image by Alice Chaos, edited by Gsorsnoi
De jonge vrouw was nooit zwanger geweest. Toch gaf ze hier geboorte aan een stel schepsels van het allerakeligste soort. Haar hele binnenste werd naar buiten toe opengetrokken door de jonge navelpaddden die hun levensvatbare fase hadden bereikt. Gekraak uit haar ruggengraat maakte duidelijk dat deze het begaf onder de geweldig krachten. Een ander naargeestige geluid groeide uit tot een luid kabaal. Het leek alsof iemand een grote mand met ratelslangen had omver geschopt waarop de angstwekkende reptielen waarschuwend hun staarten lieten ratelen. De gigantische massa duivelse wezentjes verspreidde zich als knikkers over de matten. Vele broertjes en zusjes lieten ze daarbij achter in de vormeloos geworden slierten dril achter hen. Ze rolden over elkaar heen en zochten naar hun balans, maar nog meer naar voedsel. In de buik van de Aziatische jongedame was er een heftige concurrentiestrijd gaande geweest om de laatste spaarzaam geworden levenssappen. Het was een lugubere strijd om de tepel geweest. Alleen zochten zij niet naar de moedermelk, maar naar de krachtige roem dat een mens in leven houdt. Nu zij er niet meer was, stortten ze zich op de enige bron van voedsel die hier rondliep: Retroman.
Zelfs de zombies weken uiteen bij het zien van deze onvoorstelbare grootmacht. Honderden, misschien wel duizenden uiterst huiveringwekkende griezels kropen gelijktijdig over zijn voeten en langs zijn broekspijpen omhoog. Allen waren zij onderweg naar dat ene plekje op zijn lijf dat zij zelf met hun geboorte niet hadden meegekregen, het enige litteken dat alle mensen hun levenlang met zich meedragen vanaf de eerste dag dat ze voet op Aarde hadden gezet en een achterblijfsel was van de verdroogde navelstreng.
Retroman bleef er stokstijf bij staan en wist niet wat hij moest doen. De angst verlamde hem, zodat hij een eventuele uitweg niet meer kon zien – als die er al was. Gelaten liet hij daarom datgene gebeuren waar hij al weken voor vreesde dat het een keer zou komen. Moesten er al navelpadden in zijn lijf kruipen, dan was hij er reeds langer van overtuigd dat het een buitengewoon slechte slurping zou gaan worden. Het zou in elk geval nooit één enkele pad zijn geweest die hem van het leven zou beroven. Zombificatie zat er voor hem dus niet in. Het was waarschijnlijker dat hij door een overdaad aan monsterachtige amfibieën zou worden overmand, hetgeen hij nu werkelijkheid zag worden. Een bizarre mengeling van emoties maakte zich van hem meester. Zijn zwaard hield hij haast instinctief nog in zijn handen geklemd, maar de rest van de spieren in zijn lijf begonnen zich langzaam te ontspannen. Als een patiënt die bang was voor de naald keek Retroman een andere kant uit zodra hij merkte dat de padden zijn heupen bereikten. Niet langer vechtend tegen de angst en tranen begon hij ook spontaan te lachen, overtuigd dat de dood nu gauw volgen zou. Aangezet door een misplaatste uiting van euforie klonk dat al snel als een maniakaal schaterlachen. Zijn tong begon droog aan te voelen en alles wat er om hem heen gebeurde, speelde zich af in slow motion.
Zijn benen waren rondom inmiddels volledig bevolkt met honderden kleine padden, niet groter dan de nagel van een volwassen pink. Wat zich afspeelde in minder dan drie seconden, leken voor dit slachtoffer langer te duren dan drie hele uren. Al deze minuscule gedrochten zochten in rap tempo naar de enige ingang die zij kenden in het menselijke lichaam waar zijn toegang toe konden verkrijgen. Je kon het vergelijken met een leger spermacellen die om het hardst bezig waren hun gezamenlijk doel te vinden. Met één interessant verschil: deze engerds waren wel in staat hun prooi te delen.
Had Retromans navel ogen gehad, dan had deze nu recht in de kijkers gestaard van de eerste jonge navelpad die al likkebaardend onder de kleding zijn gezicht liet zien. Een tandloze in een punt uitlopende muil opende zich met daar boven twee volledig emotieloze glazige oogjes, meer pupil dan iris. Niets leek de navelpadden nu nog in de weg te staan om korte metten te maken met Retroman, die mogelijk de laatste nog levende mens in Gohes City was.
Voedsel en voortplanting, voorplanting en voedsel. Dit was de plek waar die twee oerkrachten samenkwamen.
