens een karakter die weliswaar geen verslaggever is, maar wel een belangrijke rol vervult in het domein van WSNOI. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.
Personalia: Balthazar Roerling.
Functie: Seriemoordenaar, antagonist in de detectivereeks VZD.
Andere namen: Taco Roerling, ‘Bally’, ‘De rotte appel’, de Bever.
De naam ‘de Bever’ is (natuurlijk) afgeleid van mijn eigen woonplaats Beverwijk.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘B’ uit Balthazar vormen dat, de ‘e’ als toevoeging en zijn achternaam samen het woord ‘beroerling’ wat synoniem staat aan naarling of ellendeling.
Modelpersoon: Robert Carlyle, specifiek vanuit zijn rol als Rumpelstiltskin in de TV-serie ‘Once Upon A Time’.
Eerste oer-artikel: N.v.t.
Eerste online-artikel (waarin dit karakter voorkwam): ‘VZD (10): De rotte appel’
Uitspraken: “Daar ga je inderdaad geen 46 meer vinden nee”, “Zo, nu ik me eindelijk van die Biezentrutter heb verlost mogen jullie mij vertellen waar Kareltje blijft…”, zijn typische lachje: “Ni-hihihi!” en op de suggestie van Karel dat Andrea zou zijn bewerkt met een zinksnijder lacht hij dit weg met de opmerking “[…]Kareltje. Echt. Is dit niet een zaak om je tanden in te zetten?”. Karels reactie op die vraag kan dan niet ongenoemd blijven: terwijl hij zijn dienstpistool uit zijn zak trekt zegt hij: “Niet wanneer er rotte appels in voorkomen zoals jij!”
En tegen het einde van ‘De rotte appel – deel 2’: “Zagen, zagen, wiedewiedewagen… Gert Jan kwam thuis om een boterham te vragen.”
Er was eens een schurk…
Voor vele schrijvers stel ik mij voor dat dit één van hun favoriete bezigheden moet zijn: het toewerken naar het moment dat je eindelijk de antagonist in je boek naar voren kunt schuiven en alle totstandkomingen en ontwikkelingen rondom dit figuur uit de doeken kunt doen. Voor mij geldt dat in elk geval zeker. Hoe leuk ik de andere, veelal goedaardige karakters ook vind, ik hou vooral van de schurken. Het zijn vaak kleurrijke personages, het liefst gruwelijk gemeen en ze voegen vaak smeuïge elementen aan de algemene verhaallijnen toe. En geef het zelf maar toen: stiekem willen de meeste mensen zelf ook best wel eens zo’n schurk zijn (of spelen). Ik in elk geval wel, al blijft dat natuurlijk wel bij het mij fictief in hen verplaatsen. Want in werkelijkheid doe ik natuurlijk geen vlieg kwaad!
Darth Sidious (the Emperor) uit Star Wars en The Joker uit Batman voeren beslist de top 10 aan van ergste ellendelingen waar ik graag naar kijk. De volgorde waarin ik deze twee figuren nu noem is dan ook niet willekeurig. Het is precies hoe ik ze over de plaatsen nummer 1 en 2 verdeel. Darth Sidious zie ik echt als de schurk der schurken, de mens geworden Duivel en vertegenwoordiger van het Kwaad. Of zoals Ian McDiarmid (acteur van senator Palpatine / Darth Sidious) zelf in een interview over het karakter dat hij speelde eens stelde: “Iedereen denkt dat Darth Vader de ergste schurk is van de Star Wars-saga, maar eigenlijk is dat senator Palpatine die hem als poppenspeler manipuleert naar zijn eigen wil en hem zo weet over te halen naar de Dark Side of the Force. Hij is het die de Duivel zelf vertegenwoordigt.”
