By gsorsnoi | June 15, 2013 - 1:56 pm - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by i-don, edited by Gsorsnoi

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. En voor de gelegenheid ditmaal ook eens een karakter die weliswaar geen verslaggever is, maar wel een belangrijke rol vervult in het domein van WSNOI. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Lesley Spandabato.

Functie: Bloedspatanalist bij het Gohes City Forensisch Instituut (GCFI).
Andere namen: Les.
Oorsprong naam: Zijn voor- en achternaam zijn samen een anagram van iets dat met zijn functie te maken heeft: bloedspatanalyse.
Modelpersoon: Jesse Tyler Ferguson.
Eerste oer-artikel: N.v.t.
Eerste online-artikel (waarin dit karakter voorkwam): VZD (5) SPECIAL: ‘The show must go on’
Uitspraken: “Dit is precies de reden waarom ze het tegenwoordig verplicht hebben gemaakt dat puntige tuinhekjes met bogen over de punten moeten worden uitgevoerd.” – uit ‘VZD (6): Verrassing!
& “Aargh! Op momenten zoals deze, haat ik mijn vak. Waar te beginnen?” – bij het aanschouwen van de inhoud van de bus van dakdekkersbedrijf Lekt ‘t een beetje uit VZD (10): De rotte appel –

Lesley was ZB 100,- waard

De eerste keer dat ik Lesley Spandabato op papier zette, had ik werkelijk nog geen idee waar ik met dit karakter naartoe wilde. Ik was net aan de VZD SPECIAL ‘The show must go on’ begonnen dat ik ineens een gedachteflits kreeg. Het leek me wel eens leuk om zoveel mogelijk figuren in dat verhaal – die stuk voor stuk verdachten bleken te zijn – een anagram te laten zijn van de personages zoals ze voorkwamen in de jaren ’40 zwartwit film ‘Lady of Burlesque’, waar toen deze VZD op gebaseerd was. Zo werd Dixie door mij omgetoverd tot Stacey, nam Leo Heischaam de plaats in van Biff Brannigan, et cetera. Het schrijven van alweer de 5e editie van de Vuurspugende zonsverduisting detective destijds (toen nog met een ‘g’ geschreven) was voor mij ook meteen weer een moment dat ik opnieuw een nieuwe collega van Karel Riemelneel wilde gaan introduceren. ‘Mijn mensen’, waarbij Karel refereert aan zijn medewerkers, klinkt op een goed moment toch wat te algemeen en afgezaagd, zodat ik al in de 4e aflevering ‘Triest bericht’ had besloten Koen Voet naar voren te schuiven. En omdat er in die aflevering een onderdeel inbraak aan de orde kwam, bedacht ik mij dat een gemiddeld forensisch team daar dan vaak ook aparte mensen voor in dienst heeft. Dus wilde ik ook dat Karel daar gespecialiseerde manschappen voor op zijn loonlijst heeft staan. Niet alleen kon ik, door de poppetjes een naam te geven, het verhaal lekkerder leesbaar maken, ik vond het voor mezelf ook prettiger schrijven doordat ik voortaan voor ieder probleem zo een personage van de plank kon trekken om dat specifieke onderdeel van de zaak mee op te lossen. Het duurde vervolgens niet lang of ik had die twee gedachten gecombineerd en kwam er daarom op uit dat ik bij het introduceren van een bloedspatanalist wilde dat deze persoon eveneens een anagram zou worden van zijn functie. Daarin slaagde ik overigens niet helemaal, want zoals bekend schrijf je Lesley met een ‘y’ en niet met een ‘i’ op het einde. Maar dat gaf niet, want met de verwijzing naar wat zo’n bloedspatanalist bezig houdt (bloedspatanalyse), was ik ook tevreden.

En zo geschiedde het dat Lesley Spandabato voor het eerst in de VZD werd opgepend toen ik aan de VZD SPECIAL ‘The show must go on’begon. Zijn naam klonk meteen goed en Karel had er eindelijk weer een maatje bij, alleen wat ik verder met zijn personage wilde gaan doen, wist ik nog even niet. Wat ergens zelfs wel jammer was, is dat ik vervolgens zo door het interessante script van die aflevering werd opgenomen, dat ik de kans liet liggen om iets te verzinnen zodat hij zijn specialisme gelijk kon toepassen. Waar hij in zijn eerste VZD mee bezig was, had in elk geval weinig met bloedspatten analyseren van doen. Karel gebruikte Lesley vooral als regelneef en liet hem een zestal man over een theater verdelen zodra de burlesqueshow ‘radio dies in war’ weer kon worden opgevoerd. Kort voor het arriveren van het rechercheteam was er namelijk een moord gepleegd op de hoofdrolspeelster zodat Lewi Wall, de eigenaar van theater ‘Ladies of Paranaque’, in allerijl een nieuwe dame moest regelen om haar plek in te nemen.
Halverwege het verhaal is Lesley wel meteen het oplettende recherchelid dat één van de medewerkers zo van de lijst met verdachten weet schrappen. Hij had namelijk opgemerkt dat hij de grimeur Rodin Goedde, die een stripclub met de dames wilde opzetten, nog in de zaal had zien zitten toen de volgende moord zich al voltrok; Hale Probehood, de dame die de rol van Stacey had ingenomen, werd direct na haar eerste optreden als Lolita op brute wijze om het leven gebracht. Dus zo had Lesley in elk geval al meteen bij zijn debuut een bijdrage kunnen leveren om weer een stap dichter bij de ontknoping te komen.
In de slotscène komt Lesley ook nog even voor, maar hij heeft daar geen rol van betekenis. Karel noemt vanuit het ik-perspectief in zijn vertelling alleen dat hij hem aan de overzijde van het podium ziet staan, terwijl toneelknecht Stan Haged als duveltje uit het doosje de gevreesde moordenaar blijkt te zijn en Rita Fautsovic te midden van het toneel met een elektrische kabel bedreigt.
Kort na de 80e comment bij dit onderzoek, waarin ik Retroman uiteindelijk feliciteerde met het oplossen van de VZD, gaf ik via een spel binnen het spel nog een troostprijsje weg door de spelers de anagram op te laten lossen waar Lesley’s naam blijkbaar uit bestaat. Met Lesley kon je zomaar ZB 100,- verdienen, ongeacht of je de detective nou had opgelost of niet. Dit prijzengeld is overigens nooit opgeëist. En daar moet ik nog steeds wel om lachen. Want niemand heeft blijkbaar de moeite willen nemen te noemen dat Lesley Spandabato de anagram zou moeten zijn van ‘bloedspatanalyse’. Uiteraard is het nu niet meer mogelijk die 100 sperziebonen te winnen, omdat bij het verklappen van de oplossing het hele spelelement inmiddels wel is komen te vervallen, maar voor de historie achter dit karakter is het wel een geinig feitje.

Egghead

Nadat ik had gerealiseerd dat ik eigenlijk nog te weinig met Lesley als nieuwbakken Tycoon Newspaper-personage had gedaan, besloot ik om hem in Verrassing!, de opvolgende VZD, in elk geval alvast een uiterlijke beschrijving mee te geven. Zo leerden we Lesley kennen als een rossig mannetje met een dito baardje en studentikoos brilletje. Toen had ik Lesley nog helemaal niet in mijn hoofd zitten als Jesse Tyler Ferguson, waar ik uiteindelijk op uit zou komen, maar dacht ik dat hij meer een oudere knar moest voorstellen, met een iets intelligenter voorkomen zoals Gary Sinise of Horatio Caine, beide uit de welbekende Amerikaanse misdaadserie CSI. Dat ik met Lesley toch uiteindelijk meer op de acteur uit Modern Family ben uitgekomen heeft meer te maken met het feit dat ik hem als een nerveuzige type wilde neerzetten, met wat homofiele trekjes. Niet per se onhandig of sullig, want met figuren zoals Tinus Icket, Reuze Navelpad, Joost Stunner en Karel Riemelneel kun je inmiddels al een kwartet ‘onbeholpen klungels’ beginnen, maar wel iemand die bij de minste ongemakkelijke situatie al meteen begint te hakkelen en een hoofd krijgt zo rood als een tomaat. Qua smoelwerken heb je dan al snel iemand als Jesse Tyler Ferguson te pakken. Verder is Lesley wel degelijk bijzonder intelligent en gaat hij wat mij betreft door als misschien wel de geleerdste van het hele stel bij het GCFI. Daarmee is het nog niet zo’n nerd als Loek, die ik veel later pas aan jullie heb voorgesteld in VZD (10): De rotte appel – , maar het is beslist een hele slimme vent die dankzij zijn uitzonderlijke kennis over bloedsporen heel snel de verbanden in een onderzoek kan leggen.

Het eerste onderzoek waarin je ziet dat hij daarin uitblinkt is in VZD (8): Eendjes voeren . Na Paaps suggestie dat slachtoffer Florens zou zijn gestikt in de hoeveelheid bloed, zien we hoe hij precies die route aflegt zoals de verongelukte Florens dat ook zou hebben gedaan. De alinea laat zich haast lezen als het volgen van een bloederig broodkruimelspoor, totdat ook hij tot de conclusie moet komen dat het niet anders met het slachtoffer had kunnen aflopen dan dat hij werd omgezet tot een nieuwe kleur vijverwater. Ik zie dan echt voor me, hoe hij daar als een Sherlock Holmes het pad afloopt en ieder detail in het park aan een grondig onderzoek onderwerpt. Wat ik er ook leuk aan vind, is dat hij daarin bloedsporen de revue laat passeren van uiteenlopende aard: discreet geloosd met speeksel vermengd bloed, de link naar hoe Lesley zich daarbij voorstelt dat Florens steeds een mond vol bloed moet hebben gehad, kleine spatjes bloed, kleine beetjes kwijl met rode stipjes erin, tot uiteindelijk het moment dat hij het moordwapen, voorgesteld door een gaasje tegen het bloeden, uit het water vist en daarmee de finale aanzet geeft voor Retroman om de zaak op te lossen.
Het stukje waarin dit is uitgeschreven, ben ik best trots op. Voor de gelegenheid heb ik het daarom hieronder bij dit portret geplakt. Het is de bloedspatanalist ten voeten uit.
Wat in dezelfde alinea ook genoemd wordt is dat Lesley reeds vijftien dienstjaren op de teller heeft staan en dat hij geen klein kereltje is, maar een lange man vergelijkbaar met Walter de Krom. Laatstgenoemde is toevallig een personage dat is gebaseerd op een werkelijk bestaand persoon, namelijk een vriend van Retroman en mijzelf, wat mij dan weer een indruk geeft hoe lang hij zou moeten wezen. Twee meter haalt Walter niet, maar Retroman is met mijn 1,70 langer dan mij en de echte Walter steekt daar nog ietsjes boven uit. Dus daarmee kun je gerust concluderen dat Lesley een gemiddeld lange darm is. Toch is er altijd een baas boven baas; Kornelis Oflook blijft hoe dan ook de langste figuur hier in Gohes City en is hij zelfs al eens vergeleken met Rubeus Hagrid uit Harry Potter. Op het gebied van intellect kan hij zich wel met hem meten. Beide zijn het niet de domste uit het rijk van WSNOI.

Bijzondere mentorrol

In een aflevering eerder komen zijn specialiteiten ook al even aan bod. Daarin wordt hij door Karel gevraagd om een bloedmonster te nemen van de gebroken zijruit van de gecrashte auto in het verhaal. De barst in de vorm van een rozet is vergeven van rode sporen, zodat Lesley hier opnieuw zijn kans schoon ziet om zijn tanden in het bloed te zetten. Hij is dan inderdaad de aangewezen persoon om bij zulke situaties in te schakelen. Het is ook om die reden dat ik bij het samenstellen van Karels team al heel snel voor een bloedspatanalist heb gekozen; bij negen van de tien zaken komen namelijk bloedsporen voor.
Toch duurde het nog even voordat ik Lesley op een echt grote klus kon zetten. In de tiende VZD doet hij inmiddels geregeld zijn optreden en belandt hij na een paar alinea’s al tot kniehoogte in de bloedplassen en moordwapens. We hebben het natuurlijk over het verhaal De rotte appel, dat uiteindelijk als, als het ervan komt, als hoofdstuk zal worden gebruikt in het eerste VZD boek. Helemaal aan het begin van deze aflevering wordt ook de nieuwe en beeldschone forensisch arts America Calista geïntroduceerd. Ze is van exotische (Trinidadiaanse) afkomst en valt meteen bij de mannelijke collega’s in de smaak. Uit de eerste conversatie die in dat verhaal tussen Koen en Lesley plaats vindt maken we op dat Lesley nog vrijgezel is. Geheel in lijn met hoe ik mij Les vooraf had voorgesteld reageert hij bij de eerste kennismaking al krampachtig op haar. Niet voor niets had ik voorzien dat hij America zou gaan begeleiden bij haar eerste zaak. Al meteen in de dienstauto onderweg naar het PD merk je dat er een vreemd sfeertje tussen die twee ontstaat en moeten we aanvankelijk concluderen dat Lesley niet man genoeg is om haar mentor te gaan spelen. Maar hij moet wel. Zo heeft Karel (lees: ikzelf) dat zo gewild. Tot hele gekunstelde situaties leidt dat gelukkig niet tussen die twee, maar het levert wel een aantal momenten op waarbij Lesley zich uiterst ongemakkelijk voelt. Want alhoewel America de air heeft van een kauwgom kauwende kat die je niet zonder handschoentjes moet aanpakken, buigt zij zich frequent in toevallige ‘werkhoudingen’ waardoor bij Lesley spontaan het zweet uitbreekt. Tot noch toe heeft dat alleen nog opgeleverd dat hij op een eerste rangs positie boven haar imposante voorgevel heeft gehangen, maar ik zal hem nog in genoeg situaties manoeuvreren waardoor ook zijn oren bij zijn haarkleur zullen passen.
Deze aparte kennismaking met haar begint aanvankelijk redelijk ordinair, maar ik heb me voorgenomen om er een verhaallijn tegenaan te schrijven waardoor je zal zien dat de verhouding tussen die twee steeds hechter wordt en het misschien zelfs wel oplevert dat Cupido zich met dit onwaarschijnlijke duo zal bemoeien. Of dat zo is en hoe dat verder in de boeken zal worden verwerkt, hou ik natuurlijk nog even voor mezelf. Maar het gaat in elk geval een grappige extra verhaallijn opleveren.

Verhaallijn(en)

Nieuw bij de portretten is dit onderdeel ‘Verhaallijn(en)’. Ik gebruik het voor mezelf om wat aantekeningen kwijt te kunnen om een startpunt te hebben waar ik met het TN/WSNOI-karakter naar toe wil. Als je helemaal nog geen idee wilt hebben wat ik voor deze figuren in petto heb en dat liever gewoon gaandeweg in het boek leest, dan adviseer ik je deze tekst over te slaan. Het kan plotspoilers bevatten.

Met Lesley Spandabato heb ik vooralsnog twee verhaallijnen voor ogen:
1. Lesley is de rechterhand en dus de steun en toeverlaat van Karel Riemelneel. Als hem iets overkomt, dan neemt Lesley GCFI voor hem waar. Deze situatie zal zich in de boeken tenminste twee keer voordoen. Zodra Karel Riemelneel wordt neergeschoten door Balthazar Roerling dan zal iemand tijdelijk het roer van het GCFI moeten overnemen. Lesley is de geschikte man hiervoor. Hoe lang hij deze verantwoordelijkheid moet dragen hou ik nog even geheim. Later in tenminste drie boeken verder valt er nog iets vervelends voor, waardoor Karel niet in staat is het team te leiden. Opnieuw zal Lesley het dan overnemen.
2. Zoals hierboven al is genoemd krijgt Lesley een oogje op de beeldschone America Calista. De nieuwbakken forensisch arts valt weliswaar bij zo goed als iedere bij het GCFI werkzame man in de smaak, Lesley heeft het voorrecht haar mentor te mogen zijn. Echter, omdat hun persoonlijkheden mijlenver uiteen liggen, valt het Lesley zwaar om een plekje in haar hart te winnen (hij is dus wel degelijk hetero). Ze is zo dichtbij en tegelijk zo onbereikbaar, althans zo ervaart hij het. Menigmaal zal het voorkomen dat hij in verlegenheid wordt gebracht door haar verbluffende aanwezigheid, maar komt het er ooit van dat er een echte relatie tot stand komt?
Deze verhaallijn is beslist niet de belangrijkste en zal in de boeken alleen maar af en toe worden aangestipt. Toch vind ik het wel vermakelijk. Zeker omdat ik weet hoe het zal aflopen. En wie dat wilt weten, zal alle boeken van de VZD moeten lezen.