De Reuze Navelpad had voortdurend met respect tegen zijn nieuwe vriend opgekeken. De man die hij tot voor kort alleen als ninja kende, had al vóór het eerste moment dat ze elkaar hadden ontmoet niet alleen voor zijn eigen hachje gezorgd, maar had daarbij ook constant geloofd in de uiterst geringe kans om nog minstens één soortgenoot te vinden waarmee hij deze immense stad uit kon vluchten. Die hoop bleek tevergeefs. Al had hij wel een andere, zij het onwaarschijnlijke, bondgenoot gevonden die hem trouw aan zijn zijde stond. Maar de overmacht aan zombies en navelpadden op een toneel dat meer labyrint was dan metropool, kon nauwelijks een congruerende partij worden genoemd.
Retroman was vanaf het allereerste begin gedoemd geweest te sterven. De toorn van Graaf Schaurig had in het toekomstbeeld waarin de Reuze Navelpad zich bevond, zijn uitwerking gevonden. Nietsontziend had de duistere graaf middels zijn padden wraak genomen op… ja wat eigenlijk? Al wat de pad daarvan wist was dat ene Kornelis Oflook een rol moest hebben gehad in dit geheel. In Retromans herinneringen had hij de spottende blik gezien die de graaf met deze reporter had uitgewisseld. En de intensiteit van de helse bliksemschichten die daarbij vrij kwamen, waren hem niet ontgaan. De kompaan waarmee hij inmiddels in de afgelopen dagen lief en leed had gedeeld moest nu de prijs betalen voor een vete die niet de zijne was. Kornelis Oflook, schuldig aan dit kwaad of niet, had naar alle waarschijnlijkheid zelf ondertussen ook de dood gevonden. En met hem duizenden andere inwoners van de metropool die zo onderhand de grootste spookstad van de wereld was geworden.
Het was meer onrecht dan de pad verdragen kon. Het maakte hem intens kwaad. Een emotie, die hemzelf nog niet in die hoedanigheid was overkomen, overmande hem en maakte zich van hem meester. De kleine Reuze Navelpad balde zijn vuisten en hij raakte zichzelf kwijt op het moment dat een kettingreactie van chemische processen in zijn lijf was opgestart. Hij voelde hoe zijn lichaam verkrampte en gedwongen werd zichzelf voorover te buigen, omdat er een geweldig kracht in zijn buik was losgekomen die geleidelijk door de rest van zijn systeem trok. Met zijn pols drukte hij tegen het bovenste deel van zijn buik als automatische reactie op een opkomende misselijkheid. Zijn kuiten spanden zich aan zodat hij door zijn knieën boog. Hierdoor had hij een houding aangenomen waarop men gauw zou denken dat hij niet lekker was geworden en op het punt stond om te gaan overgeven. Maar dat gebeurde niet. In plaats daarvan werd de Reuze Navelpad gehuld in een grijze vettige rook die uit zijn vel opsteeg en langzaam in volume toenam. Hij bleef daaronder prima zichtbaar, omdat zijn huid plotseling begon te opgloeien. Een bruinoranje schijnsel prikte door de dampende lucht. Over zijn gehele lijf begon hij overmatig te transpireren. Zweet parelde er ook op zijn afgeplatte voorhoofd samen. Er vormde zich een uiterst ernstige gezichtsuitdrukking op het gelaat van de Reuze Navelpad. Boos was hij, furieus op de aaneenschakeling van iniquiteiten. Geërgerd staarde hij even naar de overblijfselen van de Aziatische jonge vrouw. Haar stoffelijk overschot was eigenlijk meer uitgekotste soep dan een karkas waar je nog enigszins een mens in zou herkennen. Haar oneervolle dood en de bedreiging waar Retroman voor stond, waren voor hem de spreekwoordelijke druppel geweest.
De explosie van zijn woede viel samen met het moment dat de eerste navelpadden nog bezig waren langs Retromans broekspijp omhoog te kruipen. En in diezelfde paar seconden dat dat gebeurde, zou de Reuze Navelpad zijn laatste en meest indrukwekkende eigenschappen gaan ontdekken. Het was een vermogen waarmee hij zich kon onderscheiden van alle slechte navelpadden. Schuivend over de tatamimatten spreidde hij zijn benen en kropte hij zichzelf nog verder in elkaar. De laatste milliseconden op zijn interne tijdbom tikten weg.