En hoewel ik Graaf Schaurig als hoogste schurk in het WSNOI-domein heb benoemd, is het toch niet Balthazar Roerling die de tweede plek in de schurken ranglijst inneemt. Al zou je dat nu wel misschien hebben verwacht. Die dubieuze eer hou ik liever nog even gereserveerd voor slechteriken zoals Magere Hein of discipelen waarmee ik Graaf Schaurig nog laat omringen. Desondanks moet Balthazar een door de wol geverfde schobbejak voorstellen die, door wat er in zijn leven is voorgevallen, van het brave burgerleventje niets meer moet hebben en alleen nog maar met liquideren bezig wil zijn. Balthazar is daarmee, binnen de verhalen uit de Tycoon Newspaper, voor mij de ideale prototype seriemoordenaar. Hij is een nietsontziende psychopaat die er alles aan zal doen om nog wraak te nemen op de persoon waarvan hij meent dat hij verantwoordelijk is voor de dood van zijn dochter Katelijn: Karel Riemelneel.
En wanneer je dit zo leest, zal je wellicht de link hebben gelegd naar mijn lijstje van schurken waarbij Batmans Joker wel degelijk bij mij op de tweede plek staat. Toegegeven, Balthazar toont zeer veel overeenkomsten met The Joker. Wanneer je onderstaande beschrijvingen doorleest dan ontdek je dat hij net zo geestesziek is, uiterlijk ook in de categorie ‘clown’ kan worden geplaatst en erg creatief blijkt in het creëren van Plaatsen Delict. Maar zo verknipt als The Joker stel ik mij Balthazar toch niet voor. Nee, bij mijn seriemoordernaar is absoluut serieus een steekje los, maar wat ik bij hem juist zo’n fijne eigenschap vind, is dat zijn besluiten en handelingen nog enigszins terug te voeren zijn naar wat hem heeft bewogen om tot zijn maatschappelijk verwerpelijke acties te komen. Om die reden vind ik Balthazar ‘menselijker’.
Iedere schurk heeft namelijk zo zijn of haar voorgeschiedenis, althans zo zie ik dat. Een schurk ben je meestal niet, dat word je. En dat probeer ik met Taco Roerling – want zo heet hij officieel – ook zo goed mogelijk op papier te zetten. Niemand zegt zomaar op enig moment “goh, laat ik nu eens even een badguy worden”, gewoon omdat ze er zin in hebben. Alleen Boris Boef antwoordde in de klas op de vraag wat hij later wilde worden dat hij zich bij ‘het hondsvot’ wilde aansluiten.
Laat ik even beginnen met Balthazars modelpersoon. En dan start ik vooral met de ‘schurkwording’ van dat karakter. Afgekeken van mijn favoriete personage uit de Amerikaanse televisieserie Once Upon A Time van ABC, zijn zowel Balthazars voorgeschiedenis als zijn uiterlijk immers sterk te herleiden naar hoe in die serie Rumplestiltskin de Dark One is geworden (alweer zo’n donker geval). Rumplestiltskin – of Repelsteeltje – was in eerste instantie een lafaard, maar besloot op enige dag om een slechterik te worden omwille van het welvaren van zijn leven met zijn zoon. Repelsteeltje was namelijk eerst een goede inborst, maar omdat hij zag dat hij arm bleef en daardoor in zijn eigen beleving niet goed genoeg voor zijn zoon kon zorgen, liet hij zich verleiden om tot een slechte daad te komen. Hij had namelijk iemand ontmoet die hem had voorgespiegeld dat hij onoverwinnelijke macht zou verkrijgen als hij een bepaalde bandiet zou ombrengen. Wat Repelsteeltje echter niet wist, was dat uitgerekend deze persoon die hem hierover informeerde het Kwaad zelf was en meteen ook de figuur moest voorstellen die Repelsteeltje moest vermoorden. De eerdere Dark One bleek zijn taak als een vloek te hebben ervaren en wilde daarom uit zijn lijden worden verlost. Maar dat ging alleen als iemand zo dapper was om hem te vermoorden en daarmee zelf de vloek zou gaan dragen. Repelsteeltje trapte in deze val die Dark One voor hem zette en werd daarmee de Dark One zelf.
