By retroman | December 29, 2010 - 8:47 am - Posted in Astronomisch gedachtegoed, Duimzuigerij, Nederlands

image by rachel46, edited by Gsorsnoi

‘Meneer,’ zei de barvrouw tegen Victor, ‘we gaan zo sluiten.’
Er kwam geen reactie.
‘Het is tijd om af te rekenen,’ probeerde ze, maar haar woorden leken niet door te dringen tot de sombere gedaante, die apathisch naar zijn halfvolle bierglas aan het staren was. Hierop haalde ze de rekening tevoorschijn en hield deze voor het desolate gezicht van het zielige hoopje mens dat tegenover haar zat.
De ineengedoken figuur, die de hele avond gevangen leek te zitten in zijn eigen gedachten en praktisch afgesloten was van de buitenwereld, leek langzaam maar zeker uit zijn roes te ontwaken. Het duurde even voordat hij merkte dat twee felblauwe ogen hem indringend aankeken.
‘Betalen graag.’
Lichtelijk verdwaasd deed Victor, die met zijn groezelige baard en versleten regenjas kon doorgaan voor een zwerver, een graai in zijn binnenzak. Vervolgens kletterden een paar munten op de toog, waarna de barvrouw begon met het verzamelen van de vele glazen die her en der rond haar benevelde klant verspreid stonden. De warrige nachtbraker kneep zijn ogen samen en probeerde zich te focussen op de letters van het naamplaatje, dat op de blouse van de barvrouw bevestigd was.
‘D…Donna,’ stamelde hij. Zijn stem klonk gammel en broos.
De barvrouw legde de glazen naast zich neer en keek haar gesprekspartner afwachtend aan.
‘Ik wil niet meer leven,’ vervolgde hij op haast fluisterende toon.
Een akelige stilte vulde het café. Na verloop van tijd werd deze vervangen door het ritmische getik van opdringerig tegen de ramen kletterende regendruppels. Boven de toog bungelde een oude lamp, die als een dwalende schijnwerper de twee figuren belichtte. De rest van het café was gehuld in duisternis.
‘Ik vrees dat ik u daar niet bij kan helpen,’ was uiteindelijk het emotieloze antwoord van Donna.
Victor slaakte een moedeloze zucht en pakte een sigaret van tafel. Even later dansten rookpluimen, in beweging gebracht door de zachtjes roterende bladen van een plafondventilator, sierlijk door de lege kroeg.
‘Roken kan de gezondheid ernstige schade toebrengen,’ zei de barvrouw plichtmatig, maar Victor schonk geen aandacht aan haar woorden.
‘Het enige wat mij op de been heeft gehouden,’ zei hij schor, ‘was de stille hoop dat ik ooit weer iemand zou tegenkomen.’
Zijn ogen waren troebel geworden. Met trillende vingers bracht hij de sigaret naar zijn lippen en nam een stevige haal.
‘Die droom heb ik inmiddels laten varen.’
Victor richtte zijn blik omlaag.
‘De pijn van eenzaamheid is ondraaglijk,’ kon hij nog net uitbrengen, alvorens een glimmende traan over zijn pokdalige, ingevallen gezicht rolde.
‘Heeft u misschien een aspirientje nodig?’ vroeg Donna beleefd. Haar ogen leken op zoeklichten, die tevergeefs naar een antwoord speurden in het mistroostige gelaat van haar klant.
‘Alles wat resteert’, sprak hij verder, de vraag van de barvrouw negerend, ‘is een leeg, zinloos bestaan.’ Om zijn woorden kracht bij te zetten drukte hij met een ferme beweging zijn sigaret plat in een asbak.
‘Het warme gevoel van een innige omhelzing is het enige waar ik nog naar verlang,’ zei Victor met breekbare stem. Hij plaatste zijn ellebogen op de bar en liet zijn hoofd verslagen in zijn handen vallen.
‘Ik vrees dat ik u daar niet bij kan helpen,’ antwoordde Donna.
Een ijzige stilte volgde, maar werd prompt verbroken door het geluid van een antieke klok, die vanuit een onverlichte hoek van de bar met een paar doffe slagen de tijd aangaf.
‘Ik moet u helaas verzoeken het café te verlaten,’ zei de barvrouw geroutineerd. ‘Bedankt voor uw komst en graag tot de volgende keer!’
Er verscheen een glimlach op haar glanzende, zilverkleurige gezicht, waarna zij plaats nam in een doorzichtige, kubusvormige cabine. Uit haar metalen achterhoofd schoten kabels die zich verbonden met een soort accu. Haar felblauwe ogen doofden.
Na een ogenblik verloren voor zich uitgestaard te hebben, stapte Victor langzaam van zijn kruk en strompelde naar de uitgang.

Victor dwaalde door de grauwe straten van de uitgestorven stad. Vol afkeer aanschouwde de sombere gestalte de eens zo majestueuze wolkenkrabbers, die gedegradeerd waren tot reusachtige graftomben. Het waren de troosteloze overblijfselen van een steriele beschaving die, haar grote welvaart en technologische vooruitgang ten spijt, niet voorbereid was op de vernietigende gevolgen van een simpel griepvirus.
Een angstaanjagend gevoel van verlatenheid bekroop Victor terwijl hij in de nacht verdween.

This entry was posted on Wednesday, December 29th, 2010 at 08:47 and is filed under Astronomisch gedachtegoed, Duimzuigerij, Nederlands. You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.

4 Comments

  1. December 30, 2010 @ 14:09


    Haha. Ik snap wel waarom die Gsornoi en Retroman elkaar zo goed kunnen vinden.

    Je hebt een bijzondere stijl van schrijven Retroman. Erg mooi.

    Posted by Sandra
  2. December 30, 2010 @ 14:35


    Dankjewel Sandra, leuk om te horen 🙂

    Posted by Retroman
  3. December 31, 2010 @ 16:53


    Dat ze nog bier hebben voor die gast!

    Posted by Paap
  4. January 1, 2011 @ 13:21


    ik zie dat de wetteloosheid heeft toegeslagen naar de vernietigende gevolgen van de griep, roken in een drankgelegenheid. Die rachel46, is dat de 46e vrouw van Andre Hazes ?

    Posted by de lachende waterlander

Leave a Comment

Please note: Comment moderation is enabled and may delay your comment. There is no need to resubmit your comment.