Plotsklaps nam hij een compleet andere houding aan en bracht een akelig keelgeluid voort. In één beweging rechtte hij zijn rug en stootte hij zijn armen wijd opzij. Zijn schouderbladen knikten daarbij naargeestig. Een uitbarsting van energie vrij kwam waarbij een schokgolf opgang werd gebracht die door alle aanwezigen in deze ruimte gevoeld kon worden. Een aantal minuscule navelpadden raakten daarop hun grip op Retroman kwijt en werden gewoonweg van zijn lijf geblazen. Opnieuw balde de nijdige pad zijn vuisten en bracht deze ditmaal boven zijn hoofd. Met een alles verdovende nieuwe oerwoudkreet verzorgde hij dat Retroman ook van de resterende navelpadden werd bevrijd alvorens weer ineen te duiken. Voorovergebogen zette hij de worsteling voort tegen zijn eigen immense krachten. De losgeschoten navelpadden weken allen uiteen. Tegen dergelijke grootmacht konden zij geen tegenstand bieden. Van de zombies was inmiddels al geen spoor meer.
Vervolgens vertroebelde de gedachten van de Reuze Navelpad en keek hij nog even voor een laatste keer naar zijn vriend. Deze zat rechts opzij van hem tegen de kast van mahoniehout en notenfineer. Ook hij was omver geblazen en was zo perplex dat hij geen woord meer kon uitbrengen. Gevangen door de blik van de pad verstijfde hij van angst. En zo aanschouwde hij hoe ineens de pupillen in zijn twee kralige ogen zag vervagen totdat ze uiteindelijk geheel verdwenen. Die blik hield de pad nog even vast voordat hij zichzelf helemaal zou verliezen, omdat hij voelde dat dit wel eens hun afscheid kon betekenen. Ten slotte keerde hij zich weer in zichzelf en onderging de grootste pijnen. Beroofd van zijn zinnen staarde hij in een nietsziende blik naar de matten, terwijl zijn lichaam begon op te zwellen. Spieren verstrakten zich en namen vlot in omvang toe. Als een snelgroeiende plant die nog vlugger groeide dan de meest levenslustige bamboe namen zijn armen en benen in lengte toe. Zijn eerder zo slanke ledematen kregen ineens een flink volume. Zijn vlees werd opgeblazen en zijn huid verkleurde naar een teint donkerder.
Langzaam vulde zijn lichaam de halve kamer waarop Retroman begreep dat hij in actie moest komen, wilde hij niet verdrukt raken. Hij perste zijn rug tegen de vensterbank en hield zijn buik in om hem de ruimte te geven uit te zetten. En daar realiseerde hij zich dat ze een probleem hadden. De groter wordend Navelpad bleef maar in omvang toenemen, zodat eerder vroeger dan later de ruimte voor hen te klein zou worden. Het lage pagodebed was al niet langer zichtbaar. En als de baby navelpadden niet de benen hadden genomen, dan zouden ze nu vrijwel zeker zijn geplet onder het lijf van zijn dikke vriend. De houten panelen waaruit de slaapruimte was samengesteld vielen onder zijn gewicht opzij. Retroman herkende wat er omviel door de klaterende klap waarmee ze in de gangen de matten raakten. Ook het heftig gekraak in de muren van de tempel was onmiskenbaar. Spoedig zou de pad door dit gehele bouwwerk breken. Daardoor zag Retroman zichzelf geen andere keuze geboden dan uit het raam te klimmen. In een wilde sprong dook hij over de rand van de vensterbank waarlangs hij eerder twee zombies naar beneden had gesmeten. Retroman werd gedwongen deze duik zo abrupt te moeten maken, omdat hij bemerkte dat de Reuze Navelpad hem er anders ruw met zijn been had uitgetrapt. Gelukkig vond hij nog houvast aan een geelkleurig ornament dat hij kon vastgrijpen in zijn val. Toen hij ernaar keek ontdekte hij dat het om een draak ging die op een horizontale rij sierpannen was bevestigd. Boven hem strekte de amfibische Alice zijn benen uit. Het gebouw kreunde en het gesteun van de muren deden de balken en de dakpannen in het tempeldak schudden. Met een donderend geraas werd de vloer van de tempel opengereten. Niet ver van waar de gewezen ninja hing, rukte de reusachtige Navelpad de muren uit elkaar, zodat de tempel in tweeën werd getrokken. Onder hen gebeurde datzelfde. Een diepe, brede spleet verscheen in het midden van de U-vormige tempelbasis, trok door het pleintje dat het omringde en reet ook daar het bouwwerk uiteen waar zij eerder samen hun zo strategische positie in hadden gevonden.
Vanuit de schaduw die het been van de Reuze Navelpad over hem had geworpen zag Retroman precies hoe de punt van dat dak verkruimelde en in een regen van dakpannen naar beneden stortte. Hij hield de enige hand die hij vrij had boven zijn hoofd en gebruikte het blad van het samuraizwaard om zich tegen het vallende puin te beschermen. Hoe zou dit in vredesnaam aflopen? vroeg de dappere strijder zich verdwaasd af. Een brok massieve dakpannen had hem op een haar na gemist en hij zag hoe een volgend brokstuk dat waarschijnlijk niet zou doen. Daarom zette hij zich met zijn benen af tegen de tempelwand en sprong vanuit zijn tijdelijke beschutting weg. Een andere keuze had hij simpelweg niet. In zijn sprong hoopte hij niet alleen dat hij ongeschonden door het puin zou geraken, maar ook dat hij zonder al te veel kleerscheuren houvast zou vinden aan de muur van het bouwwerk in het midden van de U-vorm. Daarbij leek het haast alsof hij in een monsterorkaan van de ene schipmast naar een andere moest springen. Overal om hem heen opende zich nieuwe spleten in de aarde en vielen bergen losse stenen door de open lucht.