Dat is een kleine synopsis van hoe Rumplestiltskin kunstig in de verhaallijn van Once Upon A Time werd gepast. En tijdens die metamorfose in dit duistere sprookjesverhaal zie je hoe dit ervoor zorgt dat zijn uiterlijk verandert naar precies zo’n persoon zoals hoe ik mij Balthazar ook voorstel: inktzwarte kraalogen, ongeschoren, een brede glimlach bovenop een slecht onderhouden gebit, het magere postuur van een harlekijn en een potsierlijke haviksneus. Ja, zelfs de goudgrijze glans waarmee Rumplestiltskin is opgemaakt zie je terug op het gezicht van mijn Balthazar. In ‘De rotte appel’ vergelijk ik dit met soldaten die uit het slachtveld zijn teruggekomen en de camouflagestrepen nog half uitgeveegd op het gelaat hebben staan. En ook hier heb je weer de verwijzing naar The Joker, wiens gezicht ook met een plakkaat verf wordt beklad iedere keer voordat de camera’s gaan draaien.
Later in Once Upon A Time zie je Repelsteeltje trouwens nog frequent als ene Mr. Gold terugkomen, waar hij juist het (verzorgde) uiterlijk heeft van mijn Balthazar vóórdat hij seriemoordenaar werd.
Een opeenstapeling…
Door een reeks van tegenvallers en traumatische ervaringen in zijn leven, waarbij keer op keer dierbaren van Balthazar als slachtoffers worden genoemd, is deze man het spoor volledig bijster geraakt en transformeert hij geleidelijk van Taco Balthazar Roerling in de psychopaat Balthazar. De laatste paar nare voorvallen die samen de toedracht vormen voor het rotte appel-verhaal bepalen het toneel en Karel Riemelneel en zijn team krijgen daarmee een zaak voorgeschoteld waarbij velen voor hun leven moeten vrezen.
Balthazar wil zijn woede en wraakgevoelens kwijt en projecteert dit uiteindelijk op Karel Riemelneel, de enige persoon met wie hij gaandeweg in de vertelling nog niet heeft kunnen afrekenen. Voordat het echter tot deze confrontatie met Karel komt heeft hij al flink wat dood en verderf gezaaid. Zijn oudere broer Roger is in ‘De rotte appel’ als eerste aan de beurt. Hij vermoord hem bij een in aanbouw zijnde dakconstructie waar hij hem er met een dakpan door het venster slaat van het dakkapel.
Er is veel aan vooraf gegaan voordat Taco Roerling tot deze gruwelijke actie komt en daarmee ook besluit het gezin van zijn broer om te brengen. De wrok jegens zijn oudere broer werd immers al vroeg tijdens eerdere gebeurtenissen opgebouwd. Vanuit zijn jeugd was de verstandhouding met zijn broer al snel niet echt geweldig doordat Taco een zogenaamd ‘sandwichkind’ is. Dit wil zeggen dat hij het tweede kind is en er na hem nog minimaal één ander kind geboren werd. In het gezin Roerling klopt dat, want in totaal telt dit gezin vier broers. Een sandwichkind geniet daarbij meestal minder aandacht van zijn ouders, wat dus komt door de chronologische ontwikkelingen binnen zo’n gezin. Karel legt het principe haarfijn uit wanneer hij met zijn personeel een borrel drinkt in de bedrijfskantine van het GCFI. Het komt erop neer dat er doorgaans meer liefde en mogelijkheden om zich te ontwikkelen gaan naar het eerste en het derde kind. In Taco’s geval wordt dit zelfs nog extra verstrekt aangezien er na hem twee keer een situatie ontstaan waarin het gezin een nieuwe benjamin kent. Taco raakt daardoor in het gezin eigenlijk ‘vergeten’ en krijgt daardoor te weinig aandacht.
Langzaam maar zeker wordt hij door de jaren heen vooral steeds jaloerser op zijn grotere broer en treden er nog meer ontwikkelingen op waardoor hij Roger vanzelf als de grote boeman gaat zien. Het verhaal gaat dat Balthazar zijn broer Roger verantwoordelijk houdt voor het feit dat hij zijn vrouw Petra voor de trein zou hebben geduwd. In ‘De rotte appel’ wordt dit nauwelijks echt in detail beschreven, maar Taco had eens met zijn vrouw Petra en broer Roger op een druk perron gestaan waarbij zijn vrouw verongelukte doordat ze voor een arriverende intercity op de rails was beland. Ze werd door de menigte van het perron werd gedrukt, maar door de opstelling van mensen op het perron leek het erop dat het juist zijn broer Roger was die haar duwde. Dit klopt ergens natuurlijk, omdat hij naast haar stond en zo met zijn gewicht tegen haar aan leunde, maar in wezen kon hem dit niet geheel worden aangerekend; het perron was gewoon overvol. Een dergelijk onfortuinlijke incident, hoe vervelend ook, kon in de enorme drukte nou eenmaal gebeuren. Over deze vrouw van Taco’s wordt verder niet veel in het verhaal verklapt, maar ze moet een prachtige vrouw voorstellen die door Taco in elk geval mooier worden gevonden dan de ‘zeug’ waarmee Roger was getrouwd. Vandaar dat Taco dacht dat Roger het niet kon hebben dat Taco het zo getroffen had met Petra, maar dit is enkel een beeld wat ik in zijn hoofd heb laten ontstaan om het gevoel van rivaliteit tussen die twee wat extra op te voeren. Dit gegeven is overigens niet helemaal toevallig, want tijdens de laatste verjaardag van Roger zouden de twee heren tevens een oude wond hebben open gereten aangaande hun gezamenlijke jeugdliefde Desire Eersteling.
Over deze vrouw komt verder ook niets meer terug in het verhaal, maar dat de vrouwen in het leven van de Roerlings een belangrijke rol spelen wordt wel duidelijk tijdens Lesley Spandabato’s ondervraging met Humfried Roerling. Hij meende namelijk dat hij wist wat het motief van deze jongste telg onder de Roerlings moest zijn geweest; van inspecteur Bob de Winter had hij begrepen dat Roger nog met Humfrieds vrouw Miranda van bil was gegaan voordat zij met hem het huwelijksbootje instapte. Humfried bleek later natuurlijk onterecht van de voorgevallen moorden te zijn beschuldigd, want in ‘De rotte appel – deel 2’ leren we dat Taco de boef is.
Al deze elementen bij elkaar maken onderhand wel duidelijk dat Taco in de loop der jaren flink wat haatgevoelens richting zijn broers heeft opgebouwd, Roger in het bijzonder. Uiteindelijk hoefde er dus nog maar één ding te gebeuren en Taco zou volledig door het lint gaan. In ‘De rotte appel – deel 2’ gebeurt dat dan ook en komen we erachter dat het de verkrachting en dood van zijn dochter Anika is dat hem over de rand heeft getild. Hierna verloor hij alle equiteit, zoals Karel het omschrijft, en begon hij aan de reeks van wandaden. Wie zijn dochter zou hebben verkracht en vermoord wordt in dat deel nog niet met zekerheid bevestigd, maar omdat hij sigaretten bij Anika’s ontzielde lichaam had gevonden maakte Taco direct de link naar Roger. Hij was immers de enige waarvan hij wist dat hij dit merk rookte. Op Rogers 46e verjaardag had zijn broer toevallig laten vallen waar Roger voor dakdekkersbedrijf Lekt ‘t een beetje met een grote klus bezig was waardoor hij ook wist waar hij hem moest gaan zoeken en waar hij met hem kon afrekenen.
Een extra katalysator om hem te bewegen hiertoe te komen was het feit dat Taco op dezelfde ochtend de zak had gekregen. Hij werkte als IT-specialist bij een energiebedrijf. Dit is niet echt een goede reden voor een moord, maar het zorgde er wel voor dat zijn manier van denken reeds was vertroebeld nog voordat hij zijn dochter vond.
Vlucht 46
Dan de gezamenlijke geschiedenis en confrontatie met Karel:
Naast (aard)appels, scouting, schaken en dakdekkers is er nog een ander opmerkelijk item wat herhaaldelijk in ‘De rotte appel’ terugkomt: het cijfer 46. En ik moet bekennen dat dit getal aanvankelijk letterlijk uit de lucht is komen vallen. Nadat ik eerder aan Taco’s schoenmaat het cijfer 46 verbond (“[…]Trots liet hij zijn Van Bommels zien, met bloemetjesmotief[…]”, verzon ik per ongeluk dat de familie Roerling op Sambeekse Korenveld 46 moest wonen. En toen ik later ontdekte dat ik Roger op zijn laatste verjaardag ook 46 had laten worden, bedacht ik mij dat dit wel een interessant sleutelgegeven in het verhaal kon zijn.
In een belangrijk onderdeel van het plot komt dit getal nog een keer terug wanneer wordt gerefereerd naar de geschiedenis die Balthazar samen met Karel Riemelneel deelt. Tien jaar eerder dan dat de gijzeling in “Scouting Admiraal Biezenhutter” plaatsvond, reisden Taco en Karel met hun gezinnen samen naar het Andes-gebergte. Onderling waren zij niet van ieders vakantieplannen op de hoogte en eigenlijk kenden zij elkaar tot op dat moment ook eigenlijk nog niet zo heel goed. Dat kwam pas tijdens hun ontmoeting op die vliegreis naar Zuid-Amerika. Taco en Karel bezochten wel al reeds langer en veel eerder dezelfde populaire stamkroeg de ‘Maten van Willekeur’. En daar hebben ze elkaar klaarblijkelijk al zelfs eens op een pilsje getrakteerd. Ook van de schietvereniging Banschoten konden ze elkaar hebben gekend. Maar daar hielden de eerste contacten wel mee op. Deze opzet heb ik bewust zo gekozen omdat ik graag wilde dat de heren onopzettelijk met elkaar te maken zouden krijgen, maar wel duidelijk wordt dat er van voorbestemming sprake is (voor wie dat nog niet van mij weet: ik geloof niet in toeval). Zo werden ze geleidelijk aan elkaar voorgesteld en bleef de connectie expres losjes totdat hun karakters voor het leven aan elkaar verbonden zouden raken door die vliegtuigcrash.
Nummer 46 is zodoende dus letterlijk als getal uit de lucht komen vallen doordat de Boeing die ze voor hun vakantievlucht namen van dat vluchtnummer was voorzien en ongelukkigerwijs uit de hemel stortte. Beide heren overleefden deze crash, maar moesten in een race tegen de klok nog wel hun dochters in veiligheid brengen. Het toestel was namelijk op de rand boven een ravijn tot stilstand gekomen en stond op het punt alsnog in de afgrond te stortte. En omdat die reddingspoging door het gekanteld zijn van het vliegtuig alleen door Karel kon worden uitgevoerd kon hij wel zijn eigen dochter Isabel redden, maar niet Katelijn, de dochter van Taco. Duidelijk is dat Balthazar hem dit nooit heeft kunnen vergeven en heeft Karel daarom altijd gehaat.
Hoe het precies zit waarom Karel wel Isabel uit het toestel heeft kunnen bevrijden en Katelijn niet zal ik in een ander hoofdstuk nog eens precies gaan beschrijven. Daarin zullen er ook meer achtergronden worden uitgewerkt over Karels eigen achtergronden en komt ook aan het licht waarom Balthazar van mening is waarom Karel Katelijn makkelijk in zijn reddingspoging had kunnen meenemen.
Easteregg: Toen Retroman de juiste suggestie deed voor het moordwapen waarmee Gert Jan (die ook schoenmaat 46 heeft) werd vermoord, deed hij dat op tijdstip 14:46. Dat heeft hij er vast om gedaan!
Een harlekijn in een beverpak
Pas in de rotte appel – deel 2 ontdekken we dus wie Balthazar Roerling is. Want in het eerste deel zijn we nog vooral bezig met de plaatsen delict in kaart te brengen en te speculeren wie de moorden gepleegd kan hebben. En het moge duidelijk zijn: van alle karakters uit het WSNOI-domein is het uiterlijk van Balthazar tot noch toe het meeste uitgewerkt. Geen ander personage is zo precies door mij opgetekend als hij.
Karel beschreef hem zelf, kort na de ontmaskering, als volgt:
“De medepassagier die mij toen zo keurig was overgekomen als een welverzorgde zakenman was nu getransformeerd in een verknipte zot met slordig uiterlijk. Niet alleen was ook Balthazar tien jaar ouder geworden, zijn halflange en nog altijd tot zijn schouders reikende bruine haren staken verwilderd alle kanten op, alsof iemand die een slag had in zijn haren ‘s ochtends zijn haar niet had gekamd. Het piekte alle kanten op. Ik kon me nauwelijks voorstellen dat dit alleen door het dragen van het masker was gekomen. Al zal de bevermuts ongetwijfeld een statisch effect hebben veroorzaakt. Hoe het ook zij, het droeg perfect bij aan het getaande duistere gelaat dat de plaats had ingenomen van de frisse blik uitstraling die het eens had gehad. Hoewel Balthazar Roerling een blanke man was, deed zijn huid bruingeel aan. Onwillekeurig moest ik daarom denken aan mannen in legeroutfits die van het slachtveld terugkwamen en de camouflagestrepen met de rug van hun handen uit het gezicht wreven. Geschoren had hij zich ook al enige dagen niet, zodat zijn stoppelbaardje door zijn huid stak als een ruw borstelig oppervlak dat dik in de verf was gezet.”
Balthazar is verder iemand die snel kan denken en waarbij je voortdurend op je qui-vive moet zijn om in een conversatie niet voorbij gepraat te worden. Hij gedraagt zich als een naar soort clown, een nar en tegelijk een vervelend verwend kind dat constant het bloed onder je nagels vandaan haalt. Balthazar was een verknipte geest geworden en blijkt de meeste criminele zonde al wel zo’n beetje op zijn naam te hebben staan. Ga maar na: meervoudige moord, verkrachting, gijzeling, brandstichting. Afijn, rijp voor het gesticht en goed voor een enkeltje naar het vagevuur.
Een paar andere opmerkelijke eigenschappen:
- Balthazar gebruikt een ouderwetse Walther PP. Ik heb veel onderzoek naar het geschikte wapen voor hem gedaan. Wist je trouwens dat de Walther PPK het trouwe vuurwapen is van James Bond?
- Hij noemt inspecteur Romeo Mazzei consequent ‘gozertje’, America Calista ‘bimbo’.
- Karel Riemelneel noemt hij steeds Kareltje, en slechts eenmaal gewoon Karel.
- Op schietvereniging Banschoten staat hij beter bekend als ‘Bally’. Daar vonden zij zijn tweede naam cooler dan zijn eerste. En het is om die reden dat hij later de naam Balthazar aanneemt.
- Zijn irritante lachje ‘Ni-hihihihi’ wordt ook door zijn modelpersoon Rumplestilskin veel gebezigd. Dus als je wilt weten hoe je hem moet imiteren dan adviseer ik je even naar Once Upon a Time te kijken.
- Zijn humeur kan omslaan als een blad aan een boom, waardoor je vaak een omslag ziet van overdreven joligheid naar bittere ernst. Deze eigenschap heb ik ook van The Joker afgekeken.
Dan nog een leuke:
De toen nog onbekende gijzelnemer deed Karel denken aan een figuur uit een videospel, alleen wist hij zo gauw niet wie exact. Het figuur waarnaar wordt gerefereerd is Waluigi, de tegenhanger van Luigi uit de Mario en Luigi-spellen. Het gegeven dat Karel even niet wist te herinneren om wie het ging heb ik bewust gedaan, niet alleen omdat ik het optreden van Waluigi irrelevant vind, maar eigenlijk om Retroman een beetje bij de les te houden. Retroman staat er namelijk om bekend dat hij veel van deze Nintendo-franchise weet. Dus ik hoop dat hij een beetje heeft opgelet tijdens het lezen van de VZD(!)
Verhaallijn(en)
Nieuw bij de portretten is dit onderdeel ‘Verhaallijn(en)’. Ik gebruik het voor mezelf om wat aantekeningen kwijt te kunnen om een startpunt te hebben waar ik met het TN/WSNOI-karakter naar toe wil. Als je helemaal nog geen idee wilt hebben wat ik voor deze figuren in petto heb en dat liever gewoon gaandeweg in het boek leest, dan adviseer ik je deze tekst over te slaan. Het kan plotspoilers bevatten.
Met Balthazar Roerling heb ik vooralsnog de volgende verhaallijnen voor ogen:
- Tijdens vlucht 46 zal hij voor de ramp in gesprek raken met Karel over het leven van de inspecteur. In dat gesprek zal voor een deel worden uitgelegd hoe Karel Riemelneel aan zijn bijnaam de ‘Vuurspuwende Zonsverduistering Detective’ komt.
- Balthazar zal nog een prominente rol gaan spelen in de ontknoping van het eerste VZD-boek, daar we er nog achter moeten komen hoe Anika is vermoord.
- In de toekomst zullen we nog enkele keren met hem te maken gaan krijgen in VZD’s of de nieuwe Lesley Lost ‘t Ops.
VZD-afleveringen waar Balthazar Roerling in voorkomt:
VZD (10): De rotte appel – deel 1
VZD (10): De rotte appel – deel 2
Het portret van de volgende keer: Agatha Loon op Toom
Verstuurd vanaf mijn i-Navelpad
This entry was posted on Thursday, January 16th, 2014 at 23:42 and is filed under Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI. You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can skip to the end and leave a response. Pinging is currently not allowed.
Eigenlijk heeft deze aartsschurk dus een tragisch leven gehad en ook nog een slechte jeugd. Een beetje advocaat heeft hem dus voor de meervoudige moorden zo naar een taakstrafje gekletst…
Robert Carlyle nog wel! Je weet ze wel uit te zoeken zeg. Once upon a time keek ik ook en ben ook erg gecharmeerd van zijn optreden. Het contrast met Mr.Gold is subliem. En nu ik weet dat je Balthazar ook zo ziet, begint het verhaal ineens veel echter te leven.
Klasse.
Wel vond ik dit portret wat minder lekker lezen en nogal een lap tekst. Mag ik dat zeggen? 😉
@Stoomkoker: natuurlijk mag je dat zeggen. Ik heb het zelf ook gemerkt. De laatste tijd kom ik veel minder aan aandachtig schrijven toe, waardoor ongemerkt toch de kwaliteit omlaag gaat vind ik. Over Balthazar moest ik veel vertellen, maar doordat ik dan een deel schrijf, herlees, weer herlees en dan weer twee of drie zinnen meer, dan komt het er toch wat hakkelig uit af en toe.
Robert Carlyle is inderdaad een super acteur. Het is niet voor niets dat hij zo in mijn hoofd is gaan zitten en zich tot Balthazar ontpopt heeft.
@BoB: het is haast alsof ik de BoBfather hoor spreken!
Durf er iemand al een schot voor de boeg te doen wie het modelpersoon is voor het volgende VZD-personage: Agatha Loon op Toom? 😉
Op het gevaar af om te worden overladen met HP-acteurs zou ik toch willen gaan voor Maggie Smith, de actrice die McGonnigle speelt.
Haha, nee, dat is inderdaad wel een factor waar ik probeer een beetje voor te waken (niet teveel dezelfde bronnen voor mijn modelpersonen te gebruiken). Maggie Smith is het niet. De modelpersoon voor Agatha Loon op Toom is meer dan 10 jaar jonger dan haar. 😛
Nog een gokje, iets aan de jonge kant dit keer: Kate Walsh, bekend van Grey’s Anatomy en Private Practice
Sodeju, dat is voor dit belegen VZD-personage toch wel wat erg aan de jonge kant hoor! 😀 Agatha’s modelpersonage is iets minder appetijtelijk en toch alweer bijna 20 j aar ouder dan haar.
(Afijn, nu is het alvast ook niet meer moeilijk om haar leeftijd te raden lijkt me)
Laatste poging dan: Hillary Clinton? Alhoewel ik die soms best nog wel appetijtelijk vind…
Lol, nee, zij is het toch ook niet hoor. 😆
Overigens, wat de leeftijd betreft klopt mijn aanwijzing met betrekking tot het modelpersoon. In de VZD is Agatha ongeveer 5 jaar jonger dan de modelpersoon nu is. En dat zal ze altijd blijven, want de personages worden niet echt ouder.
Wat betreft de appetijtelijkheid betreft ben ik het toch niet met je eens, hoor! Ik vind Meryl heel wat aantrekkelijker dan Kate. Zou dat door het leeftijdsverschil komen?
Nu heb je het vast over het leeftijdsverschil tussen jou en mij of niet? 😛 Hahaha!
Alhoewel, die Kate is toch ongeveer van jouw leeftijd… 😉
Dank je! Ze is 8 jaar jonger… 😆