– fragment uit VZD (8): Eendjes voeren :
“[…] Sporen. Ze hadden Lesley altijd al geboeid. Vijftien dienstjaren telde zijn carrière als bloedspatanalist nu en hij maakte nog dagelijks kennis met nieuwe relaties tussen verloren menselijk of dierlijk bloed met de wijze waarop dit kostbare vocht verloren werd. Op de route van de tandartspraktijk naar de vijver had hij diverse plassen bloed gevonden die door Florens discreet waren geloosd. Die bij de brug was zo veel mogelijk van de bloedsporen achtergelaten achter een vuilnisbak bij een bankje. Geen fijn gezicht, maar beter dan voor het bankje op de plaats waar iedereen liep. Even voorbij de onderdoorgang van de brug had nog een bankje gestaan. Daarop had Retroman de vrouw gesproken die haar voorbij was gelopen. Een paar bosjes die in het verlengde van die zitplaats stonden lag nog een plasje bloed. Allemaal uitgespuugd om er niet als een vissenkom vol bloed bij te hoeven lopen. Maar daarna hield de wijze waarop Florens zich van het vocht en de viezigheid in zijn mond had ontdaan op. Het veranderde, even voor de vijver, in kleinere spatten bloed. Alsof hij geslist had en zijn mond niet goed gesloten kon houden. Kleine beetjes kwijl met rode stipjes erin bevuilde daarmee het smalle pad langs de vijver. Lesley hield halt op die plaats. Achter hem was hij juist door een hoop groen gewandeld dat een tunnel vormde en als deurtje naar de vijverkant leidde. Rechts waren er alleen maar bomen en struiken en links waren de eendjes die vrolijk kwaakten en zich niets aantrokken van de linten ‘NIET BETREDEN – POLITIE’. Voor hem werd de vijver in de hoek gemarkeerd door een beuk die wat overhing, rechts daarvan, voorbij de bomen, een grasveld. Huub had daar gestaan met een man waarvan zijn vriendje niet mocht weten dat hij er mee optrok. Althans, dat is als je de verhalen mocht geloven. Lesley nam het al over het pad lopende allemaal in zich op en probeerde zich voor te stellen hoe het vrijdag moest zijn gegaan.
“Kwaak, kwaak!” klonk het naast hem. De eendjes meende dat Lesley er stond om ze te gaan voeren. Hij keek om en voelde plotseling iets tegen zijn hoofd tikken.
“Oei! Nu had ik mijn hoofd toch bijna tegen die overhangende tak gestoten!”
De tak viel weg in de schaduw zodat het een potentieel gevaar was voor lange mensen. Lange mensen zoals hijzelf, maar ook voor de fietsende Walter. Dus nu begreep hij waarom deze fietsliefhebber een rare beweging moest hebben gemaakt en Florens in het water kon duwen. Met de grote hoeveelheid bloed in zijn mond had hij zich misschien verslikt en was er in gestikt tijdens zijn poging om zichzelf boven water te houden.
“Maar hè, wat is dit?” sprak Lesley en boog door zijn knieën om iets uit het water te vissen. Hij stak één hand in een kunststof handschoen en raapte [AANWIJZING] een piepklein wit pakketje uit het water dat in het midden wat bloed vasthield. […]”

VZD-afleveringen waar Lesley Spandabato in voorkomt:

VZD (5) SPECIAL: ‘The show must go on’
VZD (6): Verrassing!
VZD (7): Red mij!
VZD (8): Eendjes voeren
VZD (10): De rotte appel –
VZD (10): De rotte appel – deel 2

Voorlopig gaan we even door met de VZD-portretten. Daarom is het portret van de volgende keer: Balthazar Roerling

Verstuurd vanaf mijn i-Navelpad

Toevoeging #1:

Tijdens het verhoor van Humfried Roerling komt heel duidelijk naar voren dat Lesley een neus heeft voor mannen die over hun seksuele geaardheid nog niet naar buiten hebben durven komen dat ze op mannen vallen. Hoewel Humfried is getrouwd, is hij wel homofiel. Lesley zelf is dat niet, ondanks dat vele hem wel zo zien door zijn uiterlijk en vrouwelijke kanten. Dit heb ik, behalve van modelpersoon Jesse Tyler Ferguson, ook van mijzelf afgekeken. Ik ben absoluut hetero, maar heb bijvoorbeeld lange wimpers, kleine handen en een zacht karakter. Het zijn deze kenmerken waarom men mij soms met een vrouw vergelijkt. In ‘De rotte appel’ vertel ik nog dat Lesley in het verleden met homofiele gedetineerden heeft gewerkt. Hoe dat precies zit ben ik verder niet op in gegaan.

Verder houdt Lesley ervan om aan het einde van de week een potje te biljarten met zijn collega’s in de bedrijfskantine van het GCFI.

By gsorsnoi | March 8, 2013 - 8:26 pm - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by De Wit36, edited by Gsorsnoi

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Bart Zweets.

Functie: Sportverslaggever.
Andere namen: Geen.
Oorsprong naam: Zijn voor en achternaam zijn een variatie op de naam van sportcommentator Mart Smeets. Daarnaast kende wij op badminton een vriend die Bart van zijn voornaam heet.
Modelpersoon: Mart Smeets.
Eerste oer-artikel: De Gégéëngédeïsche Spelen en de laatste troef. Dit verhaal was als grap bedoeld en is nooit voltooid.
Eerste online-artikel: Remí di Gregsorio op 3,8 kilometer voor de finish lek gereden. Officieel was de Gégéëngédeïsche Spelen eerder online, in een voorloper op de digitale versie van de Tycoon Newspaper.
Uitspraken: “Het lijkt wel alsof hij door een andere dimensie is gefietst.”

Gelegendheidsverslaggever

Bart Zweets is niet een verslaggever waar al veel over te vertellen valt. Met wel geteld één artikel op de digitale versie van de Tycoon Newspaper kun je gerust zeggen dat hij een ‘gelegenheidsverslaggever’ is en hier dus ook maar heel af en toe zijn gezicht laat zien. Dit komt vooral doordat ik, als zijn geestelijk vader, niet zoveel met sport heb. Niet dat ik helemaal niet aan sport doe of er op tv niet naar kijk, ik ben gewoon niet zo fanatiek als sommige andere mensen. En dat maakt ook dat het me dikwijls niet zo kan bekoren wat voor nieuws daarover te vermelden valt. Ieder zo z’n interesses zal ik maar zeggen. Sporten waar ik wel liefhebber van ben zijn wielrennen, de sierlijke Braziliaanse vechtsport capoeïra en badminton.
Ik zal een jaar of dertien zijn geweest toen ik begon aan die laatstgenoemde sport. Met een racket in mijn handen leerde ik Willem Kwak (medeoprichter van WSNOI), de Moraelridder en nog enkele andere vrienden kennen. Letterlijk zo. Met enkelen heb ik soms vandaag de dag nog steeds contact. Op badminton zat ook een hele lange knul, een keurige jongeman uit een net gezin en sprak overduidelijk ABN, althans zo gingen de geluiden. Zijn naam was Bart. Het zal je niet verbazen dat hij de eerste inspiratie vormde voor het karakter Bart Zweets, puur op basis van zijn voornaam en omdat ik hem ook een rol in de krant wilde geven. Al lijkt hij er zelf uiterlijk in de verste verte niet op. Toen de Tycoon Newspaper in z’n eerste vorm tot stand kwam zocht ik al passende figuren voor de verschillende katernen. Ik bedacht dat ik het wel leuk vond om hun namen te verbinden aan hun specialisaties zodat Tinus Icket, Rina Oddel, Karel Riemelneel en natuurlijk Achmed Liën als hoofdfiguren ontstonden. Maar tja, dan had ik eigenlijk niets voor een sportpagina. En dat terwijl het bedoeling was dat de Tycoon Newspaper initieel in het clubblad het Veertje zou verschijnen. Daar kreeg ik dan ook commentaar op. Er zat te weinig sport in (lees: badminton). Mijn geliefde krant verdween uit het blad van de vereniging en ik moest iets nieuws gaan zoeken. Had ik dus maar verslaggevers verzonnen die meer met badminton hadden of sport in het algemeen! Maar lang bleef ik daar niet rouwig om en besloot vervolgens om de Tycoon Newspaper zelf een eigen vorm te geven.
Er gingen jaren overheen voordat er een keer een moment kwam dat ik toch weer opzoek ging naar een sportief typetje voor mijn krant. Maar het ontbrak mij steeds aan de juiste inspiratie om met een echt leuk en treffend figuur op de proppen te komen. Dat was echter totdat ik bij de GGD ging werken, de Gemeentelijke gezondheidsdienst die tijdelijk zelfs even de GG & GD heeft geheten. De tweede ‘G’ stond daarbij ineens voor Geneeskundige zodat het voluit Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst werd genoemd. Ik werkte er in een team van datatypisten. Creatieve buien had ik samen met mijn collega’s Romeo, Janine en Walter te over. Onze humor werkte aanstekelijk en dat droeg erg bij aan de motivatie om de dag rond te maken. Niet dat de productiviteit ervan omhoog ging, maar daar maakte we ons eigenlijk niet zo druk om. We hadden lol, deden net alsof we hard werkten * kuch * en bedachten de gekste dingen om de verveling te verdrijven. Ik had de tijd van mij leven!
Op een goed moment kwamen we er ineens op om een variant op de Olympische Spelen te verzinnen. Het zal ongetwijfeld wel een jaar zijn geweest waarin dit fenomeen actueel was. We spraken er op onze fantasierijke manier wat over en kwamen daardoor als vanzelf op allerlei variaties op de namen uit de strip Asterix en Obelix. Ik zal die later wel eens publiceren. Dat is echt een hele lijst geworden. Maar uiteindelijk bracht mij dit er ook op om een verhaaltje te creëren voor één van de eerste Tycoon Newspaper-verhalen die ik digitaal wilde gaan uitgeven. En dat was hoe onze Bart (van badminton) ineens Bart Zweets werd, want tja, ik had toch iemand nodig die als sportverslaggever voor de Gégéëngédeïsche Spelen moest optreden.

Het nu volgende verhaaltje is nooit afgeschreven, maar dat is niet zo erg. Het was destijds als grap bedoeld en ik heb eigenlijk daarna nooit de behoefte gehad het verder af te maken. Ik bied het hier in z’n meest pure vorm aan zoals ik het uit het Tycoon Newspaper archief heb opgediept. Het verhaal zou moeten gaan over Walterix en Hubelix, al komen deze twee figuren in onderstaand stuk nog niet voor. In het echt is deze combinatie erg onwaarschijnlijk; Walter was namelijk een collega van ons en kon onze projectmanager Huub niet uitstaan. Dus waarom zouden die twee ineens Walterix en Hubelix gaan zijn? Het zal één van de redenen zijn geweest waarom ik hun belevenissen nooit verder heb uitgewerkt.

“De Gégéëngédeïsche Spelen en de laatste troef”

Zo’n 2000 jaar geleden was heel Wallië (zo heette Frankrijk toen) bezet door soldaten van Gsorius Caesar, de Komeinse veldheer. Héél Wallië? Nee, een kleine nederzetting bleef moedig weerstand bieden aan de overweldigers en maakte het leven van de Komeinen in de omringende legerplaatsen bepaald niet gemakkelijk…
Ons verhaal start in Kome, de hoofdstad van het Komeinse Rijk. Het is 48 v. Chr., Gsorius Caesar, heerser van het Komeinse Rijk heeft niet alleen heel Europa en een deel van het Middellandse Zee-gebied in handen, maar daarmee ook de Spelen. De tijd was aangebroken voor de 183e Gégéëngédeïsche Spelen. De laatste die Gsorius Caesar zou meemaken voordat hij 4 jaar later voor de volgende Bulympiade werd vermoord.
Al enige tijd zaten die Walliërs hem vreselijk dwars. Telkens weer trokken de Komeinen aan het kortste eind als het ging om het veroveren van dat enige kleine dorpje met die barbaren. Toch had Caesar naar verloop van tijd een zekere sympathie voor ze opgebouwd, maar liet dit uiteraard niet blijken aan de andere Komeinen. Er kwam al gauw een vergadering onder de hoge heren waar Gsorius Caesar mee in beraad ging.
“Ze hangen mij de keel uit! Ik heb genoeg van ze!” en zo smeet Caesar krachtig z’n Senseo koffiemok door de aula.
“Rustig, rustig o grote heerser,” trachtte een wethouder Caesar te kalmeren, “de Walliërs zijn krachtig en erg stug maar zeker geen onkrenkbaar volk. We moeten de strijd met ze aan blijven gaan. Het kan nooit zo wezen dat wij steeds maar lijdend moeten toezien hoe onze manschappen met legioenen verslagen van dat dorp terug waggelend naar Kome.”
Caesar keek met een rood hoofd naar de muur en fokte zich op. Geluisterd hebbend naar de zojuist door z’n wethouder gesproken woorden kwam het stoom hem al bijna uit de oren. Plots draaide hij zich om en greep de wethouder wild in zijn toga vast en tilde hem voor zich op.
“Kwade goden zijn het! Ik verwacht ze!” spoog Ceasar uit.
“Al jaren zijn wij bezig die Walliërs te verslaan. En steeds maar weer zijn ze ons te slim af. Of ze blijken gewoon te sterk. Het is alsof we door krachten van goden onder de voeten worden gelopen. Kwade goden! Wij als Komeinen zouden moeten heersen. Er mankeert niets aan de overweldigende troepen die we uitzenden. Ze zijn gewoon te magisch, te gevat. Het lijkt wel alsof ze niet van deze wereld komen”.
De wethouder was verbaasd met de onverwachte uitspraken waarmee Caesar hem had toegesproken. Hij had dan ook enkele seconden nodig wilde de wethouder tot zich laten doordringen wat de heerser hem zojuist had willen duidelijk maken.
“Maar grote heerser. Wilt u suggereren dat wij hier daadwerkelijk met goden te maken hebben?”
Even was het stil. Gsorius Caesars’ adem stokte. Langzaam en soepel liet hij het stof van de wethouders kledij uit z’n handen wegglippen. Caesar staarde voor zich uit en pas nu drong het ook tot hem door. Zouden de Komeinen op de proef gesteld worden door de goden? Het zou natuurlijk best zo kunnen zijn dat de Komeinen getest worden door krachten van hoger hand. Maar als dit nou werkelijk zo zou zijn, waarom dan door een miezerig ogend volk als die barbaarse Walliërs?”

Tourverslaving

Na deze flauwe introductie heeft Bart Zweets lang niets van zich laten horen. Net zoals Victor Anished was hij zomaar ineens verdwenen, zonder een duidelijk spoor achter te laten. De Tycoon Newspaper moest het daarom lang stellen zonder een sportverslaggever. Ondertussen verliet ik de GGD en ging in dienst bij Care4ict in Uitgeest. Maar vlak voordat ik dat deed werd ik bij mij oude werkgever aangestoken door het wielrenvirus. Mede door Walter(ix) en een andere ex-collega, die Jeroen heet, kwam ik in aanraking met een soort Tour de France-poultje. En dat zorgde ervoor dat mijn interesse in de nieuwsfeitjes in de sportwereld weer wat werd aangewakkerd. Inmiddels in dienst bij mijn nieuwe werkgever wist ik ook mijn nieuwe collega Bob over te halen mee te doen en gokten we er wat op los om het ideale peloton samen te stellen. De verslaving aan de Ronde van Frankrijk was een feit. Ik keek de tour, nam het op als ik het overdag niet kon zien en was zelfs bij de proloog toen de tour in 2010 in Rotterdam van start ging.
Het duurde uiteindelijk niet lang of ik had mijn eerste Tour de France-artikel te pakken. Op ons werk keek ik met een paar collega’s naar de tiende etappe van Pau naar Hautacam via een livestream op het internet. De rit was bijna afgelopen, maar ik wist dat ik het de finale daar niet zou kunnen zien. Dus ik moest snel naar huis om daar het slot te kunnen bekijken. En zo verbeelde ik mij dat ik zelf één van de renners was, klom op mijn stalen ros en sprintte snel naar IJmuiden. Onderweg kreeg ik de wildste fantasieën en zo kwam ik ineens op een artikel dat uiteindelijk Bart Zweets eerste artikel op de online versie van de Tycoon Newspaper zou worden.

Eén van de Maten van Willekeur

Bart Zweets is natuurlijk een woordspeling op sportcommentator Mart Smeets. Leuk daarbij is dat Zweets op zweten lijkt en dat een onvermijdelijk gevolg is van intensief sporten. Al kan ik mij niet voorstellen dat Mart dat bij het verslaan van de tour nog echt doet. Maar dat is een ander verhaal.
Met Bart heb ik nog wel plannen om zijn karakter verder uit te werken, maar op het moment kan ik zo gauw nog even niets concreets bedenken. Alhoewel er wel één ding is waar ik hem wel voor wil inzetten: ik zoek namelijk nog een barman voor het nieuwe te openen café de Maten van Willekeur…

Bekend werk van Bart Zweets:

Remí di Gregsorio op 3,8 kilometer voor de finish lek gereden

Portret van de volgende maand: Lesley Spandabato

By gsorsnoi | January 8, 2013 - 6:13 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by ragere, edited by Gsorsnoi

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Olga Sloot-Koers.

Functie: Verslaggeefster van economische perikelen/ economisch verslaggeefster.
Andere namen: Ollie.
Oorsprong naam: Haar voornaam is dezelfde als die van een ex-studiegenote van mij en heb die naam altijd bijzonder gevonden. Haar achternaam is een verbastering van het woord ‘slotkoers’.
Modelpersoon: Sabine Koning.
Eerste oer-artikel: Geen. Olga bestond pas sinds WSNOI een flinke metamorfose heeft ondergaan en zij later als nieuwe reporter aan de ‘verzameling stemmetjes’ werd toegevoegd.
Eerste online-artikel: Spelregels ‘De consistente cijfercode’.
Uitspraken: “Ik heb mij laten vertellen dat jullie belachelijk goeie patat verkopen.”

Wil de echte Olga opstaan?

Op een zekere avond waarop ik de slaap niet kon vatten, lag ik weer eens te fantaseren over hoe ik de Tycoon Newspaper verder kon verrijken met verse content. Een krant kan altijd beter. Want de lezer moet altijd het gevoel hebben iets nieuws te kunnen lezen en daar moet je soms drastisch het roer voor durven omgooien. Vernieuwende elementen worden toegevoegd, oude eruit en je hebt weer iets fris om naar te kijken. Zo bedacht ik mij, al starende naar het plafond, twee dingen 1) de Tycoon Newspaper had nog geen economische bijlage en 2) het aantal vrouwelijke reporters die ze telde was mijns inziens te weinig. Niet dat Rina Oddel haar mannetje niet zou staan tegenover de rest, het werd gewoon hoog tijd dat een dame het gezelschap zou verrijken. Nu word ik er vaker van beticht zo mijn vrouwelijke kanten te hebben, nou dan moest dat maar een keer een ‘stemmetje’ gaan opleveren van het andere geslacht.
Maar goed dan moesten we natuurlijk wel een naam voor haar hebben. Daar was ik snel uit. Olga zou het worden, vernoemd naar een ex-studiegenote aan de pedagogisch academie voor basisonderwijs (Pabo). Ik heb het altijd een mooie naam gevonden. De draagster ervan trouwens ook, zo iemand die je later nog eens terug zou kunnen zien in de televisieserie ‘Het mooiste meisje van de klas’. Dat wil zeggen, als ze met haar carrière iets uitzonderlijks zou bereiken waardoor de programmamaker er brood in zou zien. Niet dat ze op de PABO veel klasgenoten had om de harten sneller van te laten kloppen – het aantal jongemannen was destijds namelijk al erg dun bezaaid – duidelijk was wel dat ze dat effect op het andere geslacht had gehad in het voortgezet onderwijs. Zo bleek wel uit de verhalen. Ook mij was deze schone verschijning dus niet ontgaan. Een prachtige brunette met een volle glanzende bos haar die ze meestal tot net over haar ruime schouders droeg. Ze was iets voller in al haar vormen dan de meeste slanke dames, maar alles behalve dik. Het zal wel komen doordat haar armen de indruk gaven alsof ze er in de sportschool net genoeg aan had gedaan om krachtiger over te komen, zonder daarmee ook maar iets bij in te hoeven leveren van haar magnifieke figuur. De lijn om haar slanke taille destijds was zinnenprikkelend. Zo ook haar goedgevormde bilpartij die ze vaak in een lichtblauwe spijkerbroek had gestoken. Maar het meest betoverend aan haar heb ik altijd die donkere bruine ogen gevonden die je constant de indruk gaven dat ze lachte. Ze pasten perfect bij deze opgewekte jonge vrouw. Ik heb ‘Ollie’ dan ook gekend als een heerlijke spring-in-‘t-veld. Zo iemand waar je zelf in de omgang spontaan vrolijk van wordt, iemand die de mensen om haar heen met een natuurlijk enthousiasme aanspreekt van een dartel kind dat het bijna uitroept van blijdschap wanneer ze haar vader weer uit het werk ziet verschijnen.
Dus tja, ik had zo verliefd op haar kunnen worden. Maar dat gebeurde niet, simpelweg omdat ik mijn hart inmiddels al had weggegeven aan de vrouw van m’n leven: Jenny. Olga stapte wat dat betreft net te laat mijn leven binnen. Al moet ik hier eerlijk zijn en bekennen dat ik denk dat het nooit iets tussen ons zou zijn geworden, maar dat terzijde. Duidelijk moge zijn dat deze prachtige dame niet alleen met haar naam model heeft gestaan voor Olga Sloot-Koers. Ze heeft in mijn hoofd ook fysiek gestalte gegeven aan Tycoon Newspapers verslaggeefster van economische perikelen. En net dat leverde op dat ik het mezelf bijzonder moeilijk had gemaakt om hier boven dit artikel een plaatje te kunnen plakken van een persoon die iedereen, bij het openslaan van de Tycoon Newspaper, zou herkennen. Want Olga vragen (gesteld dat ik nog contact met haar zou kunnen krijgen) of ik even een pasfotootje van haar zou mogen gebruiken voor het model staan voor mijn hersenspinsel… dat leek me niet helemaal een gepaste zaak. Het mag dus ook een wonder heten dat ik toch uiteindelijk nog iemand heb kunnen bedenken waarvan gesteld mag worden dat ze uiterlijk ook maar iets in de buurt komt bij de Olga die heb gekend, zij het dat die dame wel ietsjes ouder is dan mijn ex-studiegenote: Sabine Koning. Heel erg is dat niet, de GTST-actrice voldoet eigenlijk zowel in leeftijd als uiterlijk prima aan het personage ‘Olga’ dat ik voor ogen had. Zij mag dan wel iets molliger zijn dan de Olga van de Pabo en een wat exotischere uitstraling hebben door haar etnische afkomst, zij is wel de natuurlijke schone die ik graag als modelpersoon zag voor onze nieuwe redactieaanwinst.

De consistente cijfercode

Spijtig is dan eigenlijk wel dat haar eerste artikelreeks niet helemaal lekker van de grond is gekomen. Ik zag het aanvankelijk nog helemaal niet zitten om met haar aan de artikelen te beginnen die van dat ‘economische’ tintje zouden worden voorzien. Daar had ik eenvoudigweg nog niet meteen een goed concept voor. Het verzinnen van iets waar een ander nog nooit op is gekomen heb ik altijd als hoofddoel van zowel WSNOI als de Tycoon Newspaper gezien. Dus als ik haar financiële verhaaltjes zou laten schrijven, dan moest dat wel iets afwijkends of absurd hebben. Wil ik weten hoe de markt erbij ligt of hoe de huidige koers zich verhoudt, dan koop ik wel één of ander handelsblad. Maar ik kwam er niet uit hoe ik, wat zij zou schrijven, in dat typische ‘tycoon’-stijltje kon onderdompelen. En toch moest het, want hoe kun je nu een webkrant voortbrengen dat is voortgekomen uit het gedachtegoed van magnaten zonder er een katern in op te nemen dat ‘tycoon’ uitstraalt?
Ten langen leste besloot ik dat ik het beoogde doel even liet rusten en voor Olga voorlopig maar even iets anders moest verzinnen. Ze verdween daarop van de ontwerptafel en ik sloot haar op in één van de kamertjes in die grijze massa van mij. Daar speelde ze enkele maanden voor Doornroosje, totdat ik tijdens opnieuw een slapeloze nacht ineens lag te mijmeren over een geheel ander TN-dilemma: het nieuw maandelijkse spel. Uniek aan de Tycoon Newspaper is dat er naast buitengewone verhalen, spetterende artikelen en een indrukwekkend arsenaal aan gevleugelde uitspraken ook ruimte werd gemaakt voor schrijfsels met een actief spelelement. De twee bekendste daarvan zijn de anagrammen, waarbij BoB de Winter steevast de ‘navels klopte’ en de geroemde Vuurspugende zonsverduistering detective, liefkozend ook wel de ‘VZD’ genoemd. Hoe boeiend die twee ook zijn en waren, er moest iets nieuws komen. De VZD gold als een ABR op de anagrammen – de term die BoB en ik inmiddels hanteren voor alle pogingen die ik onderneem om hem niet bij alle spellen bovenaan de ranglijsten te krijgen – maar ik hield het tijdtechnisch niet vol om de detective levend te houden. Zo kwam ik op een goed moment een keer op het idee om de lezers zelf te vragen wat zij een goed spel zouden vinden om mee door te gaan, wat resulteerde in De consistente cijfercode. Op het idee gebracht door TN-fan Sandra kristalliseerde er zich een spel in mijn hoofd waarvan ik meende dat het zich in ingenieuze zin kon meten aan de VZD en lezers zou moeten interesseren om zelf ook aan de Tycoon Newspaper te kunnen meeschrijven.
Extra jammer was het dus toen bleek dat dit spel, bestaande uit een kettingverhaal in Steampunk-stijl, gigantisch flopte. Of het nou kwam omdat het te veel tijd vroeg van de TN-lezers zelf of omdat de stijl van het verhaal niet aansloeg, dat het spelidee te ambitieus bleek was in elk geval wel duidelijk. Al met al kwam het er zelfs op uit dat ik haast meer tijd kwijt was aan het ‘coderen’ van de CC dan ik normaal kwijt was aan de VZD, zodat ik het zelf ook wel fijn vond dat het ophield.
Zuur was dat natuurlijk wel. Want met de komst van een nieuw verhaal, dat voor een groot deel door de lezers zelf geschreven moest worden, zag ik meteen kans om een aantal extra personages aan de Tycoon Newspaper toe te voegen. Zo was er het Hoofd van de Mysteriewetenschappen (Zydrych Zonderland), de Advocaat voor de Wetten van de Natuurkunde (Maxwell Blaylock) en Phineke de Zeppelinpilote. Stuk voor stuk figuren die in het Rijk van WSNOI zijn ingebracht om het steampunk gehalte van deze fantasiewereld nog beter uit de verf te laten komen. Vooralsnog zullen we het even zonder ze moeten stellen; ik heb ze in de verhaallijnen die nu in mijn hoofd zitten om in de komende tijd uitgewerkt te worden nog even niet opgenomen. Dat komt vast nog wel een keer.

Wally Sloot, Copper en Joost Stunner

Van drie andere karakters zal er waarschijnlijk al eerder iets op papier verschijnen: Wally Sloot, Copper en Joost Stunner. Laatstgenoemde kennen we al een tijdje, al is het een personage die op de TN wat onder het stof is komen te liggen. Eigenlijk kennen we deze diefachtige persoon dan ook niet van de Tycoon Newspaper, maar van de eerste versie van WSNOI. Daar huisde hij reeds rond als één van mijn alterego’s, zodat ik zelf middels deze schuilnaam ook kon deelnemen aan de door mij zelfbedachte spelelementen.
Met Olga zag ik een uitgelezen kans om Joost terug in de schijnwerpers te krijgen. Zo verzon ik dat Olga en hij een relatie zouden hebben gehad (goh, hoe zou ik toch op dat idee zijn gekomen?), eentje die niet lang stand had gehouden. Olga zei daar zelf in de spelregels van De consistente cijfercode het volgende over: “Joost Stunner – Is mijn ex-man. Hij is niet de vader van mijn zoon Wally Sloot en heeft ook nooit voor de Tycoon Newspaper geschreven.”
Over de biologische vader van Wally is niets bekend, wel dat hij een mechanische spin heeft als huisdier die hij Copper noemt. Hier stopt ook ieder stukje achtergrond dat ik op dit moment over deze familie vertellen kan, puur omdat ik de achtergronden en onderlinge relaties nog niet verder heb uitgewerkt. Over Joost Stunner kan ik nog wel verklappen dat hij een klungelige dief is die blunder na blunder begaat. Waarschijnlijk is Olga om die reden ook bij hem vandaan. Meer wil ik echter over hem nog niet loslaten, omdat er ter zijner tijd nog een apart portret voor hem wordt opgemaakt en mijn verwachting is, dat wanneer dat zover is, er ook meer over hem te vertellen valt.

Verkwistende vensterbanken.

Na even een tijd van de voorpagina te zijn verdwenen, dook Olga toch weer op. En nee, het was niet prins Joost Stunner die met gevaar voor eigen leven de krochten mijner hersenbrij heeft moeten afspeuren naar dat ene kamertje waar we ook het spinnenwiel aantreffen dat mijn hersenspinsels voortbrengt. Ik heb haar zelf een zoen gegeven en ingefluisterd: “Wakker worden lieve Olga, ik heb een artikelreeks voor je bedacht. Er is werk aan de winkel.”
Het slaap nog uit haar ogen wrijvend klom Olga dadelijk in de pen en beet zich vast in de eerste Verkwistende Vensterbanken. De algehele economische malaise waar Europa op dat moment onder gebukt ging, inspireerde mij om haar artikelen te laten schrijven die zogenaamd een verklaring moesten geven, waarom we het allemaal op het moment financieel zo slecht hebben. Geld wordt rijkelijk verkwist aan van alles en nog wat. Vandaar dat ik Olga op de uitkijk heb gezet. Met haar poezelige derrière zit nu iedere maand in haar vensterbank terwijl ze met een pen en bloknoot op schoot naar buiten tuurt en beschrijft hoe geld ongegeneerd over de balk wordt gesmeten.

Bekende werken van Olga Sloot-Koers:

Portret van de volgende maand: Bart Zweets

Verstuurd vanaf mijn i-Navelpad

By gsorsnoi | June 2, 2012 - 12:30 pm - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

Een portret van … Kerbert Rent

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Kerbert Rent.

Functie: Winkeleigenaar van Kerberts Dumpshop in rijk van WSNOI. Schrijft zo af en toe eens iets voor de Tycoon Newspaper.
Andere namen: Krent.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘K’ uit Kerbert vormen dat en zijn achternaam samen het woord ‘krent’. Uiteraard staat dit woord zijn gierige gedrag richting zijn klanten.
Modelpersoon: Feitelijk is Kerbert niet op een werkelijk bestaand persoon gebaseerd, maar komt hij voort uit één van de 3d-modellen van de software Daz3d. Om hem ‘in elkaar te zetten’ heb ik zelfs een monster-model moeten mixen met één van de prominente andere menselijke modellen Michael om tot zijn eigenaardige uiterlijk te komen. En toch heb ik niet zijn eigen tronie of één van de basisfiguren van Daz hierboven dit artikel geplaatst, maar een ander merkwaardig karakter dat een soortgelijke rol inneemt in het Wii-spelletje ‘Animal Crossing: Let’s go to the city’. Wasbeer Tom Nook is daar namelijk zo’n zelfde chagrijnige winkeleigenaar.
Eerste oer-artikel: Geen. Kerbert bestond pas sinds WSNOI een flinke metamorfose heeft ondergaan en hij daar later als winkeleigenaar bij werd geprogrammeerd, net zoals dat eigenlijk voor Stefanie Gotch is gegaan.
Eerste online-artikel: Gevonden Voorwerpen
Uitspraken: Kerbert Rent is op WSNOI de koning van de uitspraken. Verderop in dit artikel zal daar nog dieper op worden ingegaan. Maar één uitspraak springt er wel tussenuit en is hem echt op het lijf geschreven: “Ik ben echt niet gierig, mijn relatie met geld is enkelt innig.”

Vreemdeling uit Warwinkel.

“Bargoens? Zie ik er soms uit as een laaglanderd? Ik kom wel effies uit Warwinkel, een fatsoenlijk plaatsie naast Rommeldam. Ken d’r ook niks an doen dak dialec heb… Hm?” waren zijn woorden toen hij op één van zijn artikelen werd aangesproken op zijn manier van praten. Kerbert Rent is niet van hier. Hij is geboren en getogen Warwinkelaar en enkel naar Gohes City verhuisd doordat hem werd aangeboden hier een winkeltje te runnen met tweedehands spulletjes. Blijkbaar was de vorige eigenaar ermee gestopt, zodat Kerbert zijn kans schoon zag te vertrekken uit de stad waar hij het toch ook een beetje zat was geworden. Zijn verhaal doet denken aan dat van wasbeer Tom Nook uit het Nintendo spel ‘Animal Crossing: Let’s go to the city’ en ook wel een beetje aan dat van mezelf. Al heb ik dan geen winkeltje overgenomen, ik ben wel enige tijd geleden met mijn gezin verkast uit mijn geboorteplaats in de hoop hier groener gras te vinden. Op mijn vorige woonplaats was ik al lang en breed uitgekeken, zodat ik onbewust datzelfde gevoel aan Kerbert heb meegegeven toen ik hem bedacht. Aardig detail is dan wel dat bij ons om de hoek een kringloop winkeltje te vinden is dat ‘De Gein’ heet en tevens door een sikkeneurig oud mannetje wordt gerund, echt op hooguit 30 meter loopafstand van ons huis. De eerste keer dat ik hem zag en hoorde praten had ik direct door dat hij iets afwijkends had in zijn gedrag en manier van antwoorden geven. Vraag je hem naar een tweedehands artikel dat hij niet meer op voorraad heeft dan reageert hij geërgerd:
“Godverdomme! Nee, dat heb ik niet meer!” En daarmee heeft hij helemaal niet zo de bedoeling om je ermee aan te vallen, maar meer om zijn ongenoegen te uiten over het feit dat hij je niet van dienst kan zijn. Een raar uitgedrukt soort passie in zijn vak dus. Het valt moeilijk te duiden wat het precies met hem is, maar hij heeft iets ondefinieerbaars over zich waardoor ik ook haast ga denken dat hij niet van hier is. Al vermoed ik eerlijk gezegd dat het gewoon komt omdat de goede man in een hele andere tijd is opgevoed dan ik en wellicht een mentale tik ergens aan over heeft gehouden. Volgens mij is hij de huidige pensioenleeftijd ook al ruim gepaseerd. Verder is het eigenlijk best een vriendelijke vent. Je moet alleen even aan hem wennen als gesprekspartner.

Een belangrijk contrast dat wel meteen opvalt als ik die man met Kerbert Rent vergelijk is dat de eigenaar van De Gein juist erg gul is. Met andere woorden de man doet niet moeilijk over het trekken van zijn knip en het aantal biljetten dat hij daaruit naar voren tovert als jij juist degene bent die iets aan hem verkoopt. En dat is met Kerbert toch wel even een ander verhaal:
“Ik ben echt niet gierig, mijn relatie met geld is enkelt innig” is een niet mis te verstane uitspraak die precies duidt hoe hij tegen geld aan kijkt. Wanneer je op WSNOI zaken met hem doet, moet je er dus op zijn voorbereid dat je in eigenlijk nooit voordelig uit bent.

Laat me met rust.

Kerberts winkeltje was iets eerder beschikbaar op WSNOI dan het moment waarop we echt spullen bij hem konden kopen. Dat had er in praktische zin mee te maken dat je spulletjes die je op de site vond en niet meer nodig had, moest kunnen verpatsen. Verkopen kon je in eerste instantie dus al wel aan hem, maar het werd pas later mogelijk om te zien wat hij zelf op voorraad had. Tijdens deze rommelige start – waarin hij vast bezig was de janboel van aangeleverde spulletjes op orde te brengen – hield hij het meeste publiek buiten. Hij wil het niet toegeven, maar bij Kerbert beginnen de jaartjes inmiddels ook te tellen. Zelf omschrijft hij dit als het niet meer zo ‘horterend’ en ‘eggerig’ zijn van zijn botten.
Deze moet ik even uitleggen, zoals met veel van zijn teksten: ‘eggerig’ is geen bestaand woord en ‘horterend’ is afgeleid van ‘hortend’ wat synoniem is voor ‘haperend’. Dus zal hij wel bedoelen dat hij oude of versleten botten heeft, mogelijk omdat hij veel met zijn ‘habbekratsen’ en ‘beunhazerij’ moet slepen. Weer zoiets! Van een artikel dat goedkoop is geprijsd in verhouding tot de waarde die het eigenlijk heeft, zeggen we wel eens dat je het kunt kopen voor een habbekrats. Maar omdat hij naar zijn koopwaar refereert als habbekratsen, lijkt hij te willen zeggen dat zijn spullen erg voordelig zijn. Ja natuurlijk!

Het duurde dus even voordat hij zijn toko wilde presenteren aan het grote publiek. Dat had een lange aanloop nodig. En dat liet hij merken op zijn kenmerkende weinig zachtaardige wijze:
“De dumpshop toko opent pas later. Dus assie me lege handen kom verkopen dan gaat ge maar effe een ander lastig vallen.”
Toch bleef hij behulpzaam en wees je er wel op dat je bij ‘Gevonden Voorwerpen’ ook enkele spullen kon vinden. Op die pagina worden bij tijd en wijlen pakketjes of andere interessante zaken geplaatst wanneer inlogde gebruikers zelf naar pakketjes op zoek zijn op de site. Men verliest nog wel eens wat, zullen we maar zeggen.

Snijtfiguren en labbermensen.

Met Kerbert heb je aan een handleiding niet genoeg, een woordenboek om zijn taal te kunnen begrijpen zal ook zeker van pas komen. En dan het liefst eentje waarmee je ook gelijk synoniemen kunt opzoeken. Want het gros van de woorden die hij in zijn rare praat hanteert, zijn termen die we ook hadden kunnen begrijpen als hij er maar de meer gangbare varianten voor had gebruikt. Iedere taal heeft zo z’n eigen vaste regels en uiteraard heb ook ik die moeten toepassen om mij vast te kunnen houden aan de manier waarop hij praat. Anders had ik het overigens niet volgehouden om zo’n onzinnig taaltje staande te houden. Het spreken in synoniemen is één van zijn grote kunsten. Om die te verzamelen zoek ik een ander woord op voor iets dat ik in een zin wil gebruiken en kies ik de meest afwijkende of mooiste term eruit die ik voor het andere woord in de plaats kan zetten. Soms geef ik zelfs een andere draai aan de synoniemen om het zo opnieuw weer een beetje Kerbert-eigen te laten zijn (zie ‘welgemoeiig’ hieronder). De website synoniemen.net is hierbij mijn grootste vriend. Maar dat was hij ook al geworden bij het doen van mijn andere schrijfsels.

Een paar voorbeelden van zijn kletspraat in synoniemen:

  • Senang nu? Vort dan!
    ‘Senang’ kwam ik op de synoniemen-site tegen bij het zoeken naar een ander woord voor ‘tevreden’. Feitelijk zegt hij dus: “Ben je nou tevreden? Of je dan nu wilt ophoelen!” Ja het is een vriendelijk mannetje.
  • Voorlopig en tijdelijk provisioneel.
    Drie verschillende manieren om te zeggen ‘tijdelijk’.
  • Platvinken zijn even welkom als volle beurzen. (oftewel als je maar geld mee brengt)
    Dit is één van mijn favoriete uitspraken van hem. ‘Platvink’ is een andere benaming voor ‘portomonnee’. Het draait die krent echt alleen maar om geld. Dus of je niet met een lege knip bij hem aan wilt komen.
  • Povere handel dit.
    Zo’n slechte zin is dit eigenlijk nog niet. Feitelijk is het zelfs behoorlijk normaal Nederlands. ‘Pover’ is natuurlijk een ander woord voor zoiets als ‘armetierig’ of ‘karig’.
  • Ken je niet es welgemoeiig kijke?
    ‘Welgemoedig’ is synoniem aan ‘vrolijk’. Dus welk recht heeft hij om ons te vragen blij te kijken terwijl hij zelf altijd zo’n konterfeitsel of fieselemie opzet?

Ook het praten in Snooise leenwoorden is een typisch visitekaartje van hem. Mocht je eens op WSNOI zitten en je bent je ‘afbeeldsels’ zat, dan kun je deze aan hem verpatsen. En bij iedere keer dat je daar op de knop ‘Verkopen’ hebt geklikt, zal hij op zijn geheel eigen wijze een reactie geven die past bij de actie die je hebt uitgevoerd. Hij valt vaak in herhaling, dus je kunt zelf ook eens proberen. Eén van de antwoorden die hij geeft zodra je iets aan hem verkoopt is:
“Hier ken ik geen chocola van breien…Euh…”
Ja, … euh… inderdaad, waar hebben we dat eerder gelezen? Nou heel simpel: dit waren zondag 29 mei 2011 om 23:44 uur precies de woorden van Zombie toen hij reageerde op het verschijnen van Kerberts eerste artikel Gevonden Voorwerpen. Die vent is dus niet alleen een krent, maar ook nog een clandestiene opmerkingen jatmoos.
Hij is zelfs onze vingervlugge Retroman te snel af geweest. De volgende kreten zouden namelijk zomaar door hem geroepen kunnen zijn:

  • Spinazie!
  • Blergh
  • Tabee!

Of wat dichter bij koning Mopperpot zelf:

  • Kederrie
  • Kreep
  • Snurt
  • Hm? (Gesnopen?)

Moeilijk te geloven, ja?
Ook dat hebben we ergens eerder gehoord. Alleen is die uitspraak niet van een Snooier afkomstig, maar van niemand minder dan wasbeer Tom Nook. Bij zijn introductie in het Wii-spel ‘Animal Crossing: Let’s go to the city’ zei hij namelijk het volgende:
“…Well, actually, I was just thinking about the good old days, hm?
I know it seems that the world is my oyster, what with my fine shop…
But in my childhood, I lived the kind of life you couldn’t even imagine!
Yes, yes, but this was all some time ago, but this was all some time ago, before I moved to this town, hm?
Of course, I was born in our lovely <;Players Town Name>;, but I moved away for a time…
Yes, yes, the city years, I like to call them. I was a raccoon of action, hm?
The big city certainly had its charms…but it had its pitfalls, as well.
Indeed, I had to endure certain hardships that I’ve never spoken of, hm?
…Hard to believe, yes?”

Afijn, daarmee weten we nu ook dat onze Kerbert Rent eigenlijk welhaast volledig is afgekeken van Tom Nook.

Nu we tot dat inzicht zijn gekomen, maken we het rijtje toch nog maar even compleet. We sluiten af met nog een greep uit dat extraordinaire taaltje van hem:

  • Snijtfiguren en labbermensen
    Ik heb geen idee wie hij hiermee bedoeld.
  • Dat is reeds alweer en al enige tijd en poos geleden
    Kerbert heeft er een handje van om zinnen mooier te willen maken dan nodig. Goh, waar ik heb ik dat eerder gehoord?
  • Mijn sjop
    Hij praat soms zo plat, dat dit ten kosten gaat van de originele schrijfwijze van bepaalde woorden.
  • Jou foppen die snodaars nie
    Hier moet je zuinig op zijn: Kerbert in een complimenteuze bui.
  • Ach, met deze wijlen is iedere habbekrats welkom
    Oftewel: bij tijd en wijle is iedere kleine besteding welkom.
  • Hier in mijn tokootje kent ge van alles te heb krijgen, zolang je er maar harde stuiters voor neer mietert
    Het mooiste stukje in deze zin vind ik nog wel: ‘kent ge van alles te heb krijgen’. Op dit punt laat hij je nog even in de waan dat er iets is wat je gratis kunt hebben. Kerbert kennende weten wij wel beter.
  • Worden er nog diels gesloten of sta je daar me vloerbedekking te slijten?
    Kerbert is soms behoorlijk inconsequent met hoe hij woorden gebruikt. Het ene moment zegt hij ‘deals’ waar hij hier over het foutief naar het Nederlands overgenomen ‘diels’ heeft.
  • Dit is niet te dik, hm? Ik heb net mijn ingewanden gevoerd met geld.
    Zou hij net gegeten hebben?
  • ‘t Is toch weer een sperzieboon
    Toch weer iemand die zbersibarnen voor sperziebonen aanziet.

Bekende werken van Kerbert Rent:

Portret van de volgende maand: Olga Sloot-Koers, hm? Gesnopen?

Verstuurd vanaf mijn i-Navelpad

By gsorsnoi | February 24, 2012 - 8:38 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by TheDarth, edited by Gsorsnoi

Met Karel Riemelneel begint de Tycoon Newspaper aan een nieuwe reeks artikelen. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Graaf Schaurig.

Functie: Überschurk in rijk van WSNOI. Staat niet bij de Tycoon Newspaper op de loonlijst.
Andere namen: Ignatz Schaurig, ‘de (verschrikkelijke) graaf’.
Oorsprong naam: ‘Schaurig’ staat in het Duits voor ‘verschrikkelijk’ of ‘afschuwelijk’, vandaar ook zijn bijnaam ‘de verschikkelijke graaf’.
Modelpersoon: Darth Sidious (fictief personage uit Star Wars)
Eerste oer-artikel: Alhoewel niet zelf geschreven: De geladen geboorte (Onlangs ook gepubliceerd in de online versie van de Tycoon Newspaper).
Eerste online-artikel: Opnieuw niet één die hij zelf schreef, maar het eerste online artikel waar hij zelf in voorkwam was Navelpad Mysterie (5): Het zakhorloge.
Uitspraken: “Welterusten stad die zijt gedoemd. Sluit U beide ogen en slaapt lekker. Want één bliksemschicht is voor Frank Groot und Stein Klein die wekker…” uit De geladen geboorte

Lugubere avontuurtjes waren één grote grap.

Dat Graaf Schaurig op een hele eigenaardige manier in de wereld van WSNOI terecht is gekomen, mag duidelijk wezen. Je hoeft er het Portret van Kornelis Oflook maar op na te slaan en veel wordt duidelijk over de totstandkoming van dit gruwelijke personage. Kornelis schreef De lugubere avonturen van Graaf Schaurig die tot noch toe bestaat uit de vier hoofdstukken: De geladen geboorte, De pik-in-pas, De ondankbare waanzinnen en Het stralende ochtendhumeur. Daarvan is vooralsnog alleen het eerste hoofdstuk online gepubliceerd. Mocht het erop uitkomen dat de andere hoofdstukken ook opnieuw in de Tycoon Newspaper worden uitgebracht dan zullen deze naar alle waarschijnlijkheid eerst drastisch worden herschreven. De voornaamste reden daartoe, komt door het feit dat de verdere verhaallijn niet bijster serieus is aangezet en het veel flauwe verwijzingen bevat naar bestaande figuren of andere fictieve verzinsels. Zo wordt er in het tweede avontuur al meteen gesproken over burgemeester Gherman Brøt, die door de graaf voor flapkötel wordt uitgemaakt. Frank Groot en Stein Klein, die nog maar net op de operatietafel gecreëerd zijn, krijgen de opdracht om de dorpelingen van Brommeldam van hun bezittingen te beroven om vervolgens de burgemeester aan Graaf Schaurig uit te leveren (verderop in het verhaal blijkt Brommeldam ineens een stad te zijn, zodat de inwoners aanspreken met ‘dorpelingen’ niet helemaal juist lijkt te zijn). De twee nieuwbakken creaturen kijken elkaar daarop stomverbaasd aan en keren zich tegen hun schepper. Ze beroven hem daarbij van zijn PEN-pas (Pick en Nick-pas) en vluchten het slot uit om die ergens in het dorp/de stad zijn rekening te kunnen plunderen. Over het nodig zijn van een eventueel PEN-code wordt geen woord gerept. Onderweg naar buiten kiezen beide figuren hun eigen route. Stein Klein komt daarbij in een zaal uit waar hij een tafeltje aantreft met een doos bonbons erop. Verder zijn er in deze ruimte geen andere meubelen aanwezig en is de enige andere uitweg uit deze ruimte een piepklein deurtje dat niet hoger is dan de plint waarin het is aangebracht. Stein ziet dat er een tekst op het bonbondoosje staat en leest het hardop voor:
“Knibbel, knabbel, knuisje, knabbel aan deze bonbons en je wordt zo klein als een muisje”. Het laat zich raden wat er verder staat te gebeuren. Stein wordt na het eten van de lekkernijen zo mogelijk nog kleiner als dat hij reeds was en krijgt daarmee precies de grootte waarmee hij door het kleine deurtje zou passen. Aangekomen bij het deurtje begint het ineens zeurderig tegen hem te praten. Hij stelt zich voor als Dirk Eurwaarder en wijst Stein op de Zing-slot-sleutel die hij nodig zal hebben wanneer hij door het deurtje wil. En uiteraard, ligt die sleutel nog hoog boven Stein op het tafeltje waar hij eerder de bonbons van had gegeten. Verontwaardigd en in de hoek gezet begint de driftkikker in Stein te ontwaken en stort hij zich op het deurtje waarmee hij in gevecht raakt. Na het deurtje te hebben verbouwd tot een sigarenkistje treft hij tot zijn stomme verbazing aan de andere zijde van de deur Frank Groot aan. Niet begrijpend kijkt hij naar de reusachtige Frank op en vraagt hem hoe hij dat nou weer heeft geflikt. Frank verklaart zichzelf nader en vertelt hem dat hij Zeis Antigoon heeft ontmoet die hem in staat heeft gesteld om door muren te vliegen. De sukkel was zelf echter aan de andere zijde blijven hangen, omdat hij zijn wijnfles met een fles Baricardi had vervangen. En wie Suske en Wiske’s heeft gelezen weet natuurlijk dat Antigoon alleen met een wijnfles door muren kan vliegen (en dan moet het ook nog eens een fles wijn van een speciaal merk zijn).

Je zal inmiddels wel begrijpen dat ‘De lugubere avonturen van Graaf Schaurig’ nooit als een serieus verhaal zijn bedoeld. Het wordt alleen nog maar meer afgezaagd wanneer uit de volgende hoofdstukken blijkt wat de aanleiding is geweest Frank Groot en Stein Klein op Brommeldam (hoofdstad van Bromelia) af te sturen. Graaf Schaurig heeft eerder in de Tycoon Newspaper gelezen dat prinses Maximé Zorgvreter naar Bromelia zou komen. Zij is van Armentiniaanse afkomst en zal in Brommeldam trouwen met prins Wilhelm Booszhaard. Graaf Schaurig zelf valt natuurlijk ook als een blok voor deze betoverend mooie prinses en is vastberaden haar hart voor zich te winnen. Maar bij uitblijvend succes spreekt hij een vloek uit over de hoofdstad die daarop voor vijf jaren achtereen door noodweer wordt geteisterd. Niets anders dan regen, wind en onweer houden de stad jarenlang in hun greep. In de tussentijd creëert de graaf zijn eerder besproken schepsels die vervolgens als geboren kleptomanen en vernielzuchtige creaturen de ellende in Brommeldam alleen maar moeten vergroten.

Na het verklappen van de volledige synopsis van zijn tot noch toe geschreven lugubere avonturen snap je vast wel dat ik er nog niet eerder voor heb gekozen die andere drie hoofdstukken online te zetten. Mogelijk doe ik dat ooit alsnog, maar dan wel in een drastisch herwerkte versie.

Mijn slechte ‘ik’.

Om maar meteen met de deur in huis de vallen: ik ben eigenlijk helemaal niet zo’n lief mannetje als sommige mensen misschien wel denken. En laten we nou eerlijk zijn, we hebben allemaal wel zo onze minder fatsoenlijke facetten, of niet dan?
Gelukkig voor mijn omgeving komt mijn slechte kant vooral naar boven door het delen van mijn boosaardige meningen en ander duimgezuig via deze webkrant. Waar ik in het ‘echte leven’ geweldig mijn best doe om mij zo keurig mogelijk te presenteren, gaan op de Tycoon Newspaper alle remmen los. Wat niet uitsluit dat ik buiten mijn schrijvende hobby ook in het dagelijkse leven wel eens een steekje wil laten vallen. Hier op het web schrijf ik morbide verhalen over de meest gruwelijke monsters, vertel ik over de ziekste verwikkelingen in moordzaken en teken de meeste afstotende beschrijvingen op over hoe padden in navels kruipen. In het Navelpad Mysterie lees je onder andere hoe de hoofdpersoon brokken kots uit zijn ogen wrijft nadat een vrouw, die door de duivel bezeten lijkt, opzwelt tot een circusbal en geboorte geeft aan een volledig leger van duizenden kleine padden. En dat is dan alleen nog maar mijn ‘plastische kant’, een akelige zijde die ik overigens wel erg graag en vaak aan jullie wil laten zien.
Graaf Schaurig is in dat rijtje voor mij de belichaming van het kwaad zelf. Hij vertegenwoordigt mijn meest duistere kant en geeft daarbij uiting aan alle zieke fantasieën die een mens maar kan hebben. Weet wel dat ik mij in zijn zwartgalligheid nu en dan wel zo ver laat meeslepen dat ik het dikwijls laat gebeuren mijn eigen normen en waarden te overschrijden. Het begint met het zombificeren van bekende Nederlanders en andere enigszins roemvolle personen door gemuteerde padden in hun navels te laten kruipen, met het uitbraken van een huiveringwekkende stroom padden uit het lijf van een hoogzwangere Japanner zal het nog niet eindigen. Als ik er aanleiding toe zie om nog zwaardere moreel verwerpelijke elementen in te voegen in het Navelpad Mysterie dan zal ik niet schromen dat te doen.
Waar anderen hun donkerste schaduwzijde opzoeken in het spelen van oorlogspellen of ervoor kiezen hun boosaardigheden in praktijk te brengen, geef ik er de voorkeur aan om het slechtste in mijzelf van me af te schrijven. Als ik mijn agressie kwijt wil of wraak wil nemen op de wereld vanwege het eventuele leed wat mij is aangedaan, dan heb ik daar hier mijn plek voor gevonden. Dat is wel zo veilig voor mezelf, maar ook voor een ander. En ja, ik geniet er best van om machtig te zijn, veel geld te verdienen op een wijze die niet geheel correct is verkregen en te heersen over een rijk waarin eenieder naar mij heeft te luisteren. Niet voor niets heb ik mezelf de God van alle beschavingen gedoopt. Maar als ik mezelf hier dan zo zie zitten en mijn gedachten laat gaan over de uitvoerbaarheid en mijn motivatie om een dergelijke ambitie in praktijk te brengen dan word ik al moe als ik er aan denk. Bovendien kan ik schaamteloos zeggen dat ik daar een te goed mens voor ben. Dus ach, laat mij maar lekker omgeremd mijn gang gaan in dat zieke fantasiewereldje van me, dan heeft geen mens daar verder last van.

Als een oude jas…

Met Graaf Schaurig stap ik in de huid van een gestoorde alchemist. Hij is het type schurk dat perfect past in het plaatje wat men heeft van een stereotype wetenschapper met kwaadaardige bedoelingen. Lex Luthor, Dr. Doom, Red Skull, Krang, Professor Moriarty ja en zelfs Joachim Sickbock en Gargamel gingen hem voor. Stuk voor stuk zijn het verderfelijke creaties uit een ongetwijfeld al even duister brein dat hen heeft vereeuwigd als kwaadwillende geniën. Toch past die laboratorium jas Graaf Schaurig beter. Naar het beeld van Albert Einstein en Nicola Tesla is deze graaf een uitstekende kandidaat als krankzinnige geleerde. Bejaard is hij dan nog net niet (hij moet even oud worden geschat als Kornelis Oflook), met zijn slecht verzorgde uiterlijk, wit piekhaar dat alle kanten uit staat en Duitse tongval heeft hij enkel nog een bouwvallig slot nodig en een laboratorium waar hij zich naar hartenlust op zijn uiterst grimmige experimenten kan storten. Een betere vergelijking dan die met doktor Victor Frankenstein kun je haast niet trekken. Het behoeft geen uitleg waar je hier de overeenkomsten moet vinden. De verschillen zijn zo mogelijk nog interessanter. Ignatz Schaurig is een graaf. Vraag me niet hoe hij dat is geworden, daar heb ik vooralsnog geen zinnige theorie over, maar het is er wel eentje die kan vliegen doordat hij zich kan veranderen in een vleermuis. Goh, waar hebben we die eerder gehoord? Afijn en zo kom je vanzelf bij Graaf Dracula terecht. Nee, Graaf Schaurig zuigt dan nog net geen bloed. Hij haalt het alleen onder je nagels vandaan.

Kiezen voor donkere krachten

Tussen al dat schoelje missen we dan nog steeds één ultieme valsaard die het plaatje compleet moet maken. Hij is voor mij de grote inspiratiebron geweest om daarmee het meest goddeloze naar boven te krijgen in deze van oorsprong goedaardige Graaf Schaurig. Evenals met J.K.Rowlings Severus Sneep is ook onze graaf in zijn jeugd een brave borst geweest. Het zijn de gebeurtenissen die vanaf dat moment in zijn leven zijn gekomen die hem hebben gemaakt tot wat hij is vandaag. Hoe die historie zich precies verhoudt ga ik nu uiteraard nog niet verklappen, maar zeker is wel dat hij op bepaalde punten in zijn leven veel aan de verleiding heeft bloot gestaan om te kiezen voor het slechtste in zichzelf. Het is een prominent thema dat je terug ziet komen in de filmserie Star Wars. Anakin Skywalker heeft in die zin een vergelijkbare jeugd gehad. Dat wat tot hij na alle rampspoed die hem op zijn pad kwam de personificatie van de Dark Force zelf ontmoette. Het zal inmiddels niet meer verbazen dat Darth Sidious aka The Sith Lord model heeft gestaan voor het meest godvergeten karakter van WSNOI.

Uitgekotst door de maatschappij  woont Graaf Schaurig in een kasteel midden in een groezelig bos dat drie keer de omvang heeft van Central Park en wordt omarmd door de metropool Gohes City. Het wachten is op het moment dat zijn kwaadwillende brein zijn nieuwe wraakzuchtige plannen tentoonspreidt.

Graaf Schaurig kent geen eigen werken. Toch zijn er een aantal werken waarin zijn optreden prominent genoemd mag worden:

Daarnaast zijn er een aantal artikelen waarin hij slechts zijdelings even wordt aangehaald:

Portret van de volgende maand: Kerbert Rent.

By gsorsnoi | November 20, 2011 - 10:00 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen  even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Functie: Verslaggever van groezelige zaken.
Andere namen: Kor.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘K’ uit Kornelis, plus een extra ‘N’ vormen dat en zijn achternaam samen het woord ‘knoflook’.
Modelpersoon: Pete Posthlewaite.
Eerste oer-artikel: De lubugere avonturen van Graaf Schaurig – deel 1: De geladen geboorte (verschijnt eerdaags online op de Tycoon Newspaper) .
Eerste online-artikel: Smerig: Man met snor
Bijzonderheden: Schreef eerst geen artikelen, maar enkel het verhaal ‘De lugubure avonturen van Graaf Schaurig’. Meer dan 4 hoofdstukken zijn er destijds echter niet geschreven. Verder deelt hij een duister verleden met Graaf Schaurig waar Gohes City de prijs voor moet betalen (zie Navelpad Mysterie).
Uitspraken: Op hele typische uitspraken hebben we hem nog niet betrapt. Er zijn wel twee uitspraken die echt bij hem horen en een moment markeren in het verhaal het Navelpad Mysterie.
“Wie heeft deze gruwelen op Gohes City laten neerdalen? Zijn dat werkelijk padden?” – geeft duidelijk aan dat Kornelis op dat moment nog geen benul heeft wie er achter deze monsters zit. Een moment later weet hij dat wel en probeert Retroman duidelijk te maken dat Tinus niet meer te redden is.
“We kunnen echt niets meer voor hem doen knul.”

De groeispurt van Graaf Schaurig en Kornelis Oflook

Met Kornelis Oflook is het haast onmogelijk om over zijn oorsprong te praten en die van Graaf Schaurig ongenoemd te laten. De graaf en Kor zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, of ze dat nou leuk vinden of niet. Ze delen een geschiedenis samen die verder gaat dan alleen de motivatie van Graaf Schaurig om op Kornelis Oflook en Gohes City  wraak te nemen, zoals beschreven in het Navelpad Mysterie. Nog voordat Retroman mij inspireerde uit het anagram van mijn eigen naam (Reuze Navelpad red.) dit verhaal te schrijven, hadden zij reeds een geschiedenis met elkaar die terug gaat tot zo ongeveer de tweede zogenaamde ‘badminton’-editie van de Tycoon Newspaper. Destijds in 1999 had ik onze badmintoncoach aangegeven dat ik het wel leuk zou vinden als ik ook wat mocht schrijven voor het clubblad. Mijn interesse om ‘de beste te willen zijn’ voerde ik aan als argument om een katern op te eisen. Ben van Greunsven (zie Een portret van… Rina Oddel)  stemde hiermee in en zo verscheen de Tycoon Newspaper in ‘Het Veertje’. Wat hij alleen niet wist, was dat ik de badmintonverhalen een rijk magnaten-sausje zou meegeven die de smaak van de sport wellicht kon overheersen. Ik wilde niet alleen in badminton ‘de beste zijn’, maar de ambitie om te winnen in bordspellen nam ik er ook in mee. Om vervolgens schrijvende te kunnen blijven voor het clubblad, moest ik er natuurlijk alles aan doen om mijn dubbele agenda zo onopvallend mogelijk te houden. Zodoende schreef ik mijn verhalen rondom de andere clubleden met wie ik zelf wel eens een shuttletje had geslagen, zodat zij hierdoor automatisch vereeuwigd werden. Mocht je de twee Z-Files Groen Licht en Energiek 2000 in wel eens hebben gelezen, dan staan je ongetwijfeld de namen Michiel en Bart wel bij. Welnu, dat waren dus gewoon twee jonge knullen van onze badmintonclub die, zonder dat ze er enige invloed op uit hadden geoefend, de eer te beurt vielen tot karakters te worden gebombardeerd in de Tycoon Newspaper. Maar van alle badmintonners die op die prachtige manier per ongeluk in deze dynamische krant terecht kwamen, was Frank Groot nog wel de meest fortuinlijke. De rossige Frank, die dus inderdaad ‘Groot’ van achteren heet, bracht mij op een bijzondere inspiratie toen ik realiseerde hoe ik hem in de Tycoon News… euh pardon… het Veertje zou kunnen opnemen. En Frank bleek daarmee de sleutel te zijn, waardoor Graaf Schaurig en Kornelis Oflook – in die volgorde, gecreëerd werden.
Toen ik hem nog kende van Badminton Club Velsen was Frank helemaal niet zo groot. Het was eerder een kleine puber die nog zat te wachten op een gemiste groeispurt. Maar toen die er alsnog aankwam, toen ging het ook hard met die jongen. Niet dat ik daar nog veel van heb meegekregen, want ik heb Frank Groot na mijn vertrek bij BC Velsen niet echt veel meer gezien of gesproken. Toch was het mij niet ontgaan hoe hij in lengte heeft goed gemaakt wat hij daarin eerder te kort was gekomen. En wanneer ik hem dan later in de bus of op straat tegenkwam, dan lachte ik inwendig en moest ik terugdenken aan hoe ik op het absurde idee was gekomen om aan ‘De lubugure avonturen van Graaf Schaurig’ te beginnen. Want door uit de naam ‘Frank Groot’ een tegenpool te creëren, verzon ik een woordspeling op ‘Frankenstein’. Frank was Groot en Stein was Klein. En zo had ik mijn eigen eerste monsters gecreëerd die op twee operatietafels op hun schepper lagen te wachten, welke ik in feite natuurlijk zelf was.
In het begin van hoofdstuk 1, ‘De geladen geboorte’, liet ik een verschrikkelijk figuur een bouwvallig slot binnen vliegen waarmee Graaf Schaurig vanuit een dikke nevel zijn entree maakte in de gedaante van een vleermuis. Dus je kunt al raden op welk eerder bedacht personage de graaf gebaseerd moet zijn! Jawel, Graaf Schaurig is dus een eigen versie van Graaf Dracula. En zoals je wellicht bekend zal zijn, is deze duistere aristocraat niets anders dan een smerige vampier die graag zijn tanden zet in mooie jonge vrouwen. Maar zo gek als Dracula is op het zuigen van bloed uit zijn slachtoffers, zo’n afkeer heeft hij van het laatste belangrijke ingrediënt in dit verhaal. Je raadt het al, ik heb het natuurlijk over knoflook, het bolgewas met zijn doordringende smaak en geur. En zo komen we tot mijn beweegreden om Kornelis in de Tycoon Newspaper een plaats te geven. Ik was namelijk nog zoekende naar een krachtig pseudoniem die ik als schrijver onder ‘De lugubure verhalen van Graaf Schaurig’ kon zetten. Hiermee ontstond de protagonist Kornelis Oflook die de schurk van een Graaf Schaurig moest tegenwerken.

Wacht even… dus ik bedacht Frank Groot door de gelijknamige badmintonvriend, met Stein Klein als bijproduct, die op hun beurt weer in elkaar gezet zijn door Graaf Schaurig om vervolgens door Kornelis Oflook in verhaalvorm in de tweede badminton editie van de Tycoon Newspaper te worden opgepend. Dus wie heeft hier nu wie gefabriceerd?

Galbakkerij

Als je nu zou willen dan kun je hier een heel smerig verhaal van maken. In feite ging het ook zo verder. Niemand anders dan onze eigen Moraelridder, die van de hoed en de rand weet hoe zit met ethiek, kreeg op een verjaardag de immorele behoefte om ranzige recepten te gaan verzinnen. Zoals bijvoorbeeld een boterham met pindakaas, stroop en mosterd. Hij noemde ze zijn ‘Ranschbakken’. En geloof mij, dat was echt nog maar het begin. Het was zijn feestje, dus wie hield hem tegen? Ik in elk geval niet, want ondanks dat men mij wellicht kent als een fatsoenlijk man… ahum… heb ik soms ook zo mijn behoefte om even alle remmen los te gooien. Zeker in gezelschap van vrienden die je al jaren kent, neem je geen blad meer voor de mond. Onderwerpen die anders taboe zijn, werden uit het vat getrokken en ineens sprak je over schijten, likken en lekkere tieten. Het liefst niet in die combinatie!
Je begrijp het al, de toon in zo’n gesprek was dan al snel gezet. Even ontwapend als mijn vrienden, nam ik dan graag deel aan de conversatie en zorgde ik wel dat ik met een rake opmerkingen kwam. Op een goed moment durfde één van mijn vrienden zijn theorie ter berde te brengen hoe de pindasaus bij de plaatselijke Chinees werd gemaakt. Een obscene beschrijving volgde en ik was één en al oor. Inmiddels had ik mij namelijk bedacht waar ik met Kornelis Oflook naar toe wilde. Hij zou de Tycoon Newspaper gaan voorzien van de meest weerzinwekkende artikelen en ik gaf hem de ‘Galbakkerij’. Hiermee was het fundament gelegd waarop later de producten Smerig: Man met snor, Vliegende ratten en Choloreus op werden gebouwd. En dan heeft hij het op de publieke versie van deze webkrant toch nog behoorlijk beschaafd gehouden.

Een fragment uit ‘De Walgelijke Waarheid’ (het minst schunnige stukje):
[…] God zal mij het recht niet ontnemen vuur te spugen over hoe in sommige eetcafés, snackbars, eethuizen of restaurants het voedsel wordt bereid. Het vet droop uit je bakje uit als je een ‘patatje met’ had besteld, de schimmel puste uit de te grof gesneden augurkenschijfjes vandaan omdat ze er toch vanaf moesten en insecten zoals malariamuggen en tuinkevers werden moeiteloos en onbeschaamd meegefrituurd omdat ze toch de huur niet konden betalen. Een volle bittere smaak woelde er om mijn tong toen ik onbehouwen een dikke friet met pindaroom in mijn mond schoof. Had ik maar geweten hoe dit ranzige maaksel tot stand was gekomen, dan had ik bij deze Chinees nog niet eens mijn stoel durven aanschuiven. De laatste keer dat ik daar een patatje pinda bestelde was afgelopen zaterdagavond. Toen ik opnieuw de harde pitten uit de saus op mijn bordje in het geelgerookte bakje uitbraakte, kreeg ik de onbedwingbare drang uit te vinden wat de saus zo misselijkmakend smeuïg maakte. Ik besloot daarom om maar eens een kijkje achter de schermen te gaan nemen. Op een onbewaakt moment spurtte ik naar het bestelraampje achter de balie waar al deze verdrietelijk gerechten dit eethonk werden binnengeschoven en aan de slachtoffers werd uitgedeeld.
Wat ik daar aanschouwde overtrof al mijn evocatieve vermogens! Aan een lopende band stonden daar zeven Chinezen en een Nederlands meid met de benen gestrekt boven een lopende band. Aan het begin van de lopende band stond een overjarige geelhuid patatbakjes neer te leggen op een bruin geworden strook […].

Iedere hierna geschreven letter uit dit prille scabreuze schrijfwerk van Kornelis Oflook is wel zó revoltant en ordinair dat dit het daglicht niet langer verdragen kan. Ik weet daarom ook niet of ik het wel zo spijtig moet vinden, dat we zo’n meesterlijk rotte pennenvrucht niet weer hebben gezien op de Tycoon Newspaper. Maar wat niet is, kan misschien nog komen…

Zware rol in het Navelpad Mysterie

De Galbakkerij is één onderdeel van de Tycoon Newspaper waar we Kor van kennen, maar zijn optreden in het Navelpad Mysterie mogen we daar zeker niet bij vergeten. En opnieuw komen we Graaf Schaurig daar weer tegen. Het eerste fragment waarin hij het verhaal binnenstapt, staart hij samen met Retroman vanuit het atrium van de redactie over het eens zo rustige plein dat voor het kantoor van de Tycoon Newspaper ligt . Daar aanschouwen zij hoe de reuze navelpadden van Graaf Schaurig zich tegoed doen aan de hulpeloze inwoners van Gohes City door ze te transformeren in ondode wezens. Retroman merkt daar nog bij op:

“Nou, ik geef het je te doen om daar een verhaal op te schrijven,” en verwijst hiermee naar de horror waarin een klein meisje verkeert terwijl ze door een zombie wordt verorberd. Kornelis is, zoals je hierboven hebt kunnen lezen, helemaal niet vies van walgelijke vertelsels met plastische omschrijvingen, maar de rampspoed waarmee Gohes City die dag getroffen wordt is zelfs voor hem te veel.
Even later doen zij nog een poging om hun collega Tinus Icket te redden uit de klauwen van deze merkwaardige gedrochten. Tevergeefs. Tinus wordt roemloos verzwolgen. En terwijl die genadeloze ondergang zich voltrekt, kijkt Kornelis van zijn stervende collega op naar het boosaardige figuur dat dit alles op zijn geweten heeft. Een onzichtbare kracht houdt Kornelis’ aandacht op hem gevestigd en wisselt met hem een denkbeeldige bliksemflits uit die een oude vete lijkt te repeteren. Kornelis kent deze man duidelijk al veel langer en is allerminst op zijn gemak met het weerzien.
Gelukkig is dit slechts een toekomstig verleden waar Retroman en de Reuze Navelpad op terug kijken terwijl ze zelf in een tijd aanwezig zijn die nog moet komen en waarvan we mogen hopen dat deze door de personages in het Navelpad Mysterie nog eens teniet zal worden gedaan. Maar dit stukje maakt heel mooi duidelijk dat Kornelis Oflook en Graaf Schaurig een akelig verleden delen die ver terug gaat en grote zwerende wonden kent. Wat eraan vooraf is gegaan waardoor de graaf en Kornelis zo lijnrecht tegenover elkaar zijn komen te staan, blijft nog even een geheim. Zeker is wel dat de graaf zich zo gekrenkt heeft gevoeld door Kor en het uitgekotst zijn door de maatschappij dat hij koste wat kost wraak wil nemen op Kornelis Oflook en Gohes City.

De Grote Vriendelijke Reus

Het is heel zielig, maar Kornelis is ondanks zijn schrijfwerk dat magen doet omdraaien, eigenlijk gewoon een bijzonder aimabele man. Hij is altijd behulpzaam en een vriendelijke en rustige gesprekspartner. Toch wordt hij, in hetzelfde Navelpad-hoofdstuk waarin hij zijn collega Tinus verliest aan de zombies en padden, omschreven als iemand met een laag knuffelgehalte. Omdat Kor het door zijn waspoederallergie niet zo nauw neemt met zijn persoonlijke hygiëne en lijdt aan hyperhidrosis (overmatig transpireren), ruikt hij een uur in de wind en wordt je al misselijk als je je in dezelfde ruimte begeeft waarin hij staat. Daarnaast is hij met zijn lengte van 2 meter 36 weliswaar nog niet de langste man ter wereld, maar hij doet je behoorlijk nietig voelen als je naast hem staat. In de Oudheid zouden ze hem waarschijnlijk opzettelijk aan één oog hebben verminkt om hem te doen doorgaan aan als een verschrikkelijke cycloop. Echt dik is hij niet, maar met zijn armen als kolenschoppen en omvangrijke bouw, is het moeilijk om zijn verschijning te negeren.
Deze goedzak heeft lang geen gezicht gehad en is in mijn fantasie gewoon een grote vriendelijke reus gebleven die toevallig niet zo’n prettig odeur bij zich draagt. Dus om zijn portret hier compleet te krijgen, moest ik op zoek naar een bestaand figuur die zijn karikatuur het best zou benaderen. Om vervolgens niet gelijk weer in de fantasieserie Harry Potter uit te komen door Kornelis met de drieënhalve meter lange Hagrid te vergelijken, heb ik nog eens zitten mediteren op iemand die meer geschikt zou zijn.
Een hele serie spuuglelijke acteurs passeerde hierdoor onvermijdelijk de revue. Steve Buscemi, Ron Perlman, Phillip Seymour Hoffman, Richard Kiel en ja zelfs Mickey Rourke en Willem Dafoe, ze kwamen allemaal aan mij voorbij. En van geen van alle kon ik nou echt zeggen dat ik ze op mijn Kornelis Oflook vond lijken. De één maakte Kor onredelijk lelijk, de ander was de grof of te flamboyant. Van Kornelis Oflook wilde ik juist een ietwat introvert figuur maken. Maar uiteindelijk kwam ik toch een geschikte acteur tegen die welhaast een combinatie leek te zijn van al deze prachtige griezels. En zo werd Pete Posthlewaite het modelpersoon achter Kornelis Oflook.

Ander bekende werk van Kornelis Oflook:

Portret van de volgende maand: Graaf Schaurig.

By gsorsnoi | October 14, 2011 - 8:51 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

Een portret van … Rina Oddel

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen  even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Functie: Roddeljournaliste – riooljournaliste.
Andere namen: Rare Rina, roddeltante.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘R’ uit Rina vormen dat en haar achternaam samen het woord ‘roddel’.
Modelpersoon: Rita Skeeter, personage uit Harry Potter (actrice Miranda Richardson).
Eerste oer-artikel: Driewieler zorgt voor opschudding.
Eerste online-artikel: Wie een kuil graaf in de Heldense bossen
Dat mag de druk niet pretten werd eerder gepubliceerd, maar is ‘slechts’ een uitspraak.
Bijzonderheden: Lange tijd de enige vrouwelijke reporter op de Tycoon Newspaper geweest.
Uitspraken: Eigenlijk geen, maar zij verzamelt wel het gros van de gevleugelde uitspraken.

Tweede artikel (niet eerder online verschenen):

Millennium Ben
Nee, dit is geen reclame voor een mobile telefoonmaatschappij met een identiteitscrisis. Dit bericht gaat over niemand anders dan onze eigen badmintonvriend Ben. Ben van Gneursven… Greun… Greunsven… euh… Greunteven? Nou goed, je begrijpt wel wie er wordt bedoeld (Ben van Greunsven*). Die man schijnt namelijk de oorzaak te zijn van al onze millenniumproblemen. Wat is namelijk het geval? Onze Ben heeft met zijn bibliotheekpas ingebroken bij het Mikrosoft-concern. Samen met zijn grote vriend John Smith ( de vader van Jantje Smith) hebben zij wraak genomen op Bill Keets.
Bill Keets zou volgens Ben en Johan een virus hebben verspreid over hun computers, het zogenaamde Magnetica Melissa-virus. Dit virus heeft bij B. en J. hun hele systeem doen platleggen. Tenminste dat is het verhaal volgens Ben. Maar in werkelijkheid heeft Ben John ingehuurd om Keets dwars te zitten. Keets heeft Ben namelijk een keer goed ingemaakt met badminton. En aangezien Ben niet tegen z’n verlies kan (dat blijkt dan maar) liet hij de vader van Jantje Smith de vuile klusjes opknappen. Zo hebben zij in het Mikrosoftbedrijf de Millennium-bug geactiveerd. Alle computergestuurde systemen zullen dus in het aller eerste begin van het jaar 2000 op hol slaan. Dus dan wordt de tweede set gewonnen door Ben!

( * = onze zeer getalenteerde badmintoncoach. Beetje de Johan Cruijff van de badminton bij onze club )

De heerlijke roddeltante.

Opnieuw bespreken we een Tycoon Newspaper-medewerker van het eerste uur. Nou ja, bijna dan. Rina Oddel was er bij vanaf het tweede exemplaar, dat even ná de januari editie van 1999 verscheen. Daarin vertelt zij ons hoe een bestuurder in een driewieler meende te zijn ingehaald door een man in een Mini die zijn teddybeer wat van de omgeving liet zien. De driewieler raakte uit balans en veroorzaakte een kettingbotsing en een lange file. Dit eerste, nog niet echt roddelige, miniverhaaltje was natuurlijk gebaseerd op de belevenissen van acteur Rowan Atkinson als mister Bean. Mijn eigen broertje, die we hier op de Tycoon Newspaper wel kennen als DJ P and P, was overtuigd van zijn kunnen als perfecte mister Bean imitator, waardoor ik op het idee kwam om hem op deze manier in mijn krantje op te nemen.
Aan het aantal artikelen dat daarna in de papieren versie verscheen is het niet af te zien, maar als je naar haar latere productie van artikelen kijkt, dan mogen we wel concluderen dat ze met een klein tiental artikelen net iets meer geschreven heeft dan Karel Riemelneel. Nee, in hoeveelheid tekst zal zij hem niet overtreffen. Daarvoor zijn zijn detectiveverhalen te lijvig. Maar in het aantal schiet ze hem net voorbij. Wat voor beide reporters natuurlijk wel scheelt is dat zij ook alle uiterst korte artikelen voor hun rekening hebben genomen, Karel met zijn contaminaties en Rina met haar gevleugelde uitspraken. Echte artikelen kun je dat natuurlijk niet noemen, maar het geeft wel aan hoe actief ook zij in al die jaren op de Tycoon Newspaper is geweest.
In het allereerste begin viel dat overigens reuze mee. Millennium Ben, waarvan je het verhaal zojuist hebt kunnen lezen en het Swetsers Zakmes, waren naast het driewieler-verhaal eigenlijk de enige twee echte andere schrijfwerken die we van haar terug zien op de gedrukte versie. Maar toen de online-versie er kwam, ging het ineens wel erg rap.

Met de komst van de Gevleugelde Uitspraken had Rina de jackpot te pakken. En ik met haar. Het behoeft geen toelichting dat Rina is voorzien van een heuse ‘roddelradar’. Dit heerlijke neuzige typje voelt heel fijn aan wanneer er een nieuwtje in de lucht hangt. Haar antennes staan altijd op scherp en ze legt haar oor voortdurend op het juiste moment te luisteren. In de praktijk is het met mij niet anders. Je kunt daarom gemakkelijk stellen dat ik in feite zelf een beetje zo’n roddeltante ben in het dagelijks leven. Het enige wat er bij mij aan scheelt, is dat ik de praatjes niet tijdens theekransjes bij mijn vrienden of vriendinnen influister, maar het gewoon out in the open op de Tycoon Newspaper over het internet schreeuw. Het vergaren van deze roddelpraat gaat mij… ahum… Rina doorgaans in elk geval gemakkelijk af.
Enkele voorbeelden:

  • “Dat mag de druk niet pretten” – is de haast legendarische verspreking van vriend Doubleyou in zijn radioprogramma Take it or Leave it. Sorry, wàt zei jou nou? Tegenwoordig gebruikt hij diezelfde uitdrukking nog steeds, maar nu doet hij het er om.
  • “Ik ben ziek genoeg om weer te werken” – zegt BoB de Winter iedere keer weer wanneer hij van een ziekbed terugkomt op het werk. Op een goed moment was ik het zat, en vond dat ik zijn uitspraak maar eens moest vereeuwigen in dit wel gerespecteerde blad.
  • “De Koninklijke familie is erg aangeslagen” – een wel hele ongelukkige uitspraak van de organisator van de Koninginnedag festiviteiten toen er een aanslag werd gedaan op onze koningin.
  • “Das enkel cosmetica” – sprak een Belgische opleider een keer. Hij was naar ons werk ingevlogen voor een training en hanteerde deze uitspraak voor iedere onbenulligheid die enkel uiterlijk invloed had op de software. Rina zat bij die opleiding en smulde ervan.
  • “Zeer gelardeerde collega” – wat bestaat en correct is geschreven zal door een spellingscheck niet als fout worden gezien. Collega Peter merkte dit op tijdens het versturen van een mailtje naar een relatie. Tja, dat moet je net zeggen waar Rina bij zit!
  • “Ik moet van mijn vrouw een keuken willen” – spelletjesfreak BoB de Winter deed mee aan het tv-programma één tegen 100 en won. Driemaal raden wat hij onder andere van het prijzengeld kocht (moest kopen).
  • “Je horizon verleggen” – niet zozeer deze op zich al prachtige uitdrukking, maar vooral de uitleg die Johan V. hierbij gaf, was genoeg aanleiding voor Rina hier een gevleugelde uitspraak van te maken.
  • “Naakt uit de kleren gaan” – hier was het niet alleen de uitspraak die haar opviel tijdens een radio-uitzending met Giel Beelen, het plaatje waarmee het op de Tycoon Newspaper werd uitgebeeld scoorde ook hoog bij ons vaste publiek.
  • “Zombies hebben een hekel aan fastfood!” – deze is speciaal verzameld voor onze eigen Zombie. Rina houdt er ook wel van om reacties uit te lokken.
  • “Alle kleine ZBeetjes helpen” – ook Ace_de_Klown is niet vies van een woordspellinkje en rake uitspraken. Rina verzamelt ze wel.

Je merkt het al. Er is vrijwel niets dat onze Rina ontgaat aan interessante uitlatingen. En ze tekent ze allemaal op!

Robuust en onveranderlijk personage

Vanaf dag één al was het mij duidelijk waar het met Rina naar toe moest. Zij moest die blonde lady worden die, worstelend met haar gewicht en haar tuttige eigenaardigheden, graag de kwebbeltante uithangt en thee leut (als het maar ‘echt scharrelthee’ is natuurlijk). En dat is gelukt. Van haar vastomlijnde karakter is sindsdien ook niet meer afgeweken. En dat is wat mij zelf persoonlijk ook zo aantrekt aan Rina. Van geen enkele andere verslaggever was zo snel duidelijk wat voor typetje het moest zijn en hoe ze eruit moest komen te zien. Zij weerspiegelde dat deel van mijn karakter zo goed, dat ik er na de eerste schets al uit was dat ik er niets meer aan wilde veranderen. Toen Harry Potter and the Goblet of Fire in 2005 in de bioscopen verscheen wist ik het helemaal zeker. Het plaatje dat ik tot dan toe in mijn hoofd had gehad en mij een beeld moest geven hoe Rina er in het echt uit zou zien, werd ineens door Miranda Richardson belichaamt in haar rol als Rita Skeeter. Picture perfect! Niets meer aan doen. Waar alle andere trouwe fans de haast irritante Rita zagen, zag ik Rina. En ach, het is slechts één letter verschil, wat betreft haar voornaam dan. Ik had haar trouwens ook wel gepast in een film uit het jaar daarvoor. Eenzelfde rol als reporter had ze prima kunnen vervullen in Sky Captain and the World of Tomorrow – een echte steampunkfilm. Alleen had ze daar in dat script wat minder ruimte gehad voor de zogenaamde ‘yellow journalism’, riooljournalistiek. Maar ondanks de kleine mismatch die daarin optrad, vormde die gedachte bij mij hèt fundament om Gohes City op de gaan baseren. En Rita Skeeter was daarin eigenlijk de sleutel tussen die set en mijn Tycoon Newspaper verslaggevers, hoe merkwaardig ook. Ik kon namelijk al helemaal voor me zien hoe niet Polly Perkins (Gwyneth Paltrow) maar Rina Oddel door de straten van New York zou rennen terwijl Dr.Totenkopf’s gigantische robots door de straten marcheerden. Onbevreesd en met gevaar voor eigen leven stuntelt ze tussen de enorme stalen poten door, om net die ene alles beschrijvende foto te kunnen schieten waar het allemaal om te doen is.
Dit staat natuurlijk wel even helemaal los van mijn voorkeur om Gwyneth boven Miranda te prefereren als het op mijn smaak voor vrouwen aan komt, dat begrijp je natuurlijk wel!

Ontstaan van ‘Rara Rina’

Op een goed moment ontstonden de raadsels. Achmed had met de Reuze Navelpad zijn anagrammen en zij die de Tycoon Newspaper volgden, zwichtten trouw voor de opgaven die hij iedere maand weer publiceerde. En voor Karel Riemelneel met zijn opvolging kwam (de VZD), had Rina reeds haar raadseltjes geïntroduceerd. Ze trapte af met Wiskunje eten en zette de lezers aan het denken om simpele raadseltjes op te lossen. Dikwijls leidt dat tot hersenpijnigingen en het delen van interessante theorieën over wat die oplossing dan wel mag zijn.
De term achter de categorie Rara Rina heeft ook een oorsprong in het gezin waarin ik ben opgegroeid. Ik heb namelijk een klein splaakgeblek. Het uitspreken van de letter ‘R’ gaat mij iets minder af, waarvoor ik ook logopedie heb gehad. Mijn vader, pestkop dat hij was, zag er de humor wel van in en plaagde mij door mij te vragen na te spreken: “Rare Rina heeft een rare rimpel op haar rode reet.”
Tja, wat moet ik daar nog aan uitleggen? Waar hij het vandaan heeft weet ik niet, maar het heeft mij jarenlang achtervolgt… en doet het dus nu nog!

Allemaal ‘fijne’ weetjes

Rina is perfect. Zij komt erg dicht bij de werkelijkheid en is op de Tycoon Newspaper inmiddels wel uitgegroeid tot misschien wel het meest gerespecteerde typetje. Ze zwetst heerlijk en doet me daardoor ook wel een beetje aan mijn eigen zusje denken. Want die kan er ook wat van! Mensen hier kennen haar wel als de Blackhearted Goddess.
Lange tijd was Rina Oddel de enige vrouwelijke reporter. En ik denk dat dit er ook mede toe heeft bijgedragen dat er door haar lezers zo zuinig met haar is omgesprongen. Constant heeft zij tussen de heren haar mannetje gestaan en werd daar ook in gesterkt door de vrouwelijke lezers. Maar vooral het roddelen is haar grootste kracht geworden. En dat moest natuurlijk ook wel. Het geeft haar haar bestaansrecht en door allemaal fijne weetjes te verzamelen en te verspreiden is ze wat ze is en laat zij zich niets wijs maken.

En laten we nou eerlijk zijn: houden we er niet allemaal wel van om roddels te lezen, en dan met name roddels over mensen uit je directe omgeving?

Rina, we houden van je. En ik daarmee een beetje van mezelf, dat mag je best weten.

Ander bekende werk van Rina Oddel:

Hou je vast, want dat zijn er nogal wat!

Portret van de volgende maand: Kornelis Oflook.

Pst! Wisten jullie dat Rina Oddel ook ooit eens een uiterst seksistisch artikel heeft geschreven dat ‘Kaarsdrecht’ heet? Het gaat over het gelijknamige plaatsje dat als nieuwe plaats werd ontdekt nabij Caalcutta, onder Murokkoo. Je begrijpt wel, Rina schaamt zich een beetje voor dit artikel en als je het erover hebt dat wordt haar gezicht zo rood als een tomaat!

By gsorsnoi | September 15, 2011 - 7:39 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by derk-I, edited by Gsorsnoi

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen  even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Functie: Meteorologisch verslaggever.
Andere namen: Willy.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘W’ uit Wilburt vormen dat en zijn achternaam samen het woord ‘weerman’.
Modelpersonen: Nederlands conferencier, komiek, imitator en stemartiest Frans van Dusschoten, maar natuurlijk vooral bekend als aangever van André van Duin.
Eerste oer-artikel: Het weer (niet eerder online gepubliceerd).
Origineel artikel staat hieronder.
Eerste online-artikel: Het weer: tijd om je kajak te bouwen
Bijzonderheden: Altijd even humeurig als het weer, maar lacht zelfs als hij niet lacht.
Uitspraken: Typische woordspelingen die met het weer te maken hebben zoals Wanneer het weer weerbarstig wordt barst bij mij de verkoudheid los” uit Vandaag is mijn groene dag.

Het weer.
Veel bevolking en van tijd tot tijd wisselkoersen. Later van het noorden uit vertraging. Middagtemperatuur omstreeks 9 o€ en in het uiterste noorden nog wat transitogoederen. In  de sporthallen mogen nog wat depressies verwachten wanneer Bart tegen Ben heeft gespeeld.

Het meest besproken onderwerp

Het is een terugkerend fenomeen waar iedereen ter wereld dagelijks wel mee te maken heeft. Het dwingt je er je reis op te plannen en het bepaalt het succes van o.a. de oogst. Op menig verjaardag wordt er over gesproken en het komt ook voorbij op andere gelegenheden waar het gemiddelde onderwerp niet zo diepgaand is en een echt gesprek bijvoorbeeld maar moeilijk op gang komt. Je voelt het iedere dag, of het nu kou of warm is en iedereen kent de drie basiselementen wel waar ze uit bestaat: temperatuur, neerslag en wind.
We hebben het natuurlijk over het weer. Het is een onderwerp dat zo veel besproken is dat je het meermalen per dag voorbij hoort komen. Het houdt ons bezig. ‘s Ochtends luister je naar het weerbericht op de radio of kijk je ernaar op het ochtendnieuws. En als je dat niet doet, of je het via die kanalen niet bewust registreert, dan komt de informatie daarover wel binnen doordat je de actuele berichtgeving zelf opzoekt op je smartphone, pc of toch net iets minder actueel: de krant. Hoe dan ook, je hebt er notie van genomen toen je de deur uit ging. En aangekomen op je werk of school is het nog dikwijls de eerste gespreksstof dat over de tong rolt ook.
Reden te meer dus om te stellen dat dit onderdeel van de nieuwsberichten een grote stempel drukt in iedere gemiddelde krant. Nou durf ik zonder schaamte te zeggen dat de Tycoon Newspaper zich niet rekent tot die doorsnede nieuwsbladen, maar je zou toch mogen verwachten dat ‘het weer’ wel iets vaker te sprake was gekomen dan hier tot nu toe het geval is gebleken. Niets verbazend dus dat we Wilburt Eerman maar weinig aan het woord hebben gezien.
Eigenlijk kunnen we hier maar één conclusie uit trekken: op de Tycoon Newspaper zijn onze onderwerpen wèl diepgaand en blijft er dus minder ruimte over voor deze uitgekauwde berichtgeving.

Ondergesneeuwd personage

Al vanaf het begin dat ons eigenzinnig nieuwsblad net bestond, zagen we dat er maar weinig ruimte werd gereserveerd voor weerman Wilburt. En ik moet je ook eerlijk bekennen dat ik aanvankelijk niet zoveel kon met zijn personage. Het begon ermee dat ik de meeste katernen van de dagbladen toch wel wilde verwerken in de krant die ik gestalte zou geven en het weerbericht daar noodgedwongen maar in meenam. Maar omdat ik de inhoud van ieder bericht en elke artikel onderscheidend wilde laten zijn van hoe we het normaal kennen, gooide ik het eerste weerbericht wat krampachtig in een zogezegd origineel jasje. Daar ik samen met vriend Willem in onze jonge jaren helemaal verknocht was van het spel Transport Tycoon (uitgever Micropose), bracht ik de eerste weersvoorspelling alsof het met financiën en logistieke onderwerpen van doen had. Ik liet Wilburt de bedekkingsgraad van ons wolkendek uitdrukken in de prijs van de munt en relateerde de temperatuur aan de doorvoer van handelswaar. Maar ik legde er in dat eerste miniatuurartikeltje ook direct de link naar iets anders wat ons op dat moment bezighield en waar wij elkaar in oorsprong van kenden: badminton. Wilburt repte er over ene Bart en Ben en over het effect van wat hun wedstrijd op het algehele humeur zou hebben in de sportzaal nadat zij hun badmintonrally’s hadden uitgevochten. De reden dat ik dit laatste erbij betrok, kwam natuurlijk doordat ik in de sporters op onze vereniging publiek zocht voor mijn schrijfwerk.
Dus in eerste instantie had ik al wel direct een eigen draai weten te geven aan dat veel besproken onderwerp. Maar ik zag toch ook al gauw in dat deze vorm waarin ik het weerbericht gegoten had, niet lang zou volhouden. Het zou al snel cliché worden. Andere reporters pikten de voor Wilburt gereserveerde ruimte in de krant in en het goed bedoelde personage raakte daardoor ondergesneeuwd door de andere artikelen die ik veel interessanter vond om te bespreken.

Humeur inherent aan het weer

Dat ik Willy vaak als chagrijn heb neergezet, hangt een beetje samen met het feit dat hij zijn stemming laat bepalen door het weer. Dus wanneer hij hier om één of andere reden door geïnspireerd is geraakt om daar een artikel op te schrijven dan zie je dat er echt aan af. Ik kan onweer voorspellen en Het weer is vandaag spetterend zijn hier wel de meest duidelijke voorbeelden van. Alleen regent het ineens bikini’s dan is hij weer helemaal in zijn element. In dat geval kan het weer hem niet te heet zijn en verheugt hij zich erop om naar het strand te gaan en zich ervan te overtuigen van wie al deze bikini’s afkomstig zijn geweest. Hij schreef hier in het voorjaar van 2010 een artikeltje over, niet omdat de zomer van dat jaar nou zo spetterend heeft uitgepakt, nee dit had alles te maken met de soms koortsachtige strijd die er werd uitgevochten op het Traditionele Hangmanspel op WSNOI. Daar vochten medaille verslindende galgjespelers zo verwoed tegen elkaar dat ze meer dan dikwijls de ene na de andere medaille voor ‘bikini bewaken’ bij elkaar speelden. Dat lintje kon je tegenstander behalen als hij een galgjewoord zo ‘strak’ gespeeld had dat hij er de titel ‘bikinibewaker’ voor verdiende. En die titel kreeg je al als het woord dat op jouw naam stond vaker dan 10x niet door een ander geraden werd.
De rol die Wilburt Eerman hierin had, was niet bijzonder groot. De geilpruim zal blijkbaar hebben opgevangen dat er in dat spel bikini’s in de rondte werden gesmeten en wilde er het fijne van weten. In Het regent bikini’s maakt hij hierdoor wel onbewust reclame voor dat spel. Alhoewel… onbewust…

Alweer een woordgrapje met het weer?

Nee, de lijst met artikelen die Willy geschreven heeft sinds we met de Tycoon Newspaper begonnen zijn, is niet bijster lang. En dat gaf mij voldoende aanleiding om hem zeker de laatste tijd nog eens even aan het werk te zetten zodat er voor dit artikel tenminste nog wel iets over bleef om over te kunnen praten. Zoals eerder al gezegd, het weer heeft mij nooit zo enorm geboeid dat ik er een maandelijks terugkerend thema van durfde te maken. Desondanks richtte ik de categorie Alweerwolven voor hem in, zodat hij toch zijn eigen plek kon krijgen. De titel van deze categorie is natuurlijk een beetje een flauwe woordspeling op ‘alweer’ en ‘weerwolven’, die beide niets met het weer te maken hebben, maar daar toch met elkaar door in verbinding staan omdat ze beide het woordje ‘weer’ in zich hebben. Gelukkig is het gebleven bij die ene bikini-regen van Wilburt, want als er dadelijk ook nog weerwolven uit de lucht komen vallen, dan zie ik het ineens wel heel somber in voor Gohes City.
Het is overduidelijk: Wilburts artikelen staan bol van deze afgezaagde woordgrapjes. Als het maar iets met het weer te maken heeft is het al snel goed bij hem. Maar ‘weer’ is dan ook een heel populair woordje dat je echt overal en nergens tegenkomt. Sla er een puzzelboek op na en je krijgt hele lijsten met woorden die met die vier letters beginnen of het ergens in het midden of aan het einde hebben staan. Gelukkig is ‘weer’ niet het enige waar de grapjes over gemaakt worden, ook het uitspreken van verwachtingen en het doen van voorspellingen doen het goed bij hem. Peter Visser maakte er op zijn beurt eens een eigen artikeltje over die we eveneens in deze zelfde categorie terugvinden: Maar dàt kun je nooit van te voren voorspellen!

Grappig modelletje

Het is niets toevallig dat het modelpersoon achter Wilburt Eerman toevallig ook alles met komedie te maken heeft. Frans van Dusschoten, die de uiterlijke weerspiegeling is van onze meteorologische verslaggever, is bij velen bekende als de aangever van komiek André van Duin, daarnaast heeft deze goedlachse man natuurlijk zelf ook een rijk verleden aan het uitdelen van spetterende lachmomenten.

In de eerste instantie had ik eigenlijk helemaal geen goed modelpersoon voor Wilburt. Ik vond zijn naam wel aardig en onwillekeurig deed hij me altijd denken aan die albatros van de Reddertjes in Kangoeroeland. Daar heb ik vervolgens met BoB nog een tijdje over zitten filosoferen, want hij kon me eerst niet helemaal goed volgen waarom ik deze weerman aan die albatros koppelde, die Wilbur heet en niet Wilburt met een ‘t’. En zelfs het persoon waar die flinke zeevogel zelf op gebaseerd is heet Wilbur zonder ‘t’. Albatros Wilbur is namelijk, evenals zijn broer Orville, vernoemd naar de gebroeders Wright die respectievelijk Wilbur en Orville heten en we wel kennen als luchtvaartpioniers. Heerlijk vind ik dat! Want zo heb ik toch nog iemand die na flink doordenken helemaal terug te herleiden valt naar een tijd waarin de kraamkamers te vinden zijn van alle hedendaagse producten en andere zaken die bestaan dankzij hun uitvindingen. En alles wat uit die tijd vandaan komt tot zo’n beetje het moment dat het televisietijdperk aanbrak, doet mij ernaar verlangen in een teletijdmachine te stappen en ernaar terug te reizen om de romantiek ervan op te snuiven. Niet voor niets ben ik ook helemaal gek van de stijl steampunk. Tsjonge, als je toch kon reizen in dimensies en daar eens naar toe kon gaan…

Ik dwaal flink af. Frans van Dusschoten, waarom is hij de man aan wie Wilburt zijn uiterlijk te danken heeft? Eigenlijk weet ik je dat niet heel goed uit te leggen. Bij sommige personages heb je toch onbewust een zeker beeld dat zich in je hoofd uiteindelijk kristalliseert tot een zeker individu. En dat gevoel van euforie dat ik eindelijk een visueel stickertje op deze man kon plakken, had ik helemaal nog niet zolang geleden. Veel van mijn inspiratie voor mijn verhalen doe ik op door ontspannen in mijn bed te liggen of door de verhalen gewoonweg te dromen. En op één van zulke momenten had ik kort geleden bedacht dat als ik nu eens flink ging kleien met die fantasieën van mij, dan moest daar toch zeker wel een keer een bestaand figuur uitkomen. Ik stelde mij voor dat Wilburt een gedrongen mannetje moest zijn met een pafferig gezicht die zo van het lachen gewoon was, dat zijn uiterlijk ernaar ging staan.

Nou ja, moet ik dan nog meer uitleggen? Het lijkt me voor de hand te liggen dat je dan op Frans uitkomt. Niemand anders dan hij geeft Wilburt dan beter… weer.

Alle werken van Wilburt Eerman:

Vandaag is mijn groene dag
Het weer is vandaag spetterend
Ik kan onweer voorspellen
IJsberen
Straf
Tussen de buien door fietsen
Het regent bikini’s
Mag het 3,5 kilo meer zijn?
Het weer: tijd om je kajak te bouwen

Portret van de volgende maand: Rina Oddel.

By gsorsnoi | August 25, 2011 - 7:36 am - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI

image by kremer, edited by Gsorsnoi

De Tycoon Newspaper is aan een nieuwe reeks artikelen begonnen: portretten van haar verslaggevers. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen  even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Functie: Verslaggever van eigenaardige- en buitenaardse zaken.
Andere namen: Knuffel-Marokkaan.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘A’ uit Achmed vormen dat en zijn achternaam samen het woord ‘aliën’ dat alleen correct gespeld is met een trema op de ‘e’. Vandaar dat het dus ook Achmed Liën is en niet Achmed Lien.
Modelpersonen: Acteur Achmed Akkabi (Appie uit jeugdserie ‘Het huis Anubis’) tevens vakkenvuller bij de Albert Heijn en een beetje Jeff Goldblum.
Eerste oer-artikel: Man bijt hond: UFO landt op spoorrails Rio(niet eerder online gepubliceerd).
Origineel artikel staat hieronder.
Eerste online-artikel: Huigvermuiting veroorzaakt dremel.
Bijzonderheden: Wordt (dagelijks) ontvoerd door aliëns, maar ook door Elvis.
Uitspraken: “Een waar gebeurd verzinsel” uit Navelpad Mysterie (1): Fietsie Foetsie.

Man bijt hond: UFO landt op spoorrails Rio.
25 Januari jl. rond de klok van vier ‘s middags werd de heer Rio verrast met een vreemd telefoontje: “Rio, geef je over. Wij nemen jou bedrijf wel over! Of anders zul je het bezuren en laten we je bielzen vreten ! ! !*” Aangezien de heer R hier zeer weinig van verstond was hij even blij dat hij nummerweergave had. Hij belde terug en gebruikte zijn automatische vertaler (die 123.456.789 mln intergalactische talen aan kan, waaronder Smurfs). Na een uren durend gesprek met de Plutanen (inwoners van Pluta op Pluto) nam de heer R het besluit het zaakje aan de luchtmacht te overhandigen. De Plutanen werden met de aardse bodem gelijk gemaakt en R had een fiks stukje spoor te repareren.
(* = de gecursiveerde tekst stond destijds in het lettertype ‘Wingdings’ gedrukt. Het is me nog een hele klus geweest om dat van papier naar online overgetypt te krijgen en te vertalen. Helaas ondersteund WordPress geen Wingdings, anders had het hier ook in dat lettertype gestaan.)

De Z-Files.

Achmed Liën begon zijn carrière bij de Tycoon Newspaper als schrijver van de Z-Files. Vanaf de allereerste edities van dit blad wilde ik hem al in een hoek hebben waarin hij een beetje de eigenaardige man moest zijn. Bijna iedere nationale krant die Nederland kent heeft wel een eigen speciale bijlage voor het buitenlands nieuws en een segment waar aandacht wordt besteed aan opmerkelijke berichten. Zo kon ik al snel concluderen dat ik de Tycoon Newspaper het gros van haar aandacht wilde laten besteden aan bijzondere actualiteiten. En daar was Achmed Liën het aangewezen personage voor dat dit nieuws mocht gaan verzamelen. Maar waarom zouden we voor katernen kiezen met algemene rubrieken als we ook iets afwijkends konden doen? Ik verzin namelijk graag dingen die nog niemand anders op deze planeet zou hebben gedaan. Daarom kwam ik op het idee van de Z-Files, een aparte editie speciaal voor eigenaardig- en buitenaards nieuws. Achmed Liën, die de aliëns toch al in zijn naam heeft zitten, werd de verslaggever die bijna dagelijks ontvoerd zou gaan worden door buitenaardse wezens. Deze met mystiek omhulde praatjesmaker ging verslagleggen van al hetgeen wat wij als ‘ongewoon’ zouden bestempelen.

De eerste twee artikelen die hij schreef voor de Z-Files waren ook gelijk zijn laatste voor die bijlage. Niet dat hij het niet goed deed, maar de term Z-Files werd door mij niet verder gehanteerd en raakte in de vergetelheid. Tegenwoordig, in de online versie van de Tycoon Newspaper, is daar wel een nieuwe categorie voor in de plaats gekomen: Astronomisch Gedachtegoed. Persoonlijk vind ik daar meer originaliteit vanuit gaan en het bekt wat lekkerder.

Ontvoering door Elvis en de aliëns

Groen Licht en Energiek 2000 in waren die enige twee Z-Files artikelen. Beide stukken beschrijven de abnormale ervaringen die twee badmintonvrienden van ons destijds beleefd zouden hebben. Energiek 2000 in is een redelijk cliché verhaal waarin badmintonvriend Bart zich erg laat opnemen in zijn computerspel en daar allerlei bijzondere zaken bij fantaseert die hij in verband brengt met de eeuwwisseling en haar millenniumproblemen. In Groen Licht lezen we hoe badmintonvriend Michiel op een goede avond denkt dat hij aan het hallucineren is. Hij bemerkt dat één van de straatlantaarns zich onder een groen schijnsel begint te vervormen en er zich een mooi meisje uit manifesteert. Alhoewel hij bijna verblind raakt door het licht dat zij uitstraalt laat hij zich naar haar toetrekken en kan hij later aan zijn vriendin thuis gaan uitleggen hoe hij aan zijn ‘groene lippenstift’ komt.

Met de aard van deze twee schrijfsels was direct een stempel gezet op Achmed’s karakter. Aanvankelijk zag ik hem nog voor me als een soort Jeff Goldblum die onder andere de rollen van Seth Brundle en Dr.Ian Malcolm vertolkte in respectievelijk de films ‘The Fly’ en ‘Jurrasic Park’. Met name in die twee films zet deze, in mijn ogen topacteur, twee wel erg merkwaardige maar prachtige typetjes neer. Zo excentriek als hij deze wetenschappers weet te belichamen zo markant zag ik Achmed Liën ook voor me. Al had ik voor Achmed geen (mad) scientist concept in gedachte, waar de rollen van Goldblum toch een ten dele op gebaseerd waren. Die wetenschappers kwamen later in de Tycoon Newspaper nog aan de orde in de personen van Graaf Schaurig en Theo Nologie. Nee, van Achmed maakte ik wel een bizar figuur die erg op zichzelf is. Je moet er niet gek van staan te kijken dat hij, samen met een stel andere zogenaamde uitverkorenen, ergens op het dak van een hoog gebouw gaat staan als men meent dat de wereld vergaat, wachtend op de verlossing. Feit blijft dat hij meent door Elvis te zijn ontvoert. Of waren het nou toch de aliëns? Ach, wie ziet het verschil?

Naar zijn gelijkenis…

Zoals je bij veel personages die schrijvers op papier hebben gezet wel ziet, blijken de karakters vaak gedeeltelijk een weerspiegeling te zijn van hun geestelijke ouders. Over het algemeen wil de bedenker van zo’n typetje toch bedoeld of onbedoeld deels een evenbeeld van zichzelf neerzetten. Bij Achmed was dit in mijn geval niet anders. Net als ik bij vlagen toch een persoon kan zijn waar mensen niet altijd lekker hoogte van kunnen krijgen, zo is Achmed dat in versterkte vorm. Hij is erg filosofisch (neem bijvoorbeeld het artikel De komeet, de vlo en de scheet), bij tijd en wijle zweverig (zie Iedereen is Superman) en ook vooral vaak op een eigenzinnige manier praktisch (Onbewust lezen).

De eerste Monsterverhalen

Dat was echter niet het enige waar ik Achmed zonderling in liet wezen. Al bij het verschijnen van de eerste papieren versies van de Tycoon Newspaper bedacht ik dat ik het wel leuk vond om thematisch te gaan schrijven over een vast onderwerp. En daar kwam hij later bij van pas. Hoe ik precies op het idee kwam om juist over die eerste twee beesten te gaan vertellen weet ik niet exact meer, maar iets bracht mij ertoe om de achtergronden van de narwal en de megalodon uit de doeken te doen. De gelijknamige artikelen werden daar het resultaat van en waren in eerste instantie geschreven door ex-Tycoon Newspaper reporter Thomas Anton Rantulla. Sindsdien hebben we ook nooit meer iets van deze verslaggever vernomen, maar feit blijft dat hij een prima eerste aanzet heeft gegeven voor een artikelenreeks die later uitgroeide tot één van de best gelezen hier op de Tycoon Newspaper. De Megalodon werd voor het eerst op 6 augustus 2008 online gepubliceerd en vervolgens ging er bijna een half jaar overheen voordat het tweede monsterverhaal verscheen De Narwal. Het verlangen om deze reeks nieuw leven in te blazen speelde bij mij al veel langer. Zodoende besloot ik om onder de eerste twee monsterverhalen even mijn vaste pseudoniem te zetten: Gsorsnoi. Alleen had ik eigenlijk toen wel al in mijn hoofd dat ik liever zou zien dat Achmed Liën dit stokje van me zou overnemen. De categorie ‘Gekalibreerde gedrochten’ werd hiermee geboren en resulteerde in een verzameling verhalen die een hele unieke kijk moesten gaan geven op de beschreven griezels. En Achmed… die werd de vaste schrijver van deze stukken.

En zo had hij er een nieuwe toegespeelde interesse bij: monsters. Maar naast deze monsters maakten wij ook kennis met een vriend van hem die op Puerto Rico woonachtig is. In zijn verhaal El Chupacabra vertelt hij deels in ik-vorm over zijn verblijf bij ene Joaquin alwaar hij zich liet uitdagen tot een potje ‘Super Space Invaders’. Tja, het zal niet met buitenaardse wezen te maken hebben!

De Reuze Navelpad en Het Navelpad Mysterie

Hoe Achmed dan toch van die rare snuiter transformeerde in die zachtaardige knuffel-Marokkaan laat zich pas goed verklaren wanneer we inzoomen naar het moment dat de Reuze Navelpad in beeld kwam. De manier waarop vele figuren op de Tycoon Newspaper zijn ontstaan is op z’n zachts gezegd apart te noemen, maar de Reuze Navelpad spant toch echt de kroon. Het begon er mee dat mijn ex-collega, die wij hier kennen als Retroman, mij plompverloren op een willekeurige dag een e-mailtje stuurde waarin hij mij op zijn joviale wijze uit de doeken deed wat hij per ongeluk ontdekt had: ‘Reuze Navelpad’ is een anagram van mijn naam. Beng! En daar had hij mij direct een juweeltje van een brok inspiratie voor mijn voeten geworpen waar wij nog altijd van aan het nagenieten zijn. De Reuze Navelpad – het was zo mooi gevonden – daar moest ik gewoon iets omheen bedenken en iets creatiefs mee doen. Retroman had zijn creatieve bijdrage al geleverd, dus restte mij de schone taak er iets geweldigs van te maken.

We schrijven woensdag 13 mei 2009 dat het eerste artikel over de Reuze Navelpad verscheen. Perplex dat ik was van zijn ontdekking betichtte ik Retroman ervan een Galgjeafwijking te hebben, een Lingofiel te wezen of dat er een Scrabble bij hem los zat. Dat hij dit kon bedenken! Toen ik aangejaagd door deze openbaring wordsmith.org ontdekt en zo wist hoe ik zelf anagrammen moest gaan maken, ontstond het anagrammenspel. Te gek! Daarmee had de Tycoon Newspaper ineens een eigen puzzelrubriek en sloeg de interactiviteit op hol. Maar ik was nog niet tevreden. Want hoe leg je nou uit wat een ‘Reuze Navelpad’ precies is?

In januari van het opvolgende jaar was ik plotseling van mening dat ik op die vraag antwoord moest gaan geven. Voor de lol liet ik Achmed Liën een artikel schrijven waarin hij doodleuk uiteenzet hoe hij in aanraking was gekomen met de Reuze Navelpad. Alles was gebaseerd op een waar gebeurd verzinsel. Me dunkt, want dit hele beest was uit Retroman’s geniale brein ontsproten! Achmed, die tot die tijd zich steeds voordeed als de bedenker van de anagrammen in het anagrammenspel, biecht in dit verhaal op dat het eigenlijk zijn huispad was die hem al die anagrammen in zijn oor had ingefluisterd. Hij zou deze pad, die toen nog een naamloze kwaker was, van een gewisse dood hebben gered in zijn eigen tuin. Hij adopteerde hem en verzorgde hem als was het zijn eigen zoon. Vervolgens ontstond er uit deze bizarre verklaring mijn behoefte om het verhaal verder toe te lichten. Het resultaat van die drang is uiteindelijk geworden dat ik aan mijn eerste boek ben begonnen dat we hier kennen onder de titel het ‘Navelpad Mysterie’.

Achmed Liën speelt daarin gewoon zichzelf en we beginnen hem daarin steeds meer te leren kennen als ‘die rare goedzak’. Waar hij in dat verhaal steeds meer groeit van die zweverige kluizenaar naar de  hulpvaardige knuffel-Marokkaan, is Achmed zich in mijn hoofd gaan vormen als een kruising tussen Achmed Akkabi en eerder genoemde acteur Jeff Goldblum. De Nederlandse Anubis acteur (die tevens bijklust als vakkenvuller in de – jawel – Appie Heijn) past in mijn beeld van hoe ik Achmed Liën zou willen ontmoeten nog wel het best.

Theezakjes africhten

Hoe buitensporig zijn ervaringen soms ook moge zijn, ik heb hem nooit ‘de mafkees’ willen noemen. Dat zou te veel een negatief beeld hebben geschapen dat ik niet bij hem voor ogen had. Achmed is natuurlijk typisch, maar bovenal gewoon een zachtaardige man die geheel tegen het principe van zijn bijna kluizenaarsbestaan een grote allemansvriend is. Prettig gestoord, dat zou een betere benaming zijn. Want wie beweert er nou dat hij contact heeft met het buitenaardse, dat hij theezakjes kan africhten of erger nog: dat hij de adoptief vader is van een anagrammen opboerende pad…

Ander bekend werk van Achmed Liën:

Portret van de volgende maand: Wilburt Eerman.

By gsorsnoi | July 25, 2011 - 4:16 pm - Posted in Duimzuigerij, Een portet van ..., Nederlands, WSNOI


Weerman Peter Timofeeff die zonder dat hij het wist model heeft gestaan voor onzeKarel.

Met Karel Riemelneel begint de Tycoon Newspaper aan een nieuwe reeks artikelen. In deze serie belichten we de achtergronden van de fictieve personages die op WSNOI en vooral de Tycoon Newspaper al meer dan eens van zich hebben laten horen, maar waarvan het wel eens prettig is om er ook een gezicht bij te zien. Daar deze personen natuurlijk niet echt bestaan en dientengevolge er geen beeldmateriaal van hen te schieten valt, is gebruik gemaakt van foto’s van figuren waarop zij gebaseerd zijn (hiernaar refereert ‘modelpersoon’ hieronder). Al deze portretten zijn in feite groeiartikelen, want zodra een personage zich verder ontwikkelt op deze site, is het ook wenselijk dat dit artikel daarop bijgewerkt wordt. Zo is het voor mezelf ook te gebruiken als handvat om niet per ongeluk van het bedoelde personage af te wijken. We leiden deze artikelen even kort in met een beknopte personalia waarna we dieper inzoomen op hun oorsprong en hun betekenis voor WSNOI en de TN.

Personalia: Karel Riemelneel.

Functie: Misdaadverslaggever en rechercheur.
Andere namen: Inspecteur Riemelneel, Kareltje.
Oorsprong naam: Tezamen met de ‘K’ uit Karel moeten dat en zijn achternaam doen denken aan het woord ‘crimineel’. ‘K.Riemelneel’ immers lijkt daar verdacht veel op.
Modelpersoon: Weerman Peter Timofeeff. Wie? Ja hij!
Eerste oer-artikel: Stilte op de infra, drukte ondergronds? (niet eerder online gepubliceerd).
Fragment: “Wat is er met onze magnaten gebeurd? De magnaten, ook wel de hotel- en fabrieksbezitters, mogen in januari dan zo driftig gestreden hebben om de machtsposities, maar waar zijn ze nu ineens gebleven? Tycoon Newspaper reporters denken dat Willem, Paul en Rio ondergronds zijn gegaan. Is dit waar of niet waar? En zo ja, waarom zouden deze grootgrondbezitters dat dan doen? […]”
Eerste online-artikel: Lijfspreuk van een pyromaan. Maar aangezien dat een gevleugelde uitspraak was en niet een volwaardig artikel lijkt het me reëler om te stellen dat zijn Assistent Kanarievouwer beter als eerste online-artikel mag worden beschouwd.
Uitspraken: “De nadering ontknoopt” waarmee hij bij de Vuurspugende zonsverduistering detective steevast aankondigde dat de oplossing inzicht was. En verder:
“Zeker rechercheur Retroman. Wat had die Jaap de jonge postbode een jaap toegebracht zeg. Niet te geloven!”

Oorspronkelijk bedoeld als eerste pseudoverslaggever.

Toen ik met de zogeheten Januari-editie ‘Moord en Doodslag’ het leven schonk aan de enige echte eerste versie van de Tycoon-Newspaper (toen nog met een streepje ertussen) maaide Tinus Icket het gras al gelijk voor de voeten van Karel Riemelneel weg. Karel, die toen nog niet door mij was bedacht, had het eerste artikel Bewaking Kwak & Go vat vlam na bomaanslag veel beter kunnen schrijven dan Tinus Icket. Niet dat ik ontevreden was met de prestaties van Tinus, maar dit artikel ligt gewoon veel meer in het straatje van Karel. Toen ik besloten had dat de Tycoon Newspaper een vervolg moest gaan krijgen, ben ik ook direct wat meer verslaggevers gaan bedenken die qua vakgebied beter aan zouden sluiten op de artikelen die er door ze geschreven werden. Ik herinner me nog dat ik bij die gedachte eigenlijk niet helemaal zeker was of het er ooit toe zou komen dat ik genoeg artikelen zou schrijven opdat het ‘verdelen van het werk’ daadwerkelijk zin had. Feitelijk vroeg ik me dus af of ik afdoende werk had om mijn aangenomen personeel bezig te kunnen houden. Ik moest eens weten toen! En zo ontstond Karel Riemelneel als misdaadverslaggever voor de Tycoon Newspaper.

Met Karel werden direct Rina, Achmed en Victor bedacht.

In Stilte op de infra, drukte ondergronds schrijft Karel dat het Victor Anished was opgevallen dat bordspelspelers Willem, Paul en Rio zich wel erg lang stil hielden. Victor, die is gespecialiseerd in Verdwenen Zaken en vervolgens zelf is verdwenen, meende dat zij voor het laatst werden gesignaleerd op een cruiseschip voor de kust van New York terwijl zij bezig waren met het spelen van … hoe kan het ook anders … een bordspel. Daarbij moet worden opgemerkt dat het ook wel erg toevallig was dat zij tevens een nieuw bordspel aan het bedenken waren die de werktitel ‘Berg Muda’ zou krijgen. Dit is direct waar Achmed Liën zich met de zaak zou hebben bemoeid en een hele andere visie zou hebben op het geheel. Volgens hem zouden ze zijn verdwenen doordat ze zich op H.O.L.O.D.E.K.’s hadden gewaagd. Zijn nadere visie destijds was echter zo pikant dat we het hier maar niet meer herhalen. Rina Oddel voegde tenslotte toe dat ze via haar roddelcircuit zou hebben vernomen dat de heren ondergedoken zaten of opgenomen waren in de maffia. Aldus het artikel geschreven door Karel Riemelneel en waar de drie andere reporters voor het eerst werden aangehaald.
Uiteindelijk is het toch nog goed gekomen – al weet niemand hoe – de heren hebben later weer van zich laten horen en hebben vrolijk de zaken hervat waar ze mee bezig waren alsof het voorval zich nooit had voorgedaan.

Kwam pas laat online.

Voordat Karel weer iets nieuws fabriceerde nadat de papieren versie van de Tycoon Newspaper een stille dood stierf was het inmiddels 3 december 2008. Tussentijds verscheen wel zijn gevleugelde uitspraak Lijfspreuk van een pyromaan, maar die was reeds eerder in de papieren versie gedrukt. Wanneer we overigens spreken van de ‘Tycoon Newspaper Archieven’ dan verwijzen we hiermee naar alle artikelen die eerder op papier gedrukt werden.

Veelzijdig man.

In december 2008 realiseerde ik mij dat ik Karel’s werk nog niet echt heel duidelijk aan bod had laten komen en worstelde een beetje met de vorm waarin ik hem online zou brengen. Echte misdaadverhalen had ik op dat moment niet zoveel trek in en vanuit de Tycoon Newspaper Archieven deed ik ook geen lekkere inspiratie voor hem op. Een vervolg geven aan iets dat eerder was geschreven bevond ik toen geen goede optie. Waarom ik niet een nieuw personage bedacht voor de vacaturepagina van de Tycoon Newspaper weet ik nog altijd niet, maar iets deed mij ertoe besluiten dàt voorlopig even Karel’s tokootje te laten zijn. Op het moment dat ik bezig was om de ‘onbestaande beroepen’ gestalte te gaan geven als thema binnen het spel Hangman, werd die vacaturepagina geboren. Assistent Kanarievouwer is het eerste artikel dat daar verscheen en ik aan Karel heb toegeschreven. Kort daarop heeft Karel bijna maandelijks input weten te leveren aan zijn contaminaties, wat zo ongeveer de langste reeks artikelen op de Tycoon Newspaper is geworden.

Later heeft Karel nog even bijgeklust als dummyspeler in de testomgeving van de Hangman (waar hij, nu nog, Kareltje heet). Maar het meeste succes heeft hij nog wel gehad met zijn Vuurspugende zonsverduistering detective.

De VZD.

In de VZD, waarmee de Vuurspugende zonsverduistering detective veel is afgekort, is zijn personage pas echt goed uit de verf gekomen. Tijdens het schrijven van deze detectiveserie begon Karel Riemelneel zich eindelijk in mijn hoofd te manifesteren. Zo zie je maar waar ‘stemmetjes in je hoofd’ toe kan leiden! Lang is mij onduidelijk geweest hoe Karel er in het echt zou moeten uitzien. Maar dankzij weerman Peter Timofeeff kreeg ik daar ineens in mijn fantasie een antwoord op. Karel moet je dus maar zien als deze RTL televisiepersoonlijkheid in de tijd dat hij nog een snor had. Steek hem in zo’n stereotype regenjas waarin je rechercheurs wel vaker ziet en voilá Karel Riemelneel is daarmee gevormd!

Gaandeweg zijn we door die detectives ook wat meer te weten gekomen over Karel’s karakter en zijn gewoontes. Karel is relatief bazig en delegeert graag, wat redelijk inherent is aan zijn rol als misdaadrechercheur. Toch is hij niet bijster slim op momenten dat het er op aankomt en heeft dan vooral veel steun aan andere inspecteurs die met hem mee moeten denken. Handig is hij ook allerminst; als een olifant in een porseleinkast stapt hij dikwijls met zijn zevenmijlslaarzen door het plaats delict en bemoeilijkt daarmee zijn eigen onderzoek (zie VZD 2: Het keukenlijk).

Bob de Winter schreef daar eens over:
“Je zult bovendien toch niet kunnen ontkennen dat de Ollie B. Bommel-achtige speurder Karel Riemelneel, die met zijn grote politielaarzen dwars door alle crime scenes heen stampt, niet de aller handigste detective aller tijden is!”

Zonder te kloppen liep hij in VZD 5: The show must go on de kleedkamer van burlesque artiesten binnen waardoor hij menig vrouwelijk schoon in geringe kleding aantrof.
Verder weten we dat hij niet rookt (n.a.v. een reactie van mevrouw Liesbeth ten Dam in VZD 4: Triest bericht werd dit duidelijk) en we weten wel dat hij twee verstandskiezen heeft laten trekken voordat hij de zaak VZD 6: Verrassing instapte. Zijn antagonist Magere Hein herinnerde hem daaraan. In VZD 8: Eendjes voeren was een tandartsbezoek de aanleiding tot het plaats delict waarbij het slachtoffer gestikt was in een gaasje tegen het bloeden. Magere Hein zal door velen vooral zijn aangezien als ‘tegenwerker’ in de onderzoeken van Karel. Niets is minder waar: dikwijls klopten de eerste de Magere Hein achtergelaten aanwijzingen, die bestonden uit een foto’s, toch als een bus. Al bleek vaak pas aan het einde van de detective waarom juist die foto zo goed op de zaak aansloot.

Karel heeft wat los gemaakt.

Opnieuw dankzij Karel Riemelneel zijn er een gigantisch aantal nieuwe personages op de Tycoon Newspaper naar voren gekomen. Ik heb het daarbij vooral over de kleine rollen zoals de slachtoffers, de ondervraagden,de moordenaars en andere betrokken individuen. Het gaat me hier te ver ze allemaal op te noemen. Maar de vaste inspecteur uit zijn team (anders dan de lezers die als rechercheurs optreden) kan ik toch niet ongenoemd laten:

  • Koen Voet – inbraakspecialist. Heeft eenzelfde ontstaansgeschiedenis als Karel waardoor hij net even een verhaal te laat op het podium verscheen. Hij deed zijn eerste optreden in VZD 4: Triest bericht, maar het had hem niet ontsierd als hij zijn gezicht al liet zien in VZD 3: De koprol.Hij had daar gemakkelijk een ‘kluisje’ kunnen onderzoeken op braaksporen.
  • Lesley Spandabato – bloedspatanalist. Zijn naam is een anagram van zijn functie. Zijn eerste actie ligt ver in het verleden (1943) toen VZD 5 werd opgenomen als special met de titel ‘The show must go on’. Lesley heeft een rood baardje en draagt een studentikoos brilletje.
  • Abdel Dezertecon Kretonshos – Schotresten onderzoeker. Werd in de zaak daarna geïntroduceerd in VZD 6: Verrassing. Zijn naam (minus Abdel) is een anagram van ‘schotresten onderzoek’.

Ofschoon het een tijd lang heeft geleken dat Tinus en Karel elkaar niet zo lagen, bleek uit de laatste VZD 9: The last Angel dat hier geen sprake van is. Karel werd door Tinus Icket en Jenny Icket uitgenodigd om samen op vakantie te gaan naar de Filippijnen, alwaar hij opnieuw in een zaak verwikkeld raakte. En wat meer is: sinds dat verhaal is bekend dat Karel geen man alleen is. Karel blijkt te zijn getrouwd met zijn Maria.
En zo kunnen we zowat concluderen dat Karel Riemelneel op dit ogenblik misschien wel het meest kleurrijke personage is dat er op de Tycoon Newspaper en WSNOI rondwandelt.

Andere bekende werken van Karel Riemelneel:

Portret van de volgende maand: Achmed Liën.

Toevoeging #1:
Bovenstaande tekst onder het kopje ‘De VZD’ is ietwat aangepast. Eerst werd er gesteld dat er van Karel Riemelneel niet bekend was of hij al dan niet rookte. Maar na het erop naslaan van de betreffende VZD-aflevering waarnaar wordt verwezen blijkt toch heel duidelijk dat hij niet rookt.

Toevoeging #2:
Met Karels detectivespel maakt de Tycoon Newspaper een hoge uitzondering op de regels van de algehele verhaallijnen die elkaar in Gohes City kruizen. WSNOI moet een alternatieve dimensie voorstellen in het ‘toekomstige verleden’, een kreet die in een andere context ook nog wordt herhaald in het Navelpad Mysterie. Doordat er voor een speculatieve fictionele wereld is gekozen van het type ‘steampunk’, wordt er streng op toegezien dat we ons wanen in een tijd waarin stoomkracht nog de primaire krachtbron is. Deze bevat weliswaar elementen van sciencefiction met futuristische uitvindingen en machines die we ook in onze eigen realiteit zien terugkomen, het rudimentaire karakter móet de boventoon blijven voeren.
Maar omdat we in de serie Vuurspugende zonsverduistering detective hedendaagse voertuigen zien terugkomen die o.a. rijden op LPG, er op de Filippijnen reeds karaokebars te vinden zijn en zelfs de mobiele telefoon haar intrede heeft gedaan, mogen we concluderen dat we hier met een hele andere dimensie en regels te maken hebben. In een speciale editie van het detectivespel wordt er zelfs terug in de tijd gereisd en staan we in een burleskshow waar de schaars geklede dames nota bene in de spotlights staan. Met name de uiteindelijke vondst van het moordwapen maakt van elke eventualiteit om deze vertelling nog in steampunk te kunnen plaatsen volstrekt onmogelijk. De televisie mocht daar dan maar net in opkomst zijn, de radio eiste er een hoofdrol op. Al moet van het laatstgenoemde communicatiemiddel worden opgemerkt dat deze ook frequent in steampunkverhalen optreedt. Kortom: Karel Riemelneel heeft zichzelf opnieuw een uitzonderlijke positie binnen het WSNOI-rijk opgewerkt en speelt een voorname rol in minstens twee dimensies.