De inktzwarte schaduw die uiteindelijk over zijn hoofd viel, leek daarom aan te kondigen dat het nu eindelijk met hem was gedaan. Hoe vaak was Retroman nu al door het oog van de naald gekropen? Wanhopig probeerde hij zijn ogen in al het gruis opengesperd te houden om eventueel nog te kunnen anticiperen. Maar het object dat tijdens zijn sprong over zijn hoofd kwam te hangen, was zo enorm dat het al het zicht ontnam op wat er verder om hem heen gebeurde. Doodsbenauwd gaf hij daarom toe aan het naderende onheil, sloot zijn ogen en verwelkomde de zee van rust waarin hij meende het hiernamaals te gaan vinden. Het kabaal van het vallende puin stierf weg en ook de muffe atmosfeer waarin hij zich al die tijd had begeven werd een stuk minder ijl. Dit moest de weg naar de hemel zijn, zo overtuigde hij zichzelf. En hij voelde ook hoe zijn lichaam opsteeg naar grotere hoogtes. Hij was niet langer bezig de sprong te maken van de ene naar de andere muur. Alles was donker, totdat op een goed moment een lichtbundel hem de roes uit zijn ogen wiste. Het was het zonlicht dat hem deed ontwaken uit zijn vrees. Retroman stond voorzichtig op en in plaats van voor de hemelpoort stond hij recht tegenover twee gigantische ogen. De reusachtige Reuze Navelpad had zijn hand opengevouwen met daarin de dappere kleine man, die hij eerder had onderschept tussen het vallende puin terwijl hij zelf in omvang groeide als Sjakie’s Bonenstaak. Zo hoog als een twintig verdiepingen tellende flatgebouw torende hij hoog boven de ten doden opgeschreven metropool uit. De Reuze Navelpad was nu met recht de Reuze Navelpad.
Wordt vervolgd.
This entry was posted on Thursday, March 22nd, 2012 at 12:02 and is filed under Astronomisch gedachtegoed, Duimzuigerij, Navelpad Mysterie, Nederlands, Reuze Navelpad. You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.
Bedankt voor de lift, Padzilla!
Ik begon me in de laatste paar hoofdstukken al af te vragen of Retroman nu echt de superheld in dit verhaal was! Maar gelukkig, hij is weer tot de juiste proporties teruggebracht… de enige echte held is de Reuze Navelpad – waar was dat ook weer een anagram van???
@BoB: je hebt wel een hoge pet op van onze ninjavriend! 😉
Neem vast van me aan, Retroman blijft toch echt een key-figuur in dit verhaal, zo sterk zelfs dat als ik even vooruit denk, dat ik me afvraag of ik het verhaal niet beter het ‘Retroman Mysterie’ had genoemd. Waarom dat zo is, zul je in de overige 51% van het boek lezen. We zitten nu bijna op de helft. 😛
Wanneer de Paddensaga tot een einde gebracht is, kun je misschien een verhaal gaan schrijven met BoB in de hoofdrol!
Wellicht kun je voortborduren op die kippenhe(me)l van ‘m. Ik zie jou zo al een hoofdstuk of zestig schrijven over BoB die, nadat hij gestikt is in een kippenbotje, terechtkomt in een door wraaklustige (doch goed gekruide) kippen bevolkt hiernamaals, waaruit hij alleen kan ontsnappen door zowel zijn brein als zijn eetlust te gebruiken!
Ik weet in elk geval een toepasselijke titel: ‘Winter In De Hel’.
@Retroman: je weet wel haarscherp mijn sterkste punten te benoemen! Dat moet een succesverhaal worden…. Ik ben alleen bang dat het pas zal worden geschreven ‘when Hell freezes over’! 😀
Geweldig! Nou, als ik nog eens een gaatje zie in de drukke schrijfagenda, dan zal ik er eens over nadenken. Ik kan van een lief en onschuldig dier als een gewone bruine pad een kwaadaardig monster maken… dan moet mij dat met ongevaarlijke kippenvleugels ook lukken! 😛
Eindelijk stijgen we naar grotere hoogten. 😛
Die Retroman en Navelpad hebben het er maar druk